Categorie archieven: Poëzie

Ocean Vuong – De tijd is een moeder

Ocean Vuong De tijd is een moeder recensie en informatie over de inhoud van de bundel met nieuwe gedichten. Op 19 april 2022 verschijnt bij uitgeverij Hollands Diep de Nederlandse vertaling van de dichtbundel Time Is a Mother van de Amerikaanse schrijver Ocean Vuong.

Ocean Vuong De tijd is een moeder recensie en informatie

Als de redactie het boek leest, kun je op deze pagina de recensie en waardering vinden van De tijd is een moeder. Het boek is geschreven door Ocean Vuong.Daarnaast zijn hier gegevens van de uitgave en bestelmogelijkheden opgenomen. Bovendien kun je op deze pagina informatie lezen over de inhoud de nieuwe dichtbundel van de Vietnamees-Amerikaanse schrijver en dichter Ocean Vuong.

Ocean Vuong De tijd is een moeder Recensie

De tijd is een moeder

  • Schrijver: Ocean Vuong (Verenigde Staten)
  • Soort boek: gedichten, poëzie
  • Origineel: Time Is a Mother (2022)
  • Nederlandse vertaling: Onno Kosters
  • Uitgever: Hollands Diep
  • Verschijnt: 19 april 2022
  • Omvang: 80 pagina’s
  • Prijs: € 17,50 – € 22,50
  • Uitgave: paperback / ebook
  • Boek bestellen bij: Boekhandel / Bol

Flaptekst van de dichtbundel van Ocean Vuong

Hoe keren we terug tot onszelf anders dan door de bladzijde om
Te vouwen en zo de spannende passage te markeren

In zijn uiterst persoonlijke tweede dichtbundel De tijd is een moeder gaat Ocean Vuong op zoek naar manieren om te leven na de dood van zijn moeder. Er is rouw, maar ook de overtuiging dat hij daaruit kan komen. Hij worstelt met zijn eigen verlies, maar ook met het gegeven dat hij rechtstreeks het product is van de oorlog in Vietnam, een thema dat we herkennen uit Vuongs indrukwekkende roman Op aarde schitteren we even. Zijn gedichten zijn sprankelend, compromisloos en onontkoombaar en maken voelbaar hoe het is om te leven als de bodem onder een verscheurd bestaan wegvalt.

Vuongs eerste bundel Night Sky with Exit Wounds werd bekroond met de Whiting Award (2016) en de T.S. Eliot Prize (2017) en hij werd in 2019 benoemd tot MacArthur-fellow. Zijn poëzie is bij uitstek menselijk, en daar hoort een scherp oog voor de maatschappelijke werkelijkheid bij. In De tijd is een moeder experimenteert Vuong op een vernieuwende en gedurfde manier met taal en vorm, zonder dat de inhoud abstract wordt. Hij aarzelt niet om eeuwig terugkerende levensvragen steeds opnieuw te stellen. De tijd is een moeder is een eerbetoon aan de kracht van zachtheid in tijden van geweld.

Bijpassende boeken en informatie

Mustafa Stitou – Waar is het lam?

Mustafa Stitou Waar is het lam recensie en informatie over de inhoud van de nieuwe dichtbundel. Op 12 april 2022 verschijnt bij uitgeverij De Bezige Bij het nieuwe boek van de Marokkaans-Nederlandse dichter Mustafa Stitou.

Mustafa Stitou Waar is het lam? Recensie en informatie

Als het de redactie het boek leest, kun je op deze pagina de recensie en waardering lezen van de dichtbundel Waar is het lam? Het boek is geschreven door Mustafa Stitou. Daarnaast zijn hier gegevens van de uitgave en bestelmogelijkheden opgenomen. Bovendien kun je op deze pagina informatie lezen over de inhoud van de nieuwe dichtbundel van Mustafa Stitou.

Mustafa Stitou Waar is het lam Recensie

Waar is het lam?

  • Schrijver: Mustafa Stitou (Marokko, Nederland)
  • Soort boek: gedichten, poëzie
  • Uitgever: De Bezige Bij
  • Verschijnt: 12 april 2022
  • Omvang: 96 pagina’s
  • Uitgave: paperback / ebook
  • Prijs: € 21,99 / € 9,99
  • Boek bestellen bij: Bol / Libris

Recensie en waardering van het boek

  • “Hoe hard je ook probeert, je raakt nooit helemaal onder het juk van schuld en schaamte uit dat een religieuze opvoeding op je schouders legt. Een vlijmscherpe poëtische afrekening met het geloof, die vrolijke vroomheid ontmaskert als grimmig geweld.” (HUMO boeken van het jaar 2022)

Flaptekst van de bundel met nieuwe gedichten van Mustafa Stitou

Een woordvoerder prijst een nieuw soort offerdier aan. Het haar van een vrouw valt uit omdat ze een hoofddoek draagt. In een simulator wordt een god langdurig blootgesteld aan kosmische straling. In zijn vijfde dichtbundel zet Stitou een wereld neer die zowel archaïsch is als hedendaags, en onderzoekt hij het drama van het offer vanuit verschillende invalshoeken. Draait het uiteindelijk om angstbezwering? Is het gevaar dat moet worden afgewend ingebeeld of reëel?

Veel gedichten laten zich lezen als een associatief commentaar bij het Bijbelvers waaraan de bundel zijn titel ontleent — de vraag van Isaak aan zijn vader, de patriarch Abraham, als ze onderweg zijn naar de offerplaats en de schrik het kind om het hart slaat. Waar is het lam? is intrigerende en indringende poëzie, waarin het persoonlijke en politieke, droom en werkelijkheid, vrees en verlangen continu op elkaar ingrijpen.

Bijpassende boeken en informatie

Jane Leusink – Kraanvogels

Jane Leusink Kraanvogels recensie en informatie over de inhoud van de nieuwe dichtbundel. Op 8 april 2022 verschijnt bij uitgeverij Nobelman het boek met nieuwe gedichten van Jane Leusink.

Jane Leusink Kraanvogels recensie en informatie

Als de redactie het boek leest, kun je op deze pagina de recensie en waardering vinden van de dichtbundel Kraanvogels. Het boek is geschreven door Jane Leusink. Daarnaast zijn hier gegevens van de uitgave en bestelmogelijkheden opgenomen. Bovendien kun je op deze pagina informatie lezen over de inhoud van het boek met nieuwe gedichten van Jane Leusink.

Recensie van Tim Donker

Dat krijg je dan gewoon. Ik kende Jane Leusink niet, ik kende uitgeverij Nobelman niet. En dat krijg ik dan gewoon in mijn handen. Kraanvogels. Dat kraanvogels in de Chinese traditie de zielen van de doden op hun rug dragen wist ik ook niet, er is veel om niet te weten, er is veel om niet te kennen. Je kunt ook zeggen er is veel om te leren kennen, er is veel om te weten te komen, ik zet mij, met koffie, op een grijze dag, zet ik mij neder met deze bundel en ik lees. Dat we hier op aarde zijn, en niet in het paradijs lees ik en ik denk o. Het zou over de Pools-Russische oorlog kunnen gaan in deze bundel, het zou over hongersnood kunnen gaan in deze bundel, het zou over epidemieën kunnen gaan in deze bundel. Of misschien gaat het over de dood van een echtgenoot. Misschien gaat het over Todestag. Misschien gaat het over de dood van een dochter, of die van een goede vriendin. De slag in het dichtbegroeide bos van Mametz misschien, kan ook.

Er veel dood en afscheid en oorlog en ellende in deze bundel ja. En ik hou niet perse van dood en afscheid en oorlog en ellende in poëzie. Ik hou van dichters die me kijken laten naar waar ik anders aan voorbij gelopen zou zijn. Ik heb de dichter niet nodig om te weten dat ellende ellendig is. Ik heb de dichter niet nodig om het gewicht van dood te voelen. Dat gaat me zonder de dichter ook goed af. Waarom dichten over dat waar niemand naast kan kijken? De grote thema’s enzo. Ook ik dacht ooit dat poëzie zich daarmee, en daarmee alleen, bezig diende te houden. Maar toen. Ik was 23 toen ik in de trein van Diemen-Zuid naar Utrecht-Overvecht zat, en las. Ik las en las en las. Ik las Een leeuwerik boven een weiland van K. Schippers en ik vond het fantasties. Tot dan toe dacht ik dat de dichter dramaties diende te zijn, of onbegrijpelijk. Schippers was geen van beiden. Schippers toonde me wat ik zag als ik beter keek, als ik deed alsof alles steeds Ierland was. Zo’n ervaring tekent een mens. Door zo’n ervaring is een mens voor altijd getekend. Ja. Ik hou van poëzie die me toont wat er in de barsten van het trottoir verscholen zit. Dat wat door iedereen vertrapt wordt. Dat waaraan iedereen voorbij loopt. Het kleine, ik hou van het kleine. De dood is niet klein. De dood is groot. De dood is geen Ierland. De dood is overal.

Maar dit krijg je dan gewoon. Ik kende Jane Leusink niet, ik kende uitgeverij Nobelman niet. Dit krijg ik dan, en gegeven paarden moet je in de bek kijken. Is wat ik doe. Steeds weer mijn kop helemaal in de muil der poëzie steken, in weerwil van al te scherpe (of juist al te stompe) tanden. En toen ik me nedergezet had en las, las ik dingen. Dingen en ietsen. En ze spraken tegen me, die dingen en die ietsen. Bijvoorbeeld:

Er waren die ochtend geen redenen
om in een betere wereld te geloven, geen
reserves, zelfs de tulp was nog een tulp, mijn fancy
schoenen maatgetrouwe liefde, hoe moet ik zeggen?
Iemand fietste onder zijn regenwolk naar het station.

De regenwolk alleen de zijne, een station het station, ieder station is het station, de tulp gewoon een tulp, en dat op zo’n soort ochtend, een ochtend waarop er geen redenen zijn om in een betere wereld te geloven, een ochtend dus, als zovele, nee zeg alle (ofnee, dan weer, neem die ochtend van laatst nog, het was vroeg, de wekker net gegaan, ten stonde zeven of daarvoor zelfs nog (ik geloof dat die wekker iets voor loopt), ik stommel naar weesee met mijn haren ongekamd, met nog geen kleren aan mijn lijf (behalve dan mijn boxershort), en als ik voorbij de kamer van mijn dochter stommel roept ze me (en hoe herkent ze me aan mijn stommel, stommel ik wezenlijk anders dan moeder?), en ik open haar deur en daar zit ze, rechtop in bed, mijn dochter, mijn moje lieve onvergelijkbare fantastiese zevenjarige dochter, rechtop in haar bed en ze kijkt blootvoetse piekharige lodderig uit de ogen kijkende mij aan en ze zegt heel blij O pappa ik hou van je ik heb je heel lang niet gezien!, en ik had haar de vorige avond nog op bed gelegd, ik leg allebei mijn kinderen alle avonden op bed, eerst mijn dochter, dan mijn zoon, ik breng ze naar bed en lig naast hen in hun hoogslapers, we kijken naar een strip samen, we praten wat, we lachen wat, we dollen wat, dan ga ik op hun kamervloer zitten en lees voor uit een boek, wanneer dan nog niet in slaap zing ik, ik zing Leonard Cohen of Randy Newman of 18th dye of Geraldine Fibbers of Pink Floyd of Gorki of Palace Brothers of Dream City Film Club of Nine Inch Nails en als het moet zing ik zelfs Kalverliefde van Robert Long (dat “zo zal het zeker nooit meer zijn” voelde ik vanaf mijn hoofd diep neerwaarts mijn ruggengraat gaan toen ik kind van tien was (toen dacht ik aan Lonneke) en ik voel het nog altijd zo nu ik bijna vijftig ben), en soggens, van zodra ik wakker ben en heel geregeld ook daarvoor nog, roepen ze mij, mijn kinderen, hun vader, dus de enige uren dat ik ze niet zie zijn de uren dat ze slapend zijn, en die ochtend, de haren gepiekt, de blik nog niet op scherp (is ook moeilijk zonder bril), dacht ik aan een ons overstijgende wereld, een andere wereld, een betere wereld, een wereld waarin wij -mijn kinderen en ik- ook dromend samen konden zijn, en misschien is dat iets om in te kunnen geloven?). Het is niet veel, het is iemand op een fiets en het regent. En juist dat. Voilà. Ik lees verder.

De dingen. De ietsen.

Bijvoorbeeld gieren hun ogen telescopen hun vleugels geschapen tot prozagedichten, en bien sûr zal de pot ons honing verschaffen.

Denk ik het is de taal. Het is de taal bij Jane Leusink. Ze viert de taal. Of ze laat de taal zichzelf vieren. Het is taalgenot denk ik. Het is de spanwijdte van de taal. Het zijn de dingen. Het zijn de ietsen.

Bijvoorbeeld Wij.

Ow.

Wij als titel is voor mij besmet. Ik vond die roman van Elvis Peeters behoorlijk mislukt. Waar ging het ookweer over? Het bedrijf als rechtspersoon toch zoiets?, welk een ziek persoon een bedrijf dan zou zijn?, dat uitdiepen en doordenken en dan kom je uit bij egoïstische pubers, ow en ook de verdorvenheid van het kapitalisme niet?, het rücksichtloze hedonisme van ons consumenten of moet ik zeggen consumentistiese consumenten, en natuurlijk werd het verfilmd, is dat ironie?: de filmindustrie en kapitalisme en hedonisme en alles ja, zo’n lekker sensationalisties filmpke, goedverkopende schokkunst, ow!, en De Boodschap als lauwe excuustruus nee nee nee dit is niet Al plat ja ja ja ik heb hier wel degelijk iets mee te Zeggen ja zal best allemaal maar het zette me toch niet echt denkend het zette me alleen maar zuchtend en het is als je het mij vraagt (je vraagt het mij niet Elvis) dan ook meer dan verzeggend dat de verfilming hier ter lande ooit eens uitgezonden is door pulpomroep BNN en als je ooit iets gemaakt hebt dan aanleiding kan geven tot iets dat kan opgepikt worden door BNN dan is het mislukt en wel zodanig mislukt dat ik maandenlang niet meer kon luisteren naar het eens zo geliefde Aroma Di Amore (daar was je nog Jos Verlooy niet Elvis?), ja, zodanig mislukt dat ik last krijg van convulsies als ik alleen maar de titel Wij ergens tegenkom, dan wil ik daar niks mee te maken hebben, dan wil ik het liefst wat het dan ook is dat ik mijn handen hou in het vuilnisvat werpen.

Maar daarmee zou ik Jane Leusink, en ook mijzelf danig tekort doen.

Wij staat ongeveer op het midden van Kraanvogels. Het is een gedicht nee het is een gedichtensieklus nee het is een zich over meerdere pagina’s uitstrekkend en met veel paginawit omgeven poëem. “wij leven hier in de verte zonder woorden / wij voelen wat we bijna vergeten waren / oude dingen over onszelf wij is schapen / is lammeren is wij om naar te zoeken wij / is een kudde is honden is haar om ons te leiden / opdat er altijd een weg terug is want wij / is onze taal is gras is water brokken zout / is de stilte van onze lammeren” – ja zeker, zo is wij! (hept de lammetjes al gestopt met schreeuwen, klaries?) (ook een boutfilm (maar bestaat er een ander soort?) (elke film is een boutfilm) maar wel heel aardig om te pastiesjeren) (ik kan geen chianti ontkurken zonder met hese stem te mompel aj eet his livvuh wif ee nais kianti!) (ow, kannibalisme) (ow, ik kan niet wachten op mijn Occult Box, wanneer toch komt mijn Occult Box?); en wij is ook zo: “Wij houden niet van stof en migranten”; “wij blijven veilig” (want wij nemen de prik en wij zitten met een mondkap op in een verder lege auto); “gezwets / onbenullig geklets bestemd voor het kwijlend electoraat” – dat is de wij die maar zomaar de wij van hier zou kunnen zijn maar neen dit gaat niet over Nederland en haar domme Ruttevolk want daarvoor zijn er teveel rotsen teveel jeneverbessen is er teveel warmte en wie is die Violaine Berot die schrijft dat “wij” “slechts een stuk vlees op het bord” zijn? Wij is eetbaar? (aj eet his livvuh wif ee nais kianti!), misschien is wij niet altijd wij (de geperverteerde wij van Peeters) (de geknechte wij van Rutte) (de wij die we nooit wouden zijn), misschien gaat het hier gewoon om beren:

“Wist u dat een berin ja honderdvierkante kilometer aan leefruimte nodig heeft, haar mannelijke evenknie zelfs zeshonderd? wist u dat in de zomerhitte dat aantal kan oplopen tot ja duizend? wist u dat diezelfde beer wier verplaatsingsgedrag men tegenwoordig via een radiozender volgt dan zesenveertig keer jaja de Route nationale 20 moet oversteken? de Route nationale een van de drukste autowegen van de Pyreneeën is? in 2006 werden de Sloveense Hvala Pauloma Franska Sarousse en man Balou hier los gelaten. Pauloma viel nog datzelfde jaar jajaja in een diep ravijn en overleed. Franska overleefde in 2007 een aanrijding met twee auto’s niet. Sarousse heeft in 2010 jajaja twee kleine beertjes gebaard en met Hvala gaat het nog beter, nog beter. In 2007 werden Pollen en Bambou geboren, in 2009 zagen Nheu en Noisette jajaja het daglicht.”

(denk ik: wat zouden beren stemmen als beren stemrecht hadden?)

Of. Een soort van doodgaan waar je langs moet om bij je kamer te komen. Of donkere hoekjes. Of een dier dat geen dier wil zijn (het geniale dier) (organisatiefilosofie, echtwaar?). Of het zonlicht dat breekt. Of hoe woorden dingen worden. Of brood, modder, zout, zout. Of een vriendin met oranje lippen, woudgroene teennagels en avondzongouden oorhangers. Of een Utrechtse parapsycholoog. Of wat E. du Perron van Vicki Baum vond.

Of het licht op huiverend vocabulair.

Of dat er tijden zijn dat het lichaam zo ontvankelijk is voor woorden dat het zeer doet.

Of al die dingen. En al die ietsen.

(misschien alleen jammer, want “fancy” daar kan ik nog overheen stappen, zij het met moeite, misschien alleen jammer, dus, dat Leusink (die me verder zeer integer lijkt) dat achterlijke stomme oerlelijke oliedomme woord “vechtscheiding” gebruiken moeten en o! ik kan u, of wie dan ook, niet eens beginnen te vertellen hoe intens mijn weerzin is tegen dat woord. ik haat het. ik veracht het. ik kots ervan. het doet mijn nekharen overeind staan, het is hoe smal holland altijd weer is, want weer een leutig neologismetje om er tegenaan te smijten, het moet weer in het spitsvondige getrokken worden, zeker weer zo’n domme cabaretier die ooit met die “vondst” is afgekomen, of anders wel een Bekende Nederlander, het soort Bekende Nederlander dat alleen maar Bekende Nederlander is omdat het Bekende Nederlander is want iedereen is al vergeten waarmee die Nederlander überhaupt ooit Bekend geworden is en nu is hij alleen nog maar die mens die met zijn kop op televisie komt omdat hij nu eenmaal die mens is die met zijn kop op televisie komt)

(en oké wat moet dat met dat “virusvrije” de hele tijd, was een keer niet genoeg ofzo?)

Of gewoon een grijze dag en ik krijg dit gewoon en ik kende Jane Leusink niet en ik kende uitgeverij Nobelman niet en ik las dit, ik las deze bundel en ik trof er ietsen en dingen in aan die ik mooi vond, die ik werkelijk heel erg mooi vond, en ik schrijf deze woorden, ik bedoel ik schrijf “heel erg mooi vond” en dan wordt er aangebeld, en het is de bezorger, en hij overhandigt mij met Occult Box, en het is donker, en er is poëzie, er daar zitten mijn kinderen en het is avond maar toch denk ik deze avond is een ochtend om heel even in een betere wereld te kunnen geloven.


Jane Leusink Kraanvogels Recensie

Kraanvogels

  • Schrijfster: Jane Leusink (Nederland)
  • Soort boek: gedichten, poëzie
  • Uitgever: Uitgeverij Nobelman
  • Verschijnt: 8 april 2022
  • Omvang: 80 pagina’s
  • Uitgave: paperback
  • Prijs: € 21,95
  • Boek bestellen bij: Boekhandel / Bol

Flaptekst van de nieuwe dichtbundel van Jane Leusink

Kraanvogels staan voor waakzaamheid. In de Chinese traditie dragen ze op hun rug de zielen van de doden. Bij Plinius plaatsen kraanvogels schildwachten als ze tijdens de trek uitrusten. Op een poot staand, met een steen in de andere, weten ze zeker waakzaam te zullen blijven.

Jane Leusink gaat verder met waar ze in haar vorige, vijfde bundel Een grazende streep in de lucht een begin mee heeft maakt. Zonder in het particuliere te vervallen, verbindt ze in een achttal lange, soms epische, dan weer lyrische gedichten persoonlijke geschiedenissen met universele vragen omtrent groei, dood en rouw. Ze onderzoekt de kunst van het sterven op Bali in de Puputan van 1906, ze speculeert over de voor pogrom en oorlog vluchtende Russisch-Pools-Joodse voorouders en onderneemt een zoektocht naar een gestorven dochter die ze ergens onderweg was kwijtgeraakt. ‘Want iets wat in de jeugd gebeurt, is dikwijls het gevolg van een voorval op oudere leeftijd.’ Dat schrijft Marten Toonder in een brief aan Dick Matena (zie Brieven 1979-1991). Oftewel wij zijn ons geheugen, dat ogenschijnlijk grillige fenomeen dat zo open staat voor toeval en avontuur.

Jane  Leusink (Velp, 1949) is dichter, docent en poëzierecensent. In 2003 ontving ze de C. Buddingh’- prijs voor haar debuut Mos en gladde paadjes. Daarna schreef ze nog vier bundels. Kraanvogels is haar zesde bundel. Ze zat in de redactie van Kwam iemand in de tuin vanmiddag (2007), een hommage aan de dichter C.O. Jellema en in die van Wierde van Wierum (2010), ter gelegenheid van de renovatie van een wierde.

Haar gedichten verschenen in diverse literaire tijdschriften en ze stond op diverse dichterspodia. Daarnaast nam ze als jurylid deel aan poëziewedstrijden en schreef ze recensies over verschenen dichtbundels. Tegenwoordig geeft ze les aan de Schrijversvakschool van Groningen. Jane Leusink heeft Nederlandse Taal- en Letterkunde en Literatuurwetenschap gestudeerd aan de Universiteit van Amsterdam en kunstgeschiedenis aan de Rijksuniversiteit Groningen, ze is werkzaam geweest aan het Spinozalyceum in Amsterdam en de faculteit Cultuurwetenschappen van de Open Universiteit.

Bijpassende boeken en informatie

Louise Glück – Winterrecepten van het collectief

Louise Glück Winterrecepten van het collectief recensie en informatie bundel met gedichten van de Nobelprijswinnares. Op 5 april 2022 verschijnt bij uitgeverij De Arbeiderspers de Nederlandse vertaling van Winter Recepies from the Collective, het nieuwe boek van de Amerikaanse dichteres Louise Glück.

Louise Glück Winterrecepten van het collectief recensie en informatie

Als de redactie het boek leest, kun je op deze pagina de recensie en waardering vinden van de nieuwe dichtbundel Winterrecepten van het collectief. Het boek is geschreven door Louise Glück. Daarnaast zijn hier gegevens van de uitgave en bestelmogelijkheden te vinden. Bovendien kun je op deze pagina informatie over de inhoud van deze dichtbundel uit 2006 van de Amerikaanse dichteres en Nobelprijswinnares Louise Glück.

Louise Glück Winterrecepten van het collectief Recensie

Winterrecepten van het collectief

  • Schrijfster: Louise Glück (Verenigde Staten)
  • Soort boek: gedichten, poëzie
  • Origineel: Winter Recipes from the Collective (2021)
  • Nederlandse vertaling: Radna Fabias
  • Uitgever: De Arbeiderspers
  • Verschijnt: 5 april 2022
  • Omvang: 112 pagina’s
  • Prijs: € 17,50 – € 22,50
  • Uitgave: gebonden boek
  • Boek bestellen bij: Boekhandel / Bol

Recensie en waardering van het boek

  • “Nobelprijswinnaar Louise Glück laat opnieuw zien waarom ze tot de beste dichters van deze tijd hoort.” (Volkskrant, ∗∗∗∗∗)

Flaptekst van de nieuwe dichtbundel van Louise Glück

Deze bundel omvat een heel leven: de ondoorgrondelijke voor- en nadelen van ouderdom, de babbelende prinsesjes op de achterbank, een achtergelaten paspoort, de ingrediënten van een voedzame wintersandwich, de dood van een zus, de vrolijke aanwezigheid van de zon, wier helderheid meetbaar is dankzij het duister dat zij verlicht. Deze poëzie kon door niemand anders geschreven worden, noch had de dichteres het op enig ander moment in haar leven kunnen schrijven.

Louise Glück (New York, 22 april 1943) werd bekroond met onder meer de Pulitzerprijs, de National Book Award en in 2020 ontving ze de Nobelprijs voor Literatuur. September 2021 verscheen Averno bij De Arbeiderspers.

Louise Glück Averno RecensieLouise Glück (Verenigde Staten) – Averno
gedichten
Recensie van Tim Donker
Louise Glück dicht de aarde jonger. En leger. Een elementairder aarde, waar nog niet zoveel is…lees verder >

Bijpassende boeken en informatie

Babs Gons – Alles wat je liefhebt wordt mooi

Babs Gons Alles wat je liefhebt wordt mooi recensie en informatie over de inhoud van het nieuwe boek. Op 30 juni 2022 verschijnt bij uitgeverij Atlas Contact het nieuwe boek van spoken word dichteres Babs Gons.

Babs Gons Alles wat je liefhebt wordt mooi recensie en informatie

Als de redactie het boek leest, kun je op deze pagina de recensie en waardering vinden van Alles wat je liefhebt wordt mooi. Het boek is geschreven door Babs Gons. Daarnaast zijn hier gegevens van de uitgave en bestelmogelijkheden opgenomen. Bovendien kun je op deze pagina informatie lezen over de inhoud de nieuwe boek van de Nederlandse spoken word dichteres Babs Gons.

Babs Gons Alles wat je liefhebt wordt mooi Recensie

Alles wat je liefhebt wordt mooi

  • Schrijfster: Babs Gons (Nederland)
  • Soort boek: gedichten, teksten
  • Uitgever: Atlas Contact
  • Verschijnt: 30 juni 2022
  • Omvang: 160 pagina’s
  • Prijs: € 17,50 – € 22,50
  • Uitgave: paperback / ebook
  • Boek bestellen bij: Boekhandel / Bol

Flaptekst van het nieuwe boek van Babs Gons

De teksten van Babs Gons leven en bewegen: gedichten monden uit in columns, een verhaal leest als een vers, continu vloeien vorm en inhoud in elkaar over. Telkens weer blijkt Babs met haar warme observaties lezers te raken, of ze nu spreekt over de coronacrisis, over de stad, het (stief)ouderschap, over de schoonheid van het woord ‘veerkracht’, over zomerlichamen (of juist niet), over gastvrijheid, harten die breken en/of helen, over bijzondere ontmoetingen, zomaar op straat – het is Babs’ zachte, verbindende blik die zoveel lezers aanspreekt. Tijd om haar observaties te verzamelen in een boek dat, wat er ook in de wereld speelt, leest als een geruststelling.

Babs Gons (1971) is dé koningin van spoken word. Ze is schrijver, performer, ‘Het Parool’-columnist, theatermaker, host en docent. Een selectie van haar eigen teksten verscheen eerder onder de titel ‘Hoe kan het toch?’ In 2018 ontving ze de Black Achievement Award in de categorie Kunst en Cultuur voor haar jarenlange werk binnen de culturele sector. Haar boek ‘HARDOP’ kwam uit in 2019, waarin zij achttien toonaangevende performers uit de spoken word-scene voor het voetlicht brengt. In april 2021 is haar dichtbundel ‘Doe het toch maar’ verschenen die vervolgens werd genomineerd voor de Herman de Coninckprijs.

Bijpassende boeken en informatie

Frank Keizer – De introductie van het plot

Frank Keizer De introductie van het plot recensie en informatie over de inhoud van de nieuwe dichtbundel. Op 21 april 2022 verschijnt bij uitgeverij Pluim het boek met nieuwe poëzie van de Nederlandse dichter Frank Keizer.

Frank Keizer De introductie van het plot recensie en informatie

Als de redactie het boek leest, kun je op deze pagina de recensie en waardering vinden van De introductie van het plot. Het boek is geschreven door Frank Keizer. Daarnaast zijn hier gegevens van de uitgave en bestelmogelijkheden opgenomen. Bovendien kun je op deze pagina informatie lezen over de inhoud van het boek met nieuwe gedichten van Frank Keizer.

Recensie van Tim Donker

Kun je niets, kun je alles
Kun je Engels kun je altijd nog zeggen dear world fuck off ik ga golfen
Kun je poëzie kun je essay
Kun je leerdicht
Kun je piano, kun je jazz
Kun je krom, kun je kronkel
Kun je niet gaan, kun je altijd nog blijven
Kun je niet in beter staat dan misschien toch wel in slechter
Kun je dit lichaam niet dan nog wel een ander misschien
Kun je niet winnen kun je nog wel drinken
Kun je niet meer bouwen kun je altijd nog roven
Kun je niet meer wachten kun je toch wel hopen
Kun je niet vooraf spreken dan kun je wel achteraf verklaren
Kun je zilver, kun je appels
Kun je lezen
Kun je schrijven
Kun je lezen kun je schrijven kun je stilzittend de aarde veranderen
Kun je pamflet
Kun je begrijpen, kun je transformeren
(kun je auto, kun je mazda demio misschien)
(kun je licht, kun je gaten maken misschien)
(kun je natuur, kun je plastiek misschien)
Kun je 1492 niet meer kun je nu nieuwe wereld nog wel
Kun je schone handen, kan je een eerlijk mens
Kun je dragen, kun je verzakken
Kun je ziek worden, kun je verrekken
Kun je de spuit niet, kun je vertrekken
Kun je antropoceen kan alles wel naar de klote meteen

zegt iemand zachte politiek die in mijn mond past zonder over te lopen zeg ik een halfharde kaas bijvoorbeeld zegt iemand de aarde gaat naar de verdommenis zegt ik hoe spel je welvaartsziekte zegt iemand het reëel bestaande en het niet reëel bestaande populisme zeg ik wie ter linker- en wie ter rechterzijde zullen zitten zegt iemand tik zeg ik dring zegt iemand het dichterschap verzoent de ideologische tegenstellingen die zich in een burgerlijk bestaan nooit laten oplossen zeg ik ik pulkte mooiere dingen uit mijn navel zegt iemand maar waarom zei je dat dan zeg ik en julio iglesias dan

Kun je pi kun je oneindig misschien
Kun je laarzen kun je zeegroen kun je vink vink
Kun je vliegen van Madrid naar Chicago kun je tenminste even ongestoord 10:04 lezen niet
Kun je teveel zout teveel suiker teveel kerosine
Kun je een lexicon, kun je een vocabulaire, kun je een bewegend beeld misschien
Kun je steunen, kun je dwarsbalken, kun je verbinden misschien
Kun je avond kun je stil kun je fluisteren
Kun je de taal niet, kun je toch nog wel spreken hoor
Kun je dagboek, kun je terugschrijven
Kun je niet raak praten, kun je altijd nog maar raak blijven praten
Kan het zijn van het zijnde
Kun je handel, kun je scheepvaart, kun je broeikas ja
Kun je a kun je ook meteen b zeggen
Kun je het mogelijke nog niet, kun je het noodzakelijke tenminste wel
Kun je voortijdige dood
Kun je slacht
Kun je niet productief dan altijd nog overbodig zijn
Kun je iets kun je niet niets
Kun je nergens, kun je ook niet daar
Kun je de woorden horen, kun je verwonderd zijn nog
Kun je de tijden vol, kun je de potten leeg
Kun je onder de levenden
Kun je geen esthetiek meer kun je alleen nog ethiek nu
Kon je genoeg, kon je beginnen met teruggeven misschien

zegt iemand zijn de velden ook al een soort machine zeg ik het lied slaapt in de machine zegt iemand je bent immers hoedend bezig zeg ik de goede herder stelt zijn leven voor de schapen zegt iemand wat is is wat niet is is mogelijk zegt ik witte onderbroken streep witte ononderbroken streep (als gezien door de voorruit van een mazda demio) zegt iemand elke reeks vertelt een verhaal zeg ik nietelk verhaal is het vertellen waard zegt iemand readymade zeg ik gevonden vreten zegt iemand de tijd zeg ik is het lente

Kun je rotten of eerder nieuwe gewoonten
Kun je nodig hebben, kun je willen
Kun je zaaien, kun je oogsten
Kun je atomen kun je microkosmos kun je dwergplaneet
Kan de keizer (is) tillen (over een paard b’voorbeeld)
Kunnen de vruchten, kan het delen
Kan combineren, kan devasteren
Kun je de zing, kun je de zong
Ken je het slavenschip, ken je ook wel de geur van sterfelijkheid
Kan de vogelvrijverklaarde, kan de banneling, kan de wolf
Kan het naakte leven. Kan de zoon
Kunnen de druiven zuur & de rapen gaar
Kunnen die oplossingen als mythologeem
Kan individueel, kan sociaal, kan politiek, kan maatschappelijk
Kan niet de stem niet het verheffen niet
Kan de grond. Kan de aarde. Kan de bron
Kan het knekelveld
Kan de dans
Kun je mens of microbe of biosfeer of DNA
Kun je de P en kun je de niet-P
Of kun je het ding an sich
Of kun je de letters
Of kun je die opgeklopte leegte toch vooral

zegt iemand wetenschap houdt de gedachte van de realiteit in niet de realiteit zelf zeg ik realiteit is dat wat verandert zodra er naar gekeken wordt zegt iemand neanderthalers zouden maar wat graag coca cola zero hebben gedronken zeg ik ik geloof ik kan dat nu verstaan we moeten door de spiegel gaan zegt iemand de warencirculatie is het uitgangspunt van het kapitaal zeg ik op de markt is uw gulden een daalder waard zegt iemand vorken nevels narcissen en bonobo’s zijn narcisten zeg ik geef de keizer wat des keizers is zegt iemand maar wat vond je er nu eigenlijk van zeg ik ik vond de introductie van vooraf bestaande omstandigheden een heel erg mooi gedicht


Frank Keizer De introductie van het plot Recensie

De introductie van het plot

  • Schrijver: Frank Keizer (Nederland)
  • Soort boek: gedichten, poëzie
  • Uitgever: Uitgeverij Pluim
  • Verschijnt: 21 april 2022
  • Omvang: 80 pagina’s
  • Uitgave: paperback / ebook
  • Prijs: € 24,99 / € 12,99
  • Boek bestellen bij: Boekhandel / Bol

Flaptekst van het nieuwe boek van Frank Keizer

Met De introductie van het plot brengt Frank Keizer een spannende oefening in collectief denken.

Hoe kunnen we stoppen met de roofbouw die het kapitalisme pleegt op onze lichamen en de aarde? En wat kunnen we leren van elkaar om beter voor onze gedeelde wereld te zorgen?

Frank Keizer voert de lezer mee op een tocht vol avonturen door de geschiedenis, die ons opnieuw laat kijken naar het verleden en ons wil voorbereiden op een andere toekomst: een die niet gebaseerd is op verovering en uitputting van de aarde, maar op vrede en herstel.

Frank Keizer (1987) is dichter en essayist. Hij is de auteur van twee veelgeprezen dichtbundels, Onder normale omstandigheden (2016, nominatie Poëziedebuutprijs aan Zee) en Lief slecht ding (2019). Hij is redacteur bij het Vlaamse literaire tijdschrift nY, medeoprichter van het online tijdschrift Samplekanon en co-host van de literair-kritische podcast Links Richten. Met zijn werk was hij te gast op tal van festivals in binnen- en buitenland.

Bijpassende boeken en informatie

De Grote Poëzieprijs

De Grote Poëzieprijs 2022 winnaar shortlist en longlist. Wie wint de De Grote Poëzieprijs 2022? Welke dichtbundels staan er op de shortlist en welke boeken op de longlist.

De Grote Poëzieprijs

Op deze pagina is alle informatie over de De Grote Poëzieprijs te vinden. zoals de winnaar, shortlist en longlist. De winnaar of winnares ontvangt naast de eer een prijs van € 20,000. In aanmerking komen uitgaven van poëzie in het Nederlandse taalgebied in aanmerking. De prijs die tot 2019  de naam VSB Poëzieprijs droeg wordt sinds 1994 jaarlijks uitgereikt.

De Grote Poëzieprijs 2022 winnaar

Zodra de winnaar van de prijs bekend is, kun je er hier informatie over vinden. Wat verder op de pagina is het overzicht te vinden van de eerdere prijswinnaars.


Shortlist 2022

De shortlist van de poëzieprijs wordt op vrijdag 11 maart 2022 bekend gemaakt. De shortlist bevat vijf genomineerde bundels.


Longlist 2022

De longlist van 2022 is bekend. Hieronder de lijst met de kanshebbende bundels met gedichten.

Eerdere winnaars en winnaressen van de Grote Poëzieprijs

2021
Liesbeth Lagemaat (Nederland) – Vissenschild (juryrapport)

2020
Vrouwkje Tuinman (Nederland) – Lijfrente

2019
Radna Fabias (Curaçao) – Habitus


Winnaars en winnaressen van de VSB Poëzieprijs

2018
Joost Baars (Nederland) – Binnenplaats

2017
Hannah van Binsbergen (Nederland) – Kwaad gesternte

2016
Ilja Leonard Pfeijffer (Nederland) – Idyllen

2015
Hester Knibbe (Nederland) – Archaïsch de dieren

2014
Antoine de Kom (Nederland) –  Ritmisch zonder string

2013
Ester Naomi Perquin (Nederland) – Celinspectie

2012
Jan Lauwereyns (België) – Hemelsblauw

2011
Armando (Nederland) – Gedichten 2009

2009
Nachoem M. Wijnberg (Nederland) – Het leven van

2008
Leonard Nolens (België) – Bres

2007
Thomas Lieske (Nederland – Hoe je geliefde te herkennen

2006
Mark Boog (Nederland) – De encyclopedie van de grote woorden

2005
Arjen Duinker (Nederland) – De zon en de wereld

2004
Mustafa Stitou (Marokko, Nederland) – Varkensroze ansichten

2003
Tonnus Oosterhoff (Nederland) – Wij zagen ons in een kleine groep mensen veranderen

2002
Anneke Brassinga (Nederland) – Verschiet

2001
Kees Ouwens (Nederland) – Mythologieën

2000
K. Michel (Nederland) – Waterstudies

1999
Esther Jansma (Nederland) – Hier is de tijd

1998
Rutger Kopland (Nederland) – Tot het ons los laat

1997
Gerrit Kouwenaar (Nederland) – De tijd staat open

1996
Leo Vroman (Nederland, Verenigde Staten) – Psalmen en andere gedichten

1995
Huub Beurskens (Nederland) – Aangod en de afmens

1994
Hugo Claus (België) – De sporen


Bijpassende boeken en informatie

Anne van Amstel – Trapezista

Anne van Amstel Trapezista recensie en informatie over de inhoud van de nieuwe dichtbundel. Op 24 februari 2022 verschijnt bij uitgeverij Nieuw Amsterdam het boek met nieuwe gedichten van Anne van Amstel.

Anne van Amstel Trapezista recensie en informatie

Als de redactie het boek leest, kun je op deze pagina de recensie en waardering vinden van de dichtbundel Trapezista. Het boek is geschreven door Anne van Amstel. Daarnaast zijn hier gegevens van de uitgave en bestelmogelijkheden opgenomen. Bovendien kun je op deze pagina informatie lezen over de inhoud de nieuwe boek met gedichten van Anne van Amstel.

Recensie door Tim Donker

Waarom zou je over een circus schrijven, over een trapezista dan nog, hadden we Kafka daar niet voor, was er Erstes Leid niet, de trapezeartiest die niet meer omlaag wilde komen, ik dacht aan een witte muis, min witte muzze, is gistem ontsnapt, ‘ko eur kuoke nie gesloten, en dat os ze wel gevat, mo eur kwoike, stat in d’uogte, dus z’is nie verre gegrocht, ut eur uorkes, en eur uogske, kwam ter een ruod vocht, waarom zou je schrijven, waarom zou je niet van de krommen aas gebaren liever

Waarom zou je over een circus schrijven, wat is dat überhaupt met een circus, is dat zaagsel of de spreekstalmeester, is het de piste of de tent of het volk, zijn het die caravans misschien, is het bassie, is het adriaan, is het het reizen misschien, altijd maar verder, nergens thuis, ergens de ekzakte definitie van vrijheid misschien, de ongebondenen, de havelozen, de verschoppelingen, dan komt ook Het spettert geluk van Thomas Lieske in beeld (Jan Douwe stapt in beeld) (wat?) (laat maar) (alleen maar te begrijpen door Antonio) (die ik hierbij broederlijk groet), was dat op een bepaalde manier bezien niet ook een circus of mag ik zeggen sirkus, een drijvend sirkus, zo zout vraten we het nog niet vandaag, ver weg van alles dat bindt gaan, zegt Marx: “alle omstandigheden omver werpen, waarin de mens een vernederd, een geknecht, een verlaten, een verachtelijk wezen is”, of gewoon alleen maar gaan misschien

Waarom zou je over een sirkus schrijven, niemand schreef ooit mojer over een clown dan Yves Coussement, als ik dan even zo flauw mag zijn om een clown als een (te) voor de hand liggend pars pro toto voor sirkus te gebruiken: “de allereerste clown is gereïncarneerd / in een lipstick die niet houdt van lippen / en last heeft van schaamluis”, of naja mojer toch dan de creepy clown of de droevige clown is dat, de competitie is gering als je over clowns schrijft, waarom schrijven over clown of over sirkus, waarom niet liever gebaren van de krommen aas misschien

Waarom zou je over een sirkus schrijven, Anne van Amstel schrijft over sirkus, ik kende haar niet maar dat kan kloppen want ik ken überhaupt niet veel dichters met een kleppenpet, Trapezista heet de bundel die geen bundel is, maar komaan, een novelle in verzen, over een sirkus toch, de buikspreker stottert en brouwt van pálinka een heldere soep, de papegaai spreekt beleefdheidsfrasen en scheldwoorden in drie talen, het haar van de patron smaakt naar een goedkoop spaans toetje en de trapezista smelt de blues

Waarom zou je over een sirkus schrijven, Anne van Amstel schrijft over een sirkus, en zij doet dat niet half slecht

Waarom zou je over een sirkus schrijven, schrijven komt pas in de pauze

Waarom zou je over een sirkus schrijven, bijvoorbeeld omdat je dan kan schrijven:

“ik wil niet langer in de hoofden
van de mensen kunnen kijken
gevuld met kleinzielige
verlangens groene jaloezie
als-ik-de-loterij-won
zou-ik-gelukkig-zijn
boodschappenlijstjes
vol fabrieksproducten

ik kan ze niet meer zien

dus zadel ik de hoofden op
met de angst dat ik val
opengesperde ogen
de monden o’s en a’s
niemand denkt nog
aan loterijen of
boodschappenlijstjes

er even helemaal uit
heet dat later”

en omdat zoiets niet onaardig is

Waarom zou je over een sirkus schrijven, Anne van Amstel schreef over een sirkus en deed dat niet onaardig, Trapezista heet het boek, niet de beste, niet de slechtste poëzie die ik ooit las, misschien iets dat gewoon goed is, waarom zou je over een sirkus schrijven, misschien om iets te schrijven dat gewoon goed is en niet meer dan dat.

Anne van Amstel Trapezista Recensie

Trapezista

  • Schrijfster: Anne van Amstel (Nederland)
  • Soort boek: gedichten, poëzie
  • Uitgever: Nieuw Amsterdam
  • Verschijnt: 24 februari 2022
  • Omvang: 64 pagina’s
  • Uitgave: paperback
  • Prijs: € 20,99
  • Boek bestellen bij: Boekhandel / Bol

Flaptekst van de nieuwe dichtbundel van Anne van Amstel

Een dichtbundel die leest als een novelle, met een hoofdpersoon die zich in de nok van het circus boven het publiek verheft en op eenzame hoogte haar kunsten vertoont, maar tegelijk snakt naar contact en zinnelijke verbinding. Daarvoor is het nodig ‘met twee benen op de grond te staan’, met de onvermijdelijke risico’s en angsten die dit met zich meebrengt.

Sensatie en zintuiglijkheid, een mengeling van circusdroom en alledaags leven, geschreven in een ietwat weemoedige en tegelijk heldere toon die de bundel een opvallende eenheid van sfeer verleent, Trapezista heeft het allemaal.

Bijpassende boeken en informatie

Hansko Visser – Wuivend en buigend

Hansko Visser Wuivend en buigend recensie en informatie over de inhoud van zijn eerste dichtbundel die verschijnt bij Uitgeverij Petrichor.

Hansko Visser Wuivend en buigend recensie en informatie

Als de redactie het boek leest, kun je op deze pagina de recensie en waardering vinden van de dichtbundel Wuivend en buigend. Het boek is geschreven door Hansko Visser. Daarnaast zijn hier gegevens van de uitgave en bestelmogelijkheden opgenomen. Bovendien kun je op deze pagina informatie lezen over de inhoud van de eerste dichtbundel van de Nederlandse compomist componist .

Recensie van Tim Donker

& stond

& stond de vrouw van de natnek in mijn keuken, en dat het daarmee begon.

of dat het daar helemaal niet mee begon. Nee. Het begon eerder. Het begon ermee dat mijn kinderen thuis waren. Mijn kinderen waren thuis. Drie weken. Kerstvakantie. Maar dan langer. Want een weekje extra kerstvakantie is goed tegen de omikron. Dus waren ze. Thuis. En als mijn kinderen thuis zijn, ben ik met mijn kinderen. Als mijn kinderen thuis zijn, ga ik voetballen. Als mijn kinderen thuis zijn, ga ik met ze naar de geitenboerderij. Als mijn kinderen thuis zijn, doe ik spelletjes. Als mijn kinderen thuis zijn, leef ik trager. Ik zie geen computers, ik zie geen telefoons. Ik zie slechts mijn kinderen. Als mijn kinderen thuis zijn, leef ik het soort leven dat ik eigenlijk wil leven (voor de duur dat mijn kinderen thuis zijn dan). Daardoor had ik een berichtje niet gezien.

Of. Naja. Ik had meerdere berichten niet gezien.

Er waren vragen. Vragen of iemand me iets mocht sturen, en of ik nog op hetzelfde adres woonde. En ik had dat niet gezien, en dus niets gezegd. Men werd het wachten op antwoord beu. Men stuurde. Naar een adres waar ik nu niet meer woon.

Het ging om een boek. Het ging om een dichtbundel. Als het ergens om moet gaan, dan om een dichtbundel. Hansko Visser. Die schrijft me daar een dichtbundel. En die stuurt dat. Naar mij. Maar naar een adres waar ik nu niet meer woon.

En ik stuur, en ik vraag, aan mensen die nu wonen op een adres waar ik nu niet meer woon, ik stuur en ik vraag, is er bij jullie post voor mij op de mat beland, is het een boek, is het een dichtbundel veellicht. En ze sturen, en ze zeggen ja, er is hier post voor jou en het zou maar zo een dichtbundel of een dun boekje kunnen zijn.

Dat vond ik een rare toevoeging, dat “of een dun boekje”. Het zou maar zo een cd of een dik bierviltje kunnen zijn. Het zou maar zo je naam of een pond zemelen kunnen zijn. Het zou maar zo een antieke staartklok of wat liedjes voor een prikkeldraadversperring kunnen zijn. Het zouden je dromen, of je gedachten kunnen zijn.

De mensen die nu wonen op een adres waar ik nu niet meer woon zijn aardig. Het is een natnek met zijn vrouw. De natnek heeft dezelfde naam als mijn zoon, maar gelukkig anders gespeld. De natnek haalt alles wat goed was aan mijn huis eruit. Het bad bijvoorbeeld. Verdorie. Kun je zoon natnek geloven? Kom je in het land van melk en honing: een bad waar je maar in te liggen hebt, en verder niks (naja, lezen misschien), haalt die gast het eruit. Kun je een aardige natnek zijn, een onvergeeflijke daad is een onvergeeflijke daad. Baden uit huizen slopen is een doodzonde. Zeker omdat hij geen nieuw bad teruggeplaatst heeft, alleen zoon stomme inloopdouche. Wie wil er nu een douche, onder de douche kun je toch niet lezen? En dan inloopdouche, hoeveel loopruimte heb je nodig in een douche? Hoewel, ijsberend douchen, daar kan ik me eigenlijk toch wel iets bij voorstellen.

De mensen die nu wonen op een adres waar ik nu niet meer woon zijn aardige mensen, en die mensen brengen die post dan gewoon even naar een adres waar ik nu wel woon. Komen ze binnen ook. Niet de natnek, maar zijn vrouw. (zegt sergio: hij is wel behoorlijk nat ja). Overhandigt die de post. Alleraardigst. Want de mensen die nu wonen op een adres waar ik nu niet meer woon zijn aardige mensen. Ze wonen daar nu een maand of vier. Op dat adres waar ik nu niet meer woon. Geeft de post. Zegt Het moet nu wel zo langzamerhand eens afgelopen zijn met die post die nog op ons adres blijft komen. Zeg ik Ik ken op mijn postrondes verhalen van mensen die nog jaren- en jarenlang post van de vorige bewoners blijven ontvangen. Nee. Zeg ik niet. Denk ik alleen maar. Knik ik. Laat ik uit. Want de mensen die vroeger woonden op het adres waar zij nu wonen zijn aardige mensen.

Petrichor. Ook erg aardig. Die geven desnoods boekjes gratis uit. Alleen verzendkosten. En alles een beetje punk. En alles een beetje die ai wai. En alles heel sympathiek. Zoals. Nu. Hier voor mij op tafel. Een lijmstift, waarom sturen die een lijmstift mee? En de bundel. wuivend en buigend. Van Hansko Visser.

Zijn inspiratie haalde Visser naar eigen zeggen bij Ishmael Wadada Leo Smith vandaan. Die trompettist, u weet wel. Noem het free jazz. Hij speelde samen met Henry Kaiser en ook een keer met een gast van Spiritualized. In de zomer van 22 komt hij met een boek dat Visser klaarblijkelijk nu al gelezen heeft, en waardoor hij zich liet leiden bij het schrijven van wuivend en buigend. Hier wuift en buigt de tijd. Hier wuift en buigt de taal.

Hansko Visser is de boventalige. Hij heeft een Russische ziel denk ik, of een Zuid-Amerikaanse. Maar als hij me zou vertellen dat hij jarenlang houthakker is geweest in Canada zou ik hem ook grif geloven. Hansko Visser is overal. Hansko Visser was hier al voor dat wij er waren, en hij zal er nog zijn als wij allang weer weg zijn. Hij wordt niet gehouden door één taal of één visie als hij schrijft. Er is een gedicht in het Engels, en één in – wel. ja. wat spreekt het daar in evangelium barangolasnak?, is dat Hongaars ofzo? Poëzie kruipt waar het niet gaan kan. Poëzie weigert zich aan één tong te binden. Ik begrijp er dan wel geen jota van (ik spreek geen Hongaars) (als het Hongaars is) maar mooi vind ik het wel. Wanneer je een taal niet spreekt, is die taal voor jou zonder betekenis. Taal zonder betekenis is klank. Poëzie in louter klank is klankdicht & Klang besteht aus Wellen. Wenn die Wellen sich zu formen beginnen, hören wir sie als Klang. Wenn der Klang aufhört, bewegen sich die Wellen immer noch & dit boek is vol van nog immer bewegende golven. Het ene altijd overgaand in iets anders.

De gedichten een wolk in een broek misschien. De gedichten de navel der onderwereld. Leven is het verbranden van vragen. Ook de nacht is een zon. Het gedicht verdwaalt in het telexbericht uit Austin (Texas). Dood aan of door lettergrepen. Het leven is subversief (zegt wie?). We praten in klinkers van kruiden.

Iemand slikt en spuugt een zigeuner uit.

Het woord kadoelen.

Om zes uur ’s ochtends klokken we uit.

Laat je banjo maar hier, en iemand die net niet van een flat is gestapt heeft gelijk.

En dat er een Rothko boven de piano hing, en meer nog dat er iemand kwam in een rokje op de fiets.

En er is een gedicht over alles: over een paard (zeg je paard dan zeg je Nietzsche), over de donkere kamer en de lege bank, over liefde, over vaderschap, over de zoon en direkt daarna over neuken (wat ik vreemd vond), over beroerde huwelijken, over een baan in de hoofdstad, over toonvoorraden, van en naar school. Kleine man. Heilig vuur. Beetje warmte.

Zegt het in spaakt het dorp het wiel: “ik / op een fiets // shjuz shuzj / spaaktet dorp / en hoe oorlog voorbij / toch straatzandt” & dacht ik aan cc krijgelmans (of aan eender wie die zich boven de taal uitzingt) maar incantatie vond ik dan weer eerder b. zwaal-achtig.

En ook dat vele wit.

En dat de illustraties er los bij zitten (is die lijmstift daarvoor?). Moje illustraties ook trouwens. Ze bekijken, rustig, met roodwijn in je glas, is wuivend en buigend nog eens lezen. Maar dan een andere wuivend en buigend. Eén van de vele mogelijke wuivend en buigends.

Of dat ik het hoor. Dat het klinkt. Dat het klinkt, soms, als iets dat ik eerder gehoord heb. Ja bij Plan Kruutntoone ja, moest dat nou echt genoemd worden? (ik was het niet van plan geweest).

wuivend en buigend is taal. Is klank. Is kleur. Is vorm. Is mjoeziek in je glas, beweging op papier. Het is een schreeuw, een daad, spreken ook als je zwijgen moet. Ik was moe toen ik het gelezen had, echt moe. Dat heb ik niet vaak na het lezen. Het was een goede vermoeidheid, het was een vermoeidheid die me zei dat ik echt iets gedaan had, dat ik iets echts gedaan had.

Meubeltjes verzetten ofzo.

Toen ik elders woonde, nog een ander elders dan dat elders waar deze bundel per abuis heen gegaan is, vroeg de overbuurvrouw me ooit om haar te helpen wat meubels te verzetten. Eikenhouten kasten enzo, en tafels met marmeren bladen, en loeizware leunstoelen. Toen het werk gedaan was zaten we in die vrouw haar spierwitte keuken. Zij was oud, en ik was toen nog jong. We spraken over het tikken van de klok, over mannen die over schuttingen klimmen, en over wijn in zakken. We dronken vieze koffie. Ik was moe, maar ik voelde me goed. Want ik had echt iets gedaan. Ik had iets echts gedaan. Zo ongeveer is wuivend en buigend. Maar dan veel, veel leuker.

Dat mag Hansko Visser vaker doen: dichtbundels schrijven. Maar stuur het de volgende keer naar mijn nieuwe adres. Want het moet nu maar eens afgelopen zijn met die post op dat adres waar ik nu niet meer woon.

Hansko Visser Wuivend en buigend recensie

Wuivend en buigend

  • Schrijver: Hansko Visser (Nederland)
  • Soort boek: gedichten, poëzie
  • Uitgever: Uitgeverij Petrichor
  • Verschijnt: 2021
  • Omvang: 52 pagina’s
  • Prijs; € 20
  • Uitgave: paperback

Flaptekst van de bundel

Hansko Visser is een bijzondere kunstenaar en muzikant/componist. Als voorman van de band Plan Kruutntoone weet hij een vaste schare volgers achter zich die de bijzondere teksten en muziek weten te waarderen. Nu presenteert hij zich als dichter. ‘Wuivend en buigend‘ is zijn debuut.

Bijpassende boeken en informatie

Koenraad Goudeseune – Nagelaten gedichten

Koenraad Goudeseune Nagelaten gedichten recensie en informatie over de inhoud van de dichtbundel. Op 22 februari 2022 verschijnt bij uitgeverij Atlas Contact het boek met nagelaten gedichten van de Vlaamse dichter en schrijver Koenraad Goudeseune die in 2020 is overleden.

Koenraad Goudeseune Nagelaten gedichten recensie en informatie

Als de redactie het boek leest, kun je op deze pagina de recensie en waardering vinden van de dichtbundel Nagelaten gedichten. Het gedicht is geschreven door Koenraad Goudeseune. Daarnaast zijn hier gegevens van de uitgave en bestelmogelijkheden opgenomen. Bovendien kun je op deze pagina informatie lezen over de inhoud van dit laatste boek met nieuwe gedichten van de in 2020 overleden Belgische dichter en schrijver.

Koenraad Goudeseune Nagelaten gedichten Recensie

Nagelaten gedichten

  • Schrijver: Koenraad Goudeseune (België)
  • Soort boek: gedichten, poëzie
  • Uitgever: Atlas Contact
  • Omvang: 94 pagina’s
  • Verschijnt: 22 februari 2022
  • Prijs: 20 – € 25
  • Uitgave: gebonden boek
  • Boek bestellen bij: Boekhandel / Bol

Flaptekst van de laatste dichtbundel van Koenraad Goudeseune

‘Nagelaten gedichten’ van Koenraad Goudeseune (1965-2020) bevat een keuze van vijftig uit honderd nagelaten sonnetten, aangevuld met 21 sonnetten met de titel ‘Laatste woorden’, die hij in het licht van de naderende dood schreef. Koenraad Goudeseune was de schrijver van negen dichtbundels, twee verhalenbundels, drie brievenboeken en een roman. Zijn schrijversloopbaan omvatte bijna dertig jaar. Om in zijn onderhoud te voorzien werkte Goudeseune onder meer als kelner, taxichauffeur, nachtwaker, arbeider en chauffeur op het kabinet van de federale minister van Economie. Zijn ervaringen tijdens die tijdelijke baantjes kwamen op een of andere manier in zijn werk terecht, dat bekendstaat om z’n ironie en sarcasme en waarin miskenning en mislukking centraal staan, maar dat een volstrekt unieke plaats inneemt binnen de Vlaamse en Nederlandse letteren. De bundel werd ingeleid door Benno Barnard en Rob Schouten.

Bijpassende boeken en informatie