Categorie archieven: Vlaamse schrijfster

Lies Gallez – Het water vangen

Lies Gallez Het water vangen recensie en informatie over deze verhalenbundel en het literaire debuut van deze Vlaamse schrijfster. Op 2 maart 2021 verschijnt bij Uitgeverij Querido het debuut van de Belgische schrijfster Lies Gallez.

Lies Gallez Het water vangen recensie en informatie

Als de redactie het boek leest, kun je op de pagina de recensie en waardering vinden van de verhalenbundel Het water vangen. Het boek is geschreven door Lies Gallez Daarnaast zijn hier gegevens van de uitgave en bestelmogelijkheden opgenomen. Bovendien kun je op deze pagina informatie lezen over de inhoud van het literaire debuut van de Vlaamse schrijfster Lies Gallez.

Lies Gallez Het water vangen Recensie

Het water vangen

  • Schrijfster: Lies Gallez (België)
  • Soort boek: verhalen, debuut
  • Uitgever: Querido
  • Verschijnt: 2 maart 2021
  • Omvang: 272 pagina’s
  • Prijs: € 17,50 – € 22,50
  • Uitgave: paperback / ebook
  • Boek bestellen bij: Boekhandel / Bol
  • Waardering redactie: ∗∗∗∗∗ (uitstekend)

Recensie en waardering voor het debuut van Lies Gallez

  • “Het water vangen is het opvallende debuut van de Vlaamse schrijfster Lies Gallez. Op lucide wijze neemt ze de lezer in de verhalenbundel mee in een bijzondere wereld. Een lucide wereld waarin water door elk verhaal heen loopt. Zeer knap en in een bijna betoverende stijl heeft ze de in de bundel opgenomen verhalen op overtuigende wijze tot één geheel gesmeed als ware het een roman. Het talent is onmiskenbaar aanwezig en Lies Gallez lijkt een schrijfster waarvan we veel mogen verwachten.” (Allesoverboekenenschrijvers.nl, ∗∗∗∗)
  • “Een actueel debuut vol tederheid en humor.” (Ad Leenders, De Morgen)

Flaptekst van het debuut van de Vlaamse schrijfster Lies Gallez

De verhalen in Het water vangen zijn speels en zwierig, tegelijk licht en zwaar, en de personages passen altijd net niet in de wereld die ze bewonen. Een jonge vrouw is ervan overtuigd dat ze zwanger is van een dolfijn. Adorabelle hoort de tweede oerknal, die in haar oor verder echoot. Er is een meisje dat per ongeluk haar kip vermoordt, en de jonge asielzoeker met zijn buigzame hoop.

Het water vangen is een verpletterend debuut over de hunkering naar verbinding, over pijn die je het liefst met nog meer pijn bestrijdt – en over water natuurlijk, water dat zich vangen laat.

Bijpassende boeken en informatie

Louis van Dievel & Britt Droog – Madeleine

Louis van Dievel en Britt Droog Madeleine recensie en informatie over de inhoud van het Vlaamse romanfeuilleton. Op 24 februari 2021 verschijnt bij Uitgeverij Vrijdag de nieuwe roman van de Vlaamse schrijvers Louis van Dievel en Britt Droog.

Louis van Dievel & Britt Droog Madeleine recensie en informatie

Als de redactie het boek leest, kun je op deze pagina de recensie en waardering vinden van de roman Madeleine. Het boek is geschreven door Louis van Dievel en Britt Droog. Daarnaast zijn hier gegevens van de uitgave en bestelmogelijkheden opgenomen. Bovendien kun je op deze pagina informatie lezen over de inhoud van het Vlaamse romanfeuilleton van Louis van Dievel en Britt Droog.

Recensie van Tim Donker

Wacht. Dievel zeg je? Van Dievel? Ja, die ken ik wel. Van hem las ik immers De onderpastoor. Of lezen. Naja. Dat is. Ik kwam tot bladzijde 84, toch. Maar het boek telt er bijna vierhonderd. Ik las van dat boek dus eigenlijk meer niet dan wel. Wat niet perse aan het boek lag, haast ik me te zeggen (it’s not you, it’s me). Ik weet het niet. Er kwamen andere boeken op mijn pad. Recensie- en andere exemplaren. En De onderpastoor geraakte onderaan een stapel en kwam op eigen kracht niet meer boven. Vreemd. Ik had wat ik ervan gelezen had toch straf schoon gevonden. Zo schoon zelfs, dat ik het had aangeraden aan een bevriende dominee. Hoewel “vriend” hier misschien een beetje sterk uitgedrukt is en dat zeg ik niet alleen maar omdat ik de verdenking van me af wil wentelen als zou de klerus me na zijn. Verre van een onprettige leeservaring hoe dan ook, en toch was het overheen mijn horizon gevallen.

Maar in zwijgen spreekt misschien des te welluidender uw geest, dacht ik dan maar – het ongelezene kon gelden als een versterking van de schoonheid van het gelezene misschien.

(zegt Adam Zagajewski: wat zingt, is wat zwijgt)

(en Adam Zagajewski, die ging dood. en ik, opverend. hij is dood, Adam Zagajewski is dood. maar nadat ik hem de langste tijd verwarde met Adam Zamzeenzad en m zelfs nog eventjes voor een nazaat van Jevgenij Zamjatin had gehouden moest ik tot de konkluzie komen dat ik eigenlijk niet zo goed wist wie Adam Zagajewski eigenlijk meer was dan zo’n naam waaraan te pas en te onpas gerefereerd wordt)

En Britt Droog. Ja. Nee. Die ken ik niet. Ik zou kunnen zeggen dat de naam Britt zelden aan een interessant persoon heeft toebehoord en dat het feit dat heur achternaam bij onmiddellijke associaties oproept met Bart F.M. me ook al niet erg hoopvol stemt…, maar dat zeg ik niet nee ik zwijg. En ik lees. In Madeleine.

Ja. Ik bedoel: ik lees. Hoort het eens uit. Ik lees ik las ik heb gelezen. Terwijl het boek zo weinig voor me mee had, op eerste gezicht dan. Met die Britt en die Droog en die titel en dat omslag dat ik eerlijk gezegd nogal heel erg spuuglelijk vond. En alleen maar die Van Dievel van wie ik ooit es enkele tientallen pagina’s met veel smaak gelezen had om dat alles goed te maken. Ging ik lezen, las ik, heb ik gelezen. Ik las Madeleine in minder dan een halve week uit. En nee, overdreven dik is het boek met zijn (haar?) 253 pagina’s niet nee maar voor mijn doen is dat toch heel erg snel. Eerstens omdat ik altijd mimimaal vijftig boeken tegelijk lees (ofnee niet tegelijk nee maar door elkaar) en twedens omdat ik post moet bezorgen, en koken, en afwassen, en de plee kuisen, en vegen, en mijn kinderen naar school brengen, en voor ze zorgen, en met ze spelen, en ik moet mjoeziek luisteren, zo ongelooflijk veel mjoeziek moet ik luisteren, en daar woordjes over zeggen, hier, daar, op een andere site, en peinzen moet ik, en triest zijn moet ik, en in bad liggen moet ik, en zwijgend in mijn koffie kijken moet ik, wie heeft er tijd om boeken te lezen?, in minder dan een halve week dan nog?

Madeleine léést. Madeleine leest prettig. Ik ken maar weinig boeken die ik met zoveel plezier, zoveel zin, zoveel gedrevenheid heb gelezen als Madeleine. Legde ik het neer, om een van de hoger genoemde dingen te gaan doen bijvoorbeeld, wilde ik het alweer oppakken. Madeleine is (voor het grootste gedeelte althans, maar daar kom ik straks nog over te spreken) warm, fijn, grappig, lieflijk, aangenaam en voelgoed. En dat voor een boek dat zich afspeelt tegen een achtergrond van armoede, mishandeling, verwaarlozing, ziekte, dood, misdaad, alcoholisme, ontrouw, aftakeling, agressie, onnozelheid en algehele gekte. Hoe? Hoe hebben ze’m dat gelapt, die Droog en die Van Dievel om van zulke ellende een boek te smeden dat voor het grootste gedeelte een warm en zacht bedje is waar je maar in wilt blijven liggen en liggen en liggen?

Hoe? Ik ga u zeggen hoe.

Er is inhoud. En er is hoe je die inhoud overbrengt.

Inhoudelijk vertelt Madeleine het weinig boeiende verhaal van de uit een laag milieu afkomstige Madeleine Verboven, een vroegtijdige schoolverlaatster die na de nodige uitzichtloze baantjes terecht is gekomen bij het belachelijk rijke stel Jacques en Elfride waar ze in eerste instantie schoonmaakster is maar het al vrij snel tot een soort van life coach schopt – hetwelk in praktijk betekent dat ze goed betaald wordt om naar haar “werkgevers” te luisteren, waar nodig wat adviezen te geven en vooral de rol te hebben van een gezinslid en dus erbij te zijn op hun exorbitante uitjes en dito etentjes. Klinkt als het scenario voor een hollywoodiaanse vrouwenfilm of het gegeven van een nieuwe serie op NET5 en niet als een boek dat mij voor enkele dagen stevig in zijn ban houden wist.

Dus nogmaals. Hoe?

Voorwaar. Ik zeg u. Er is inhoud. En er is hoe je die inhoud overbrengt.

Dat Van Dievel me kan laten vreten wat ik nooit dacht te vreten, bewees hij met De onderpastoor reeds (al heb ik dat dan ook niet helemaal opgegeten) want intriges in een parochie rondom een veel te progressieve onderpastoor klonk ook al niet als een gegeven dat mij meteen deed opveren uit mijn zetel en dat het “waargebeurd” is, hielp evenmin mee. Toch las ik er graag in totdat die boekenlawine De onderpastoor bedolf. Dat had iets te maken met die volkstaal, meende ik indertijd te detecteren.

Wel. Volkstaal is er in Madeleine genoeg. Het is in plat Vlaams geschreven. Dat is het eerste wat er zo aantrekkelijk aan is. Ik vind dat Vlaams zo prachtig. Zoveel prachtiger dat Nederlands. Zoveel prachtiger ook dan Engels (naar mijn weten werd Louis Paul Boons De kapellekensbaan in het Engels vertaald als Chapel Road maar zeg nu zelf: dat is toch niet hetzelfde? De kapellekensbaan behoort tot de mooiste boeken die ik ken maar een boek dat Chapel Road heet zou ik nooit willen lezen). Wel, aan Madeleine kon ik mij goed laven wat dat Vlaams betreft. Ik heb aardig wat boeken in mijn kast staan waarin Belgische schrijvers het Vlaams niet schuwen, en dan heb ik ook nog -in een andere kast- vele cd’s in één of ander Vlaams dialect. Ik ben er dus niet direct onbekend mee, is wat ik zeggen wil, maar in Madeleine kwamen toch nog wel wat Vlaamse woorden voor die mij (ho, daar had ik bijna gezegd: zelfs mij) niets zeiden. En die ik niet heb opgezocht natuurlijk, omdat in de context meestal wel duidelijk was wat het zeggen wou en zo niet – des te beter. Soms zijn die Vlaamse woordbouwsels zo ongekend geniaal dat je het niet moet willen verpesten door er zoon saai afgezaagd neerlands ekwievalent aan te hangen.

Maar niet aan het Vlaams alleen dankt Madeleine zijn (haar?) lezenswaardigheid. Ikfiguur Madeleine Verboven vertelt haar aan u! Ja. U! De lezer! Ze richt zich tot u, ze praat tegen u. Dat werkt altijd goed he, de lezer direct aanspreken. Doet u voelen alsof u één bent met het boek. Een van de polen die de vertelling in evenwicht houden. De vertelling kan niet zonder verteller, maar ook niet zonder toehoorder. En bladzij na bladzij blijven Droog en Van Dievel de lezer erbij slepen, hem onderdompelend in de zalige waan dat hij in Madeleine volwaardig gesprekspartner is. Een enkele keer drijven ze de illuzie te ver, bijvoorbeeld als Madeleine zogenaamd reageert op iets dat de lezer gezegd zou hebben. Dan wordt het een beetje potsierlijk en op de verkeerde manier lachwekkend. Maar int algemeen slaagt het schrijversduo er griezelig goed in een sfeer te creëren alsof ze daar zit, Madeleine. Bij u thuis. Op de bank. Misschien is ze je poets- of buurvrouw. Misschien is ze een vriendin. Misschien is ze iemand die je vroeger gekend hebt en die je net weer tegenkwam bij de Albert Heijn. Nu zit ze op de bank, jullie drinken koffie en later uiteraard port of wijn, en Madeleine vertelt. En blijft vertellen. Omdat jouw bank zo lekker zit, jouw koffie zo goed smaakt en er geen betere oren zijn dan de jouwe om dit aan te horen.

Louis van Dievel & Britt Droog Madeleine Recensie

Een laatste verteltechniek die voor zoveel vaart zorgt, houdt allicht verband met de oorspronkelijke verschijningswijze van Madeleine. Het was in eerste instansie een feuilleton op internet. Waar op het internet dat weet ik niet; gewoon: “op internet” zeggen ze (heb je wel goed gekeken? óp het internet hè. niet erachter of eronder). Madeleine praat niet vanuit het eitje. Loopt op de zaken vooruit, herneemt eens iets, belooft er later op terug te komen. Veel episodes uit haar leven komt de lezer niet in één keer aan de weet. Het is een gekende truuk, het is misschien een beetje een flauwe truuk maar het is er wel één die er in slaagt de aandacht bij het boek te houden. Want hoe zit dat nou presies, en hoe gaat het verder, en hoe is het zo gekomen? Dat gaat dan ongeveer zo:

“Heb ik al gezegd dat ik afkomstig ben van Okselaar, gelijk okselhaar maar dan zonder h? Grapje! Zijt ge daar al eens geweest? Ik denk het niet. Ge moet het al weten liggen. Als ge in Veerle de baan naar Diest neemt, passeert ge aan uw rechterhand dancing Heideroosje. Dat is in de streek een bekend etablissement. Daar heb ik mij door de Ronny laten doen. Och, ik wil eigenlijk niks over de Ronny zeggen. Later misschien. Ge rijdt voorbij dancing Heideroosje, altijd maar rechtdoor, en als ge coiffeur Mario ziet, of het Dierenparadijs, dan zijt ge in Okselaar. Er is niks te zien. Mijn straat zijt ge voorbij voordat ge het weet. De Molenvijver. Op de hoek van de grote baan en café Den Oxo neemt ge de Tessenderlobaan. Een dikke kilometer rechtdoor blijven rijden, en dan rechtsaf. Daar heb ik dus altijd gewoond. Of bijna altijd, want toen ik nog met de Ronny getrouwd was…

Ik ging over de Ronny zwijgen.”

Niet ongeveer zo. Presies zo. Dat vertrouwelijke taaltje, dat direkte spreken, die licht chaotiese verteltrant die maakt dat Madeleine zich gemakkelijk verliest in zijsporen, en in zijsporen van zijsporen… – dat dus. Dat maakt dat het me zo fijn was, daar in dat eerste deel. Dat ik het zo graag las. En ook dat ik Madeleine me zo sympathiek werd. Ik heb dat niet zo snel bij romanpersonages. Meestal blijven die van papier. Daar. In dat boek. Maar ik liet me met graagte zo schandelijk manipuleren door Droog en Van Dievel dat Madeleine vlees werd, bloed werd, persoon werd. Die ik liefhad. Ofnee, laat ik niet overdrijven. Die ik graag mocht toch. Dat wel.

Maar dan. Met Madeleine is het niet gedaan na pagina 165. Na deel één komt deel twee. Ja. Deel twee heeft anders dan deel één een titel. Madeleine in quarantaine zo luidt die titel. En mijn gevoelens zijn gemengd. Zeer. De -nogal afgezaagde- anticlimax in hoofdstuk 27, naar ik aanneem oorspronkelijk bedoeld als einde, is flauw, gemakzuchtig en laf en in zijn halfhartigheid nogal lauwtjens ook. Het slaat bijna al het voorgaande aan diggelen. Dat kan goed zijn, een bloedmooi stijlmiddel kan dat zijn. Hier echter leek het me niet op zijn plaats. Al goed dus dat het niet het definitieve einde geworden is. Maarja. Wil ik die Madeleine die me vlees geworden was die me bloed geworden was die me sympathiek geworden was wel terugvinden in de hoek der coronafascisten? Of, mocht u dat laatste woord te zwaar vinden: in de hoek van diegenen die zonder enige vorm van protest of kritiek en met hangend hoofd gedwee al hun burgerrechten zijn gaan inleveren bij de alleenheersers die vandaag overheen bijkans heel de wereld de dienst zijn gaan uitmaken. De makke schapen die zich met angst als eeuwige raadgever bijeen hebben laten drijven achter dat hek dat nu en voor altijd hun leefruimte geworden is om van daaruit boos te blaten naar de zwarte schapen die hun vrijheid te lief hadden om alles voor zoete koek te slikken en de euvele moed aan de dag leggen om gewoon door te blijven lopen. Dan misschien toch liever dat zwakke einde en wél gedaan na pagina 165.

En het gaat al vrij rap mis. Dat plaatje bij deel twee, onder die dubieuze titel. De Madeleine van de voorkant maar dan gekneveld met zo’n achterlijke mondkap die niet werkt (& sterker: eerder nog ziek maakt) maar die toch om één of andere rare reden verplicht is geworden (ook hier in dit land, waar nog niet zo gek lang geleden zo’n hetze was tegen “gelaatsbedekkende kledij”). Of dat ten geleide op pagina 169 dat zegt dat “dit boek [eigenlijk] in de herfst van 2020 [had] moeten verschijnen”, maar “[c]orona heeft er anders over beslist”. Feitelijk is het niet corona die zulks beslist, maar de overtrokken coronamaatregelen die maken dat veel anders is gelopen dan gepland. Maar dat is het ergste niet; corona als grote schuldige aanwijzen (en niet de beleidsmakers) is gangbaar geworden in het dagelijks taalgebruik en ik corrigeer mensen er al niet meer op. Alleen bij mijn zoon van zeven en mijn dochter van zes probeer ik het verschil tussen die twee helder te houden. Erger nog is dat het tot op het bot uitgekauwde “ieder nadeel heb zijn voordeel” er maar weer eens bijgehaald wordt, een kliesjee dat ik werkelijk waar niet meer wil horen. Voor zo lang als ik leef niet. En dan die wijd en zijd al te vergoddelijkte Cruijf ook nog een “voetbalfilosoof” noemen (filosoof mun voeten ja). Van dat warm gevoel dat deel één me gaf schoot al bijna niks meer over voor ik een letter in deel twee gelezen had.

En verdorie, al in hoofdstuk 1 van deel 2 toont Madeleine zich het braafste meisje van de klas door als enige niet naar de “lockdownparty” te gaan die op vrijdagavond zou gehouden worden in haar stamkaffee Den Oxo, “vóór alle cafés in het land dicht moesten”. En achteraf prijst ze zich daar gelukkig om, want: “Op maandag lieten al drie feestvierders op Facebook weten dat ze zich maar raar voelden. Op dinsdag lag er al een in het ziekenhuis van Diest. Op de spoed. De Stef. En het was niet voor een snotvalling. Op woensdag begonnen ze op Facebook op Danny van Den Oxo te schelden, dat het allemaal zijn schuld was.” Wat me een tikje aangedikt lijkt, aangezien de incubatietijd van corona volgens mij minimaal vijf dagen is. Als het gaat om ongefundeerde verspreiding van coronahysterie doen al onze overheden al genoeg hun best, laat dat asjeblieft wegblijven uit de schone kunsten. Mijn ergernis is gewekt. Goed. En het einde is al in zicht. Gaat dat nog goedkomen of ga ik op de valreep toch nog een slechte smaak in mijn mond overhouden aan Madeleine?

Het komt goed. Of het komt niet goed. Of een beetje goed. Ik weet het niet. Hoewel corona gelukkig geen hoofdrol opeist in het twede deel, zijn er toch nog wel wat passages, zinnen en opmerkingen die ik liever niet had gelezen. Ik ga die niet allemaal opsommen. Hou het erop dat Madeleine op het einde voor mij niet meer dat heerlijke mens is dat ik in deel één had kennen geleerd.

Al komt dat ook door andere zaken. Het fortuin is haar in deel twee een stuk minder gunstig gezind dan in deel één. Die opmerking is trouwens feitelijk van toepassing op alle verhaalfiguren.

En nu ik u toch in die hoek heb. Het hoofdstuk 9 dat op bladzijde 217 begint is nu het werkelijke slot en van een anticlimax is zeer zeker geen sprake meer. Eerder het tegenovergestelde, hoe dat te noemen? Een superclimax ofzo. Een explosie van gebeurtenissen, de een al theatraler dan de ander. En iedereen die in deel één voorkwam, speelt er een rol(letje) in. Zo vet, zo overdreven, en zo’n krankjorume samenloop van omstandigheden dat het bijna slapstick wordt. Dramatische slapstick, bestaat dat al?

Maar de laatste tien zinnen van de allerlaatste bladzijde ontroeren me buitenmate. Een tranentrekkerige ontroering, een ontroering “ondanks mijzelf”; hoe ik hier tot tranen toe geslagen word daar is Disney niks bij. Maar goed, het effect is hetzelfde: ik sluit het boek met een ferme krop in mijn keel en kippenvel overheen heel mijn lijf. En met het gevoel dat ik eigenlijk twee boeken gelezen heb.

Deel 1 was gelijk ik zei luchtig, lieflijk, komisch, aandoenlijk. Hartverwarmend, zou ik bijna zeggen als ik van dat woord geen slappe knieën kreeg.

Deel 2 is hard, rauw, grimmig, dramatisch, sensationeel en troosteloos. Dus. Wel. Ja. Nee. Hmm. Ik weet nog steeds niet of dat twede deel schrijven wel zo’n goed idee was van Droog en Van Dievel. Je kunt in ieder geval zeggen dat je nu twee boeken krijgt. Voor de prijs van één. Dat moet ons Hollanders toch in ieder geval aanspreken, hè.

Madeleine

  • Schrijvers: Louis van Dievel, Britt Droog (België)
  • Soort boek: romanfeuilleton, Vlaamse roman
  • Uitgever: Uitgeverij Vrijdag
  • Verschijnt: 24 februari 2021
  • Omvang: 168 pagina’s
  • Uitgave: Paperback / Ebook
  • Boek bestellen bij: Boekhandel / Bol 

Flaptekst van de feuilletonroman van Louis van Dievel en Britt Droog

Maak kennis met Mrs Madeleine Verboven: een veertiger met wat overgewicht en een rokershoestje, kuisvrouw van beroep maar niet uit roeping. Afkomstig uit Okselaar, zoals okselhaar maar dan zonder h. Veel te jong getrouwd, moeder van een kind dat inmiddels volwassen is en in ‘den bak’ zit. Tegenwoordig een hobbelig liefdesleven en een hondje dat Angèleke heet. Streetwise, met een korst op haar ziel. Leep, maar niet slecht van inborst. Marginaal? Misschien. Maar daar wordt aan gewerkt. Want bij Elfride en Jacques thuis heeft Madeleine het eindelijk getroffen, méér dan getroffen. Bij deze welstellende lieden heeft ze het min of meer tot een soort van gezinslid geschopt. Wat tal van opportuniteiten biedt, om dat modewoord eens te gebruiken.

Bijpassende boeken en informatie

Leen Huet – Oud papier

Leen Huet Oud papier recensie en informatie van deze bijzondere essaybundel uit 1998. Op 16 februari 2021 verschijnt bij Uitgeverij Davidsfonds de heruitgave van de bundel met essays uit 1998 van de Vlaamse schrijfster, kunsthistorica en filosofe Leen Huet.

Leen Huet Oud papier recensie en informatie

Als de redactie het boek gelezen heeft, kun je op deze pagina de recensie en waardering vinden van de essaybundel Oud papier. Het boek is geschreven door Leen Huet. Daarnaast zijn hier gegevens van de uitgave en bestelmogelijkheden opgenomen. Bovendien kun je op deze pagina informatie lezen over de inhoud van de heruitgave van deze bundel met essays van Leen Huet die voor het eerst verscheen in 1998.

Zelden is op zo’n begeesterende manier over de liefde voor het ondergesneeuwde of vergeten boek geschreven als in de klassiek geworden essaybundel Oud papier (1998) van de Vlaamse schrijfster, kunsthistorica en filosofe Leen Huet. In tweedehandsboekhandels en antiquariaten laat ze zich leiden door het toeval, wat haar onder anderen bij François-René de Chateaubriand, Marie Bashkirtseff, Sarah Bernhardt, Georges Eekhoud, Marie Gevers, Selma Lagerlöf en Gustave Van de Woestyne brengt. Met gretigheid, enthousiasme en esprit brengt Huet verslag uit van haar bevindingen

Oud papier

  • Schrijfster: Leen Huet (België)
  • Soort boek: essays, non-fictie
  • Eerste druk: 1998
  • Uitgever heruitgave: Davidsfonds
  • Verschijnt: 16 februari 2021
  • Omvang: 192 pagina’s
  • Uitgave: paperback
  • Boek bestellen bij: Boekhandel / Bol
  • Waardering redactie: ∗∗∗∗ (uitstekend)

Recensie en waardering van het boek

  • “Waarom zou je een boek uit 1998 met essays heruitgaven? Dat heeft alleen zin als de kwaliteit van de stukken in de bundel hoog is. En dat is precies wat de heruitgave van Oud papier van de Vlaamse schrijfster Leen Huet rechtvaardigt. Niet vaak is er zo enthousiast geschreven over boeken. Leen Huet heeft boeken gekocht die stonden te verstoffen in antiquariaten en is ze gaan lezen. Ze doet verslag van haar leeservaring en laat zich verrassen door de hoge kwaliteit van soms bijna vergeten pareltjes uit de wereldliteratuur. Een mooie aanpak die vraagt om navolging en een prachtig boekje heeft opgeleverd dat een feest is om te lezen.” (Allesoverboekenenschrijvers.nl, ∗∗∗∗)

Flaptekst van het boek met essays over vergeten boeken van Leen Huet

Zelden is op zo’n begeesterende manier over de liefde voor het ondergesneeuwde of vergeten boek geschreven als in de klassiek geworden essaybundel Oud papier (1998) van de Vlaamse schrijfster, kunsthistorica en filosofe Leen Huet.

In tweedehandsboekhandels en antiquariaten laat ze zich leiden door het toeval, wat haar onder anderen bij François-René de Chateaubriand, Marie Bashkirtseff, Sarah Bernhardt, Georges Eekhoud, Marie Gevers, Selma Lagerlöf en Gustave Van de Woestyne brengt. Met gretigheid, enthousiasme en esprit brengt Huet verslag uit van haar bevindingen.

Bijpassende boeken en informatie

Eline Trenson – Cyriel

Eline Trenson Cyriel recensie en informatie nieuwe Vlaamse roman. Op 16 februari 2021 verschijnt bij Uitgeverij Manteau de nieuwe roman van de Vlaamse psycholoog en schrijfster Nathalie Briessinck.

Eline Trenson Cyriel recensie en informatie

Als de redactie het boek leest, kun je op deze pagina de recensie en waardering vinden van de roman Cyriel. Het boek is geschreven door Eline Trenson. Daarnaast zijn hier gegevens van de uitgave en bestelmogelijkheden opgenomen. Bovendien kun je op deze pagina informatie lezen over de inhoud van de nieuwe roman van de Vlaamse schrijfster Eline Trenson.

Eline Trenson Cyriel Recensie

Cyriel

  • Schrijfster: Eline Trenson (België)
  • Soort boek: Vlaamse roman, familieroman
  • Uitgever: Manteau
  • Verschijnt: 16 februari 2021
  • Omvang: 280 pagina’s
  • Uitgave: Paperback

Flaptekst van de roman van Eline Trenson

Als de tweeënnegentigjarige Cyriel Van Daele beseft dat zijn verblijf in zorgcentrum Fortuna meer weg heeft van een hel dan van de hemel die hij zich had voorgesteld, slaat hij aan het schrijven in een poging zijn waardigheid te behouden. Het vroege verlies van zijn moeder, de ambivalente relatie met zijn vader, zijn bewogen liefdesleven, zijn gemiste vaderschap, de gruwel van de oorlog en de vele verlieservaringen maken deel uit van zijn familieportret. Pijnlijk, ontroerend en toch doorspekt met humor.

Eline Trenson Vlaamse schrijfsterEline Trenson Informatie

Eline Trenson (1983, Gent) is klinisch psycholoog en psychoanalytisch therapeut. Na elf jaar aan de Universiteit Gent gewerkt te hebben als coördinator van de permanente vorming psychoanalytische therapie zette ze samen met haar man haar schouders onder een opleidingscentrum in de Franse Périgord Noir.

Het Gedachtegoed biedt cursussen filosofie, psychoanalyse, cultuur en maatschappij aan en verwelkomt iedereen die warm wordt van kritisch denken, lezen en zinvolle dialoog. In 2018 debuteerde Eline met Het vergeten verdriet.


Bijpassende boeken en informatie


Foto Eline Trenson: © Corry & C’Qui Photographie

Caro Van Thuyne – Lijn van wee en wens

Caro Van Thuyne Lijn van wee en wens Caro Van Thuyne Lijn van wee en wensinhoud van de nieuwe roman van de Vlaamse schrijfster. Op 15 januari 2021 verschijnt bij Uitgeverij Koppernik de nieuwe roman van Caro Van Thuyne. Op 9 oktober kreeg Caro van Thuyne de Bronzen Uil 2021 toegekend voor het beste debuut van het jaar.

Caro Van Thuyne Lijn van wee en wens recensie en informatie

Als de redactie het boek leest, kun je op deze pagina de recensie en waardering vinden de roman Lijn van wee en wens. Het boek is geschreven door Caro Van Thuyne. Daarnaast zijn hier gegevens van de uitgave en bestelmogelijkheden opgenomen. Bovendien kun je op deze pagina informatie lezen over de inhoud de nieuwe roman van de Belgische schrijfster Caro Van Thuyne.

Mari, zij is met Felix, haar partner, maar zij is in diepe rouw. Haar kleine zusje Lully die acht jaar geleden overleden is. Het zusje met het Warfarine syndroom. Zij kon niet lopen, haar hersenen minimaal ontwikkeld, blind en doof. Het zusje waar zij voogd over werd, haar verzorgde, waarvoor zij haar taal leerde, en waarmee communicatie alleen mogelijk was op basis van een  geestelijke en vooral fysiek een symbiose. De rouw, die haar onttakelt, waarin zij is ondergedompeld, maar het lukt haar niet die dood de accepteren, zich aan over te geven en dan, hoe onmogelijk ook, door te gaan met leven. Prachtig beschrijft Thuyne de mogelijkheid , de fantasie, die dood ongedaan te maken. Dit probeert Mari als zij onderweg is, weg bij Felix, geen idee of zij ooit weer terug kan, maar voor nu, op pad. De grote olifant, die haar verstikt, die haar uitzicht beperkt, haar in de weg zit en staat, haar betast met zijn zoekende, zachte slurf, elke ruimte vult met verdriet. Wil zij hem kwijt of niet? Dat gaat zij uitvinden onderweg.

Lopen, lopen, lopen, door een adembenemend landschap

De olifantspaadjes volgend langs de rivier de Rin. Lopen, lopen, lopen, door een adembenemend landschap, tergend koud, hagel, regen , maar natuurlijk ook de zon. Voorbij het eigen kunnen lopen, zoeken naar cadans, zodat het lopen wordt overgenomen samensmelt met de omgeving, versmelt met de vrije geest?Onderweg zich lavend aan teksten van Richard Skelton, zanger, dichter, ook in rouw. En natuurlijk haar berichten aan Felix. Ja zij mist hem,maar moet door, is nog lang niet daar waar de Rin bij de zee aankomt. Nee, gelukkig is zij niet alleen. Een gewonde kauw kruist haar pad. Zij verzorgt hem en Jakke, zoals zij de kauw noemt, trekt met haar op. Slaapt naast haar in een lekker warm nest, vliegt met haar mee. En Mari moet door. Zolang de strijd tussen rouw om haar dode zusje en de liefde voor haar Felix haar weg bepaalt is Mari aan zichzelf overgeleverd.

Caro Van Thuyne Lijn van wee en wens Recensie

Zolang ze de taal van deze allesomvattende emoties niet kan ontleden, niet precies bij de goede woorden kan komen blijft zij ondergedompeld in een krachtenveld waar de uitgang niet te vinden is.

Misschien is de taal van doof-blinden de uitkomst. De taal met weinig of geen woorden. De taal van aanraking, gebaren, rituelen, geuren, herhalingen, voorspelbaarheid, gebaseerd op zintuiglijkheid. Is dat de weg? Hoort zo’n taal onvoorwaardelijk verbonden te zijn met de grote menselijke emoties? Kan zo’n taal de eenzaamheid doorbreken die nu een maal onlosmakelijk gekoppeld is aan en emotie die hoort bij rouw? En…is dat het medicijn tegen rouw?

Bijzondere roman over de fysieke en geestelijke oerpijn die hoort bij rouw

Caro van Thuyn zegt over taal; “taal, die secuur neerlegt alsof ze alles definieert, ze bestaat niet.” En even verder; “er huist een stilte in de dood die zo absoluut is dat de levenden moeten zwijgen, en, woorden zijn water.”  Thuyn heeft het antwoord niet, geeft het antwoord niet.  Zij verweeft haar omzwervingen langs en door de emoties, met prachtige taal over de natuur, haar ongereptheid, haar verleidelijkheid, haar onverwachte krachten en gevaren. Maar zorgt voor troost voor haar hoofdpersonage Mari, en voor de lezer, met teksten van Richard Skelton.

Caro van Thuyn schreef deze roman over de fysieke en geestelijke oerpijn die hoort bij rouw, waarbij overgave aan deze pijn een lijn kan zijn deze krachten, vergelijkbaar met de oerkrachten van de natuur te ondergaan, te aanvaarden. De roman is gewaardeerd met ∗∗∗∗∗ (zeer goed).

Recensie van Mieke Koster

Lijn van wee en wens

  • Schrijfster: Caro Van Thuyne (België)
  • Soort boek: Vlaamse roman
  • Uitgever: Koppernik
  • Verschijnt: 15 januari 2021
  • Omvang: 160 pagina’s
  • Uitgave: Paperback / Ebook
  • Boek bestellen bij: Boekhandel / Bol
  • Waardering redactie: ∗∗∗∗∗ (zeer goed)
  • Winnaar Bronzen Uil 2021

Flaptekst van de nieuwe roman van Caro Van Thuyne

In het achtste jaar van de rouw laat haar man thuis achter om een rivier te volgen naar zee. Terwijl ze probeert zich los te wandelen van de pijn en een nieuwe lijn te vinden voor haar leven, bouwt Felix aan een plekje waar zijn vrouw zich misschien ooit thuis zal voelen.

Lijn van wee en wens is een roman over de onttakeling door rouw en de liefde die niet opgeeft. Caro Van Thuyne heeft een meanderend portret geschreven van een vrouw die olifantenpaadjes trekt tussen deze twee oerkrachten, geschreven in een rauwe, weerbarstige stijl. De roman is een zoektocht naar wat verlies betekent.

Bijpassende boeken en informatie

Els Moors – Mijn nachten met Spinoza

Els Moors Mijn nachten met Spinoza recensie en informatie nieuwe Vlaamse roman. Op 18 mei 2021 verschijnt bij Uitgeverij De Arbeiderspers de nieuwe roman van de Vlaamse schrijfster Els Moors.

Els Moors Mijn nachten met Spinoza recensie en informatie

Als de redactie het boek leest, kun je op deze pagina de recensie en waardering vinden van de roman Mijn nachten met Spinoza. Het boek is geschreven door Els Moors. Daarnaast zijn hier gegevens van de uitgave en bestelmogelijkheden opgenomen. Bovendien kun je op deze pagina informatie lezen over de inhoud van de nieuwe roman van de Belgische schrijfster Els Moors.

Els Moors Mijn nachten met Spinoza Recensie

Mijn nachten met Spinoza

  • Schrijfster: Els Moors (België)
  • Soort boek: filosofische roman
  • Uitgever: De Arbeiderspers
  • Verschijnt: 18 mei 2021
  • Omvang: 368 pagina’s
  • Uitgave: Paperback 

Flaptekst van de Spinoza roman van Els Moors

In Mijn nachten met Spinoza brengt Els Moors gedurende exact 48 dagen aan de hand van de 48 door Spinoza gedefinieerde affecten (impulsen tot handelen, zoals begeerte, hoop, afgunst, medeleven, wellust) getrouw verslag uit van alle gebeurtenissen in haar eigen leven. Het resultaat is een rauw en openhartig zelfonderzoek, het verslag van een zomer vol oude en nieuwe liefde, verwachtingen, ontgoochelingen, dagdromen en onverwachte ontmoetingen. De realiteit in deze roman overtreft moeiteloos de fictie. Wat beklijft is het verlangen om de essentie van het mens zijn in woorden te vatten.

Bijpassende boeken en informatie

 

Diane Broeckhoven – De souffleur

Diane Broeckhoven De souffleur recensie en informatie over de inhoud van deze nieuwe Vlaamse roman. Op 18 maart 2021 verschijnt bij Uitgeverij Vrijdag de nieuwe roman van de Vlaamse schrijfster Diane Broeckhoven.

Diane Broeckhoven De souffleur recensie en informatie

Als de redactie het boek leest, kun je op deze pagina de recensie en waardering vinden van de roman De souffleur. Het boek is geschreven door Diane Broeckhoven. Daarnaast zijn hier gegevens van de uitgave en bestelmogelijkheden opgenomen. Bovendien kun je op deze pagina informatie lezen over de inhoud van de nieuwe roman van de Vlaamse schrijfster Diane Broeckhoven.

Diane Broeckhoven De souffleur Recensie

De souffleur

  • Schrijfster: Diane Broeckhoven (België)
  • Soort boek: Vlaamse roman
  • Uitgever: Uitgeverij Vrijdag
  • Verschijnt: 18 maart 2021
  • Omvang: 144 pagina’s
  • Uitgave: gebonden boek / ebook
  • Boek bestellen bij: Bol / Libris

Flaptekst van de nieuwe roman van Diane Broeckhoven

Susanne (66) beleeft een zomers gloriemoment: ze haalt de voorpagina van de streekkrant met de hoogste zonnebloem van de tuinwijk. Enkele dagen later vindt ze op haar deurmat een kaart met de zonnebloemen van Van Gogh en een onbekend telefoonnummer. Als ze het nummer na lang aarzelen belt, herkent ze meteen de stem die haar terugvoert naar het schooljaar waarin ze zestien werd. Het jaar waarin haar vader – regisseur bij amateurtoneelgroep DOP (Door Oefening Prestatie) – haar tot zijn assistente benoemt, waarin ze kennis maakt met haar overleden zusje en waarin een aanbeden klasgenoot voor iemand anders kiest. Maar vooral het jaar waarin de souffleur, Onno, ongekende gevoelens in haar wakker maakt, waardoor ze zo broos en breekbaar wordt als het Glazen Speelgoed uit hun toneelstuk. Ze besluit om de hoogbejaarde Onno op te zoeken in Huis Parkzicht.

Bijpassende boeken en informatie

Lize Spit – Ik ben er niet

Lize Spit Ik ben er niet recensie en informatie over de inhoud van deze nieuwe Vlaamse roman. Op 10 december 2020 verschijnt bij Uitgeverij Das Mag de nieuwe roman van de Vlaamse schrijfster Lize Spit.

Lize Spit Ik ben er niet recensie en informatie

Als de redactie het boek leest, kun je op deze pagina de recensie en waardering vinden van het de roman Ik ben er niet. Het boek is geschreven door Lize Spit. Daarnaast zijn hier gegevens van de uitgave en bestelmogelijkheden opgenomen. Bovendien kun je op deze pagina informatie lezen over de inhoud van de nieuwe roman van de Belgische  schrijfster Lize Spit.

Lize Spit Ik ben er niet Recensie

Ik ben er niet

  • Schrijfster: Lize Spit (België)
  • Soort boek: Vlaamse roman
  • Uitgever: Das Mag
  • Verschijnt: 10 december 2020
  • Omvang: 576 pagina’s
  • Uitgave: Paperback 

Waardering van de roman Ik ben er niet

  • “Geraffineerd en meedogenloos. Minutieus en trefzeker.” (Trouw)
  • “De verrassende debutante is een groot schrijver geworden.” (Friesch Dagblad)
  • “Lize Spit legde de lat hoog en raakt er met grote (taal)vaardigheid en souplesse overheen.” (De Tijd)
  • “Een zorgvuldige meeslepende roman.” (Het Nieuwsblad, ∗∗∗∗)

Flaptekst van de nieuwe roman van Lize Spit

‘Wij waren de twee scheefgezakte pilaren die, zodra je ze tegen elkaar aan deed leunen, steviger zouden staan dan één ongeschonden, op zichzelf staande pilaar ooit kon. Het zou goed komen met ons, zolang we samen bleven.’ De Brusselse Leo is tien jaar samen met haar vriend Simon. Verbonden door een moeizame jeugd, heeft het koppel weinig anders nodig dan elkaar. Tot alles kantelt: Simon komt midden in de nacht thuis en lijkt vanaf dat moment iemand anders.

Langzaam valt Leo’s minutieus opgebouwde bestaan uiteen, tot het punt waarop het gevaarlijk wordt. Ik ben er niet is een verhaal over toewijding en verraad, over twee mensen die op hun eigen manier gemankeerd zijn, maar die hun uiterste best doen opgemerkt te worden, lief te hebben en te leven.

Bijpassende boeken en informatie

Tineke Van den Eynde – Schaduwdanser

Tineke Van den Eynde Schaduwdanser recensie en informatie over de inhoud van deze nieuwe Vlaamse roman. Op 19 oktober 2020 verschijnt bij Uitgeverij De Geus de nieuwe roman van de Vlaamse  schrijfster Tineke Van den Eynde.

Tineke Van den Eynde Schaduwdanser Recensie en Informatie

Als de redactie het boek gelezen heeft, kun je op de pagina de recensie en waardering vinden van de roman Schaduwdanser. De roman geschreven door Tineke Van den Eynde. Daarnaast zijn hier gegevens van de uitgave en bestelmogelijkheden opgenomen. Bovendien kun je op deze pagina informatie lezen over de inhoud van deze roman van de Belgische schrijfster Tineke Van den Eynde.

Tineke Van den Eynde Schaduwdanser Recensie

Schaduwdanser

  • Schrijfster: Tineke Van den Eynde (België)
  • Soort boek: Vlaamse roman
  • Uitgever: De Geus
  • Verschijnt: 19 oktober 2020
  • Omvang: 288 pagina’s
  • Uitgave: Paperback / Ebook

Flaptekst van de roman van Tineke Van den Eynde

Tineke groeit op als dochter van een berucht diamanthandelaar. De dreiging van represailles uit het misdaadmilieu zorgen voor een angstklimaat in huis. Binnen het uiteenvallende gezin gaat ze gebukt onder de psychische terreur van haar oudere zus. Pas als ze gaat studeren lijkt ze haar zelfvertrouwen te kunnen herwinnen.

Haar werk als showbizzjournaliste voor TV Familie, een Vlaams glamourblad, confronteert haar met een nieuw soort terreur. Ze verzet zich tegen de amorele praktijken aldaar, maar druk, manipulaties, het verlies van haar geloofwaardigheid en seksuele intimidatie duwen haar naar een afgrond die ze van vroeger kent.

Bijpassende boeken en informatie

Amarylis De Gryse – Varkensribben

Amarylis De Gryse Varkensribben recensie en informatie over de inhoud van deze nieuwe Vlaamse roman. Op 2 oktober 2020 verschijnt bij Uitgeverij Prometheus de debuutroman van de Vlaamse schrijfster Amarylis De Gryse.

Amarylis De Gryse Varkensribben Recensie en Informatie

Als Marieke door haar vriend, de zoon van de slager, uit huis gezet is, komt ze er alleen voor te staan. De eerste weken na haar vertrek leeft ze vanuit een gehuurde auto. Wel blijft ze werken in het verzorgingstehuis. Ook hier komt ze er alleen voor te staan. Alle afdelingen verhuizen naar een nieuw gebouw aan de overkant van de weg. Echter de afdeling waar Marieke werkt verhuist nog niet. Water en elektriciteit zijn inmiddels afgesloten en ook hier staat Marieke alleen.

Innemende verloren ziel op zoek naar houvast en liefde

In haar eenzaamheid mijmert ze over haar jeugd waar geluk vaak ontbrak. Herinneringen aan lekker eten houden haar enigszins op de been. Marieke is een innemende verloren ziel die op zoek is naar houvast en liefde.

Amarylis de Gryse Varkensribben Recensie

Het risico van een wat zeurderige roman waarbij een veelheid zelfbeklag en zelfmedelijden de boventoon voeren liggen bij een thema als dit op loer. Echter Amarylis De Gryse slaagt er uitstekend is deze valkuilen te ontwijken. In verzorgde stijl beschrijft ze het leven van een zoekende jonge vrouw die op onorthodoxe wijze zelf haar eigen leven probeert vorm te geven.

Door de tragikomische verteltrant krijgt de roman een plezierige lichtvoetigheid en wint de hoofdpersoon aan kracht

Door te kiezen voor een enigszins tragikomische verteltrant krijgt de roman een plezierige lichtvoetigheid en wint de hoofdpersoon aan kracht. Waar Amarylis De Gryse vooral in uitblinkt zijn de herinneringen aan luisterrijke maaltijden uit het verleden die Marieke op moeilijke momenten op de been houdt met precies de juiste balans tussen humor en nostalgie.

Varkensribben is het debuut van een nieuw Vlaams schrijftalent. De roman overtuigt en smaakt naar meer. Gewaardeerd met ∗∗∗∗∗ (zeer goed).

Varkensribben

  • Schrijfster: Amarylis De Gryse (België)
  • Soort boek: Vlaamse roman, debuutroman
  • Uitgever: Prometheus
  • Verschijnt: 2 oktober 2020
  • Omvang: 224 pagina’s
  • Uitgave: Paperback / E)book
  • Waardering redactie: ∗∗∗∗∗ (zeer goed
  • Genomineerd voor de Bronzen Uil 2021

Recensie en waardering voor Varkensribben

  • “Charmant debuut over een verloren ziel met een hang naar troostrijk eten” (Charlotte Remarque, De Volkskrant)

Flaptekst van de roman van Amarylis De Gryse

Marieke slaapt al dagen in een huurauto aan de vaart. Net toen ze de was wilde doen, zette haar jeugdliefde haar op straat. Ze raakte haar kleren kwijt, haar huis, en ook zichzelf. De zomer wordt steeds warmer. Ook in het rust- en verzorgingstehuis waar ze als verpleegster de ochtenddienst doet. Door problemen bij de verhuizing van het oude naar het nieuwe, modernere gebouw, blijft Marieke alleen met de bejaarden in de hitte achter. Maar zolang ze niet teveel nadenkt, komt alles wel goed.

Niet aan gehaktballen denken. Niet aan de wegkwijnende bejaarden. Niet aan die ene bezoeker die ze naar zijn huis volgde. Niet aan hoe ze opgroeide. Niet aan worst met appelmoes. Niet aan pralines. Niet aan rauw vlees en noordzeesalade.
Dan komt alles goed. Toch?

Varkensribben is een tragikomisch verhaal over zorgzaamheid, loyaliteit, hoe herinneringen een leven beïnvloeden en hoe eten alle basisemoties kan vervangen.

Vanuit een klein houten huisje naast de snelweg schrijft Amarylis De Gryse (1989) fictie. Ze groeide op in West- Vlaanderen en woont in Antwerpen, waar ze zich omschoolt tot boerin. Varkensribben is haar debuutroman.

Bijpassende boeken en informatie