Tag archieven: Boekbespreking

Titiou Lecoq – Geschrapt, uitgegomd, gewist

Titiou Lecoq Geschrapt, uitgegomd, gewist recensie en informatie boek over hoe vrouwen uit de geschiedenis zijn geschreven. Op 31 januari 2025 verschijnt bij Uitgeverij EPO de Nederlandse vertaling van Les Femmes aussi ont fait l’Histoire, het boek van de Franse schrijfster en journalist Titiou Lecoq. Hier lees je informatie over de inhoud van het boek, de auteur en over de uitgave.

Titiou Lecoq Geschrapt, uitgegomd, gewist recensie

Geschrapt, uitgegomd, gewist is een krachtige – en helaas nog altijd heel erg nodige -Her-Story. Met een nuchtere kijk op onderzoek en ontzettend veel humor gaat de Franse journalisteTitiou Lecoq op zoek naar de ongeschreven (of uitgewiste?) geschiedenis van vrouwen vanaf de vroege prehistorie. Ze onderzoekt hoe het komt dat de patriarchale wereld zo dominerend is geworden en vooral hoe het toch kan dat er – bij nader onderzoek – in allerlei historische periodes – wel degelijk prominente vrouwen op alle vlakken waren, maar dat we daar niets van teruglezen of -leren in het materiaal van ons geschiedenisonderwijs.

Ze start met aandacht voor de voorhistorische vrouw, venusbeeldjes en het in onze geschiedenisboeken overgeslagen neolithicum Vervolgens komt ze met heel veel voorbeelden die de aanwezigheid en betrokkenheid van vrouwen op allerlei gebieden aantonen middeleeuwen tot aan de hedendaagse tijd. Ook legt ze uit hoe het schrappen, uitgommen en wissen van getalenteerde vrouwen uit de literatuur en kunst heel bewust is gebeurd. Ze eindigt met een – zeer terecht! – pleidooi voor toevoeging van een her-story aan de his-story die nog altijd in ons onderwijs zeer leidend is.

Een geweldig boek, lekker vlot geschreven en met heel veel humor. Een boek met werkelijk bizarre, maar zeer duidelijke!, voorbeelden van hoe vrouwen vaak letterlijk zijn uitgewist uit het verleden. Een boek dat wat mij betreft op de verplichte leeslijst van scholen mag! Het boek is gewaardeerd met ∗∗∗∗ (uitstekend).

Titiou Lecoq Geschrapt, uitgegomd, gewist

Geschrapt, uitgegomd, gewist

Hoe vrouwen uit de geschiedenis zijn geschreven

  • Auteur: Titiou Lecoq (Frankrijk)
  • Soort boek: vrouwengeschiedenis
  • Origineel: Les Femmes aussi ont fait l’Histoire (2023)
  • Uitgever: Uitgeverij EPO
  • Verschijnt: 31 januari 2025
  • Omvang: 300 pagina’s
  • Uitgave: paperback / ebook
  • Prijs: € 22,50 / € 15,75
  • Waardering redactie: ∗∗∗∗ (uitstekend)
  • Boek bestellen bij: Bol / Libris

Flaptekst van het boek over hoe vrouwen uit de geschiedenis werden geschreven

Dit boek vertelt het verhaal van de vele onzichtbare vrouwen die de wereld deden kantelen. Maar het gaat ook over de vraag: waarom moesten zij onzichtbaar worden gemaakt?

Herinnert u zich nog uw eerste les geschiedenis? Bij Titiou Lecoq gaat die over de prehistorie. In haar handboek ziet ze het beeld van een imposante man aan de ingang van een grot. Hij draagt een berenvel, heeft een vuur aangestoken en kijkt met een tevreden gezicht naar de wereld. Meters achter hem, in het donker; een in elkaar gedoken vrouw. ‘Op haar hoeven we duidelijk niet te rekenen om het tijdperk van de 5G binnen te treden’, noteert de auteur. Er zit veel humor in Geschrapt, uitgegomd, gewist, maar eigenlijk is het een pijnlijk relaas.

Op zevenmijlslaarzen wandelt Titiou Lecoq doorheen onze geschiedenis, van de oude steentijd, Athene en de middeleeuwen tot de Franse Revolutie en de Tweede Wereldoorlog. Volgens de officiële geschiedenisboeken bleef de ene helft van de bevolking al die tijd in een grot zitten. Met brio toont de Franse bestsellerschrijfster aan: dat is niet zo. Dit boek vertelt het verhaal van de vele onzichtbare vrouwen die de wereld deden kantelen. Het geeft hen hun gezicht en hun stem terug. Maar het gaat ook over de vraag: waarom moest hun strijd, leven, werk en carrière onzichtbaar worden gemaakt?

Titiou Lecoq is freelance journaliste en blogger. Van haar Les grandes oubliées: Pourquoi l’histoire a effacé les femmes zijn in Frankrijk ruim 165.000 exemplaren verkocht.

Bijpassende boeken

Anne Carson – Glas, ironie & God

Anne Carson Glas, ironie & God recensie en informatie over de inhoud van het boek met gedichten van de Canadese dichteres. Op 25 augustus 2025 verschijnt bij Uitgeverij Koppernik de Nederlandse vertaling van de dichtbundel uit 1995, Glass, Irony & God van de uit Canada afkomstige schrijfster Anne Carson. Hier lees je informatie over de inhoud van het boek, de dichteres, vertaalster en over de uitgave.

Anne Carson Glas, ironie & God recensie van Tim Donker

Glas, ironie & God kon een goeje titel ween Glas, ironie & God zou een goeje titel ween, Glas, ironie & God kan maar zo een verdraaid goeje titel ween; Glas, ironie & God is ook een titel maar wel een titel die is samengesteld uit de titels van stukken in deze bundel en als zodanig dus ten halve al een verkapte inhoudsopgaaf. Het Glas-essay opent, en echt over glas gaan doet het niet en een essay is het als u het mij vraagt evenmin. Moet zo’n tekst een naam hebben misschien moet zo’n tekst een naam hebben voor mij dat u weet waar ik het over heb. Noem het met een kreupele term een prozagedicht. Een ik die misschien Anne Carson is logeert bij haar moeder, een wat bitsige, wat bekrompen, wat normatieve oude vrouw die alleen woont want de vader dementeert in een tehuis. Een relatie van de ik is net stukgelopen, er is hartzeer, er is pijn, er is vertwijfeling. Er zijn dingen te verwerken, er is sprake van therapie, de moeder snapt dat allemaal niet zo, waar hep dat allemaal voor nodig met die therapeuten enzo en helpt het eigenlijk wel ene sikkepit. De moeder woont op een heideveld in het noorden, en de ik maakt daar lange wandelingen, het liefst in de ochtend als alles er langzaamaan tot leven komt. Het lopen is allicht om de gedachten te reguleren. Gedachten over haar grote liefde Law die haar verlaten heeft, over de moeder, over de vader, over de dingen, over het leven, en over Charlotte en Emily Brontë en Woeste hoogten. Onophoudelijk wordt het leven en de literatuur van Emily Brontë geanalyseerd en met het eigen leven, en de eigen tijd in verband gebracht. Op die momenten is dit Glas-essay op zijn essay-achtigst (en misschien ook wel op zijn taaist – maar niemand zei dat literatuur licht verteerbaar dient te zijn, wel?), maar steeds overheerst de sterke, licht melankolieke, herfstige, druilerige sfeer. U zou denken dat het de sfeer is van een vroege winterochtend op ergens een heide en p’sies: dat is de sfeer.

Verstild misschien.
Verstilling, ja daar zegt u zoiets. Anne Carson is classicus. Dat merk, dat proef je in elke regel. Die traagheid, dat bedachtzame, en ook: hoe het voorbije altijd door het huidige heen schemert. Niet als altmodies. Maar als eeuwig. Universeel. Allicht dat ze daarom steeds weer voor de poëtiese vorm kiest: als een oerlied dat onder alle moderne melodieën te slapen ligt.

De waarheid over God is zoiets. Het zou bijna een kop kunnen zijn in een roddelblad. Eindelijk de waarheid over de bekendste aller bekendheden. Maar deze bekendheid heet God, en welke God, de spinozistische God misschien, de God van de christenen, God de Vader, of de uitgebluste en licht bezopen God zoals Twan Vet hem nog niet zo lang geleden nog schilderde? En welke waarheden kennen we nog in deze postmoderne tijden, is waarheid sowieso niet al een verouderd konsept? Waarheden over God zullen eo ipso duister zijn. God is een reusachtige scheur in het hart, heet het. Carsons God is een gemankeerd Wezen. Of misschien al te menselijk: “God vroeg aan Zijn vrouw: ben jij boos op de natuur? / Ja ik ben boos op de natuur ik wil niet / telkens als je bout gesopt moet worden // op je roze staf natuur tussen mijn benen gestoken krijgen / of geografisch uitgestort. / Is dat nou Schepping?”. Maar ja, zo’n vrouw kan wel meer willen natuurlijk maar Gods wil blijft wet: “God schiep de taal van vrouwen als een onomatopee. / Eeuwig strompelende klanken die eeuwig / strompelend // in de woorden zakken van wat ze zijn / als voeten in een bottenschoen. / ‘Bedrog’ (valt haar op) klinkt als Zijn rits die omlaaggaat.” heet het in een paragraaf die “Gods stijve” genoemd is. Sja. Geen patriarchaat zonder fallussymbool en je hebt het maar te willen!

Want

“wij zijn in een leegte gehangen […] Wij zijn opengesneden en leeggebloed […] Wij zijn stof. Wij weten niets. Wij zullen nooit meer praten […] Ons is opgedragen dit Zijn liefde te noemen.” Als het in de mens verankerd is om overheersing voor liefde aan te zien, dan is onderdrukking eigen aan het wezen van de mens en ook aan zijn taal. En taal is een andere, duidelijk merkbare interesse van Anne Carson. Het linguïstisch onderscheid tussen tijd en aspect (dat stemde me filosofisch). De etymologie van compassie. Āvaraņa, een teken van God (Gods eigen kalmte is een teken van God). Leg je droefheid af, het is een mantel van werk (wat me deed denken aan hoe kapotte slaap zegt Leg je onrust bloot). Als vrouwelijke woorden worden gemunt: blozen, stinken, pruim, echtgenote, heks – wat ondergeschikt, zwak, minderwaardig is. Maar ook: kerft God het “mannelijke woord” tsdq in Jesaja’s ene hand. En het “vrouwelijke woord” tsdqh in zijn andere. Zoek je dat op zegt artificiële intelligentie dat tsdq te maken heeft met therapie, met dissociatie, denk ik aan gespletenheid, denk ik aan niet heel zijn. En (zegt artificiële intelligentie) tsdqh is Hebreeuws, is tsedaqah, is geborgenheid en bijbelstudies noemen ook nog 6666 en dat is niet ver van één zes minder. Het beest, de man, het voorhoofd, de gespletene, uit Jesaja’s borsten stroomt melk, een zilveren rivier van mededogen.

Alles dat merkbaar en onmerkbaar overheerst. En ook het licht kan onderdrukken.

TV bestaat uit licht, net als schaamte.

Zegt het. Maar dan gaat het al niet meer over God dan gaat het over TV en over TV-mannen.

De TV-mannen zijnde. Hektor. Artaud. Sokrates. De slaper. Sappho. Lieden die je misschien niet meteen tot het televisievolk rekenen zou; de laatste zou je denkelijk niet eens tot het mannenvolk rekenen. Maar Hektor televisioneert de oorlog. Artaud zijn gekte. Het theater van de wreedheid. Welkom thuis, sanatorium. Socrates, in een ander soort instelling, een gevangenis, betaalt zijn sigaretten niet. Daar draait de cameraploeg voor op.

Misschien is het het patriarchalisme.
Misschien is het hoe het een steeds al het andere overklast.
Misschien is het simpelweg beweging.

In Carsons hervertelling van het boek Jesaja beweegt een land in zijn bolster (en slaapt verder). Nacht stroomt omlaag en God stopt Jesaja’s oren vol met stekels. Alles wat niet blijft hoe het is. In vorm. In consistentie. In plaats. In De val van Rome reist de ik af naar Rome om de wonderschone Anna Xenia te zien. Gidsen vertellen haar hoe te spreken. Wat te zeggen. Zinnen als Pardon, waar is de uitgang alstublieft? Breng me naar de reddingsboot. Ik constateer dat we autopech hebben. Kan ik de manager spreken? Waar vertrekt de trein naar Milaan? Ja dit is mijn / onze eerste keer in Rome. Ik zou graag de commissaris van politie spreken. En ik, ik herinner me een kennis die naar een land zou afreizen waar hij de taal niet sprak en iemand die die taal wel sprak had op een papiertje een paar handige zinnetjes geschreven voor hem. Op dat in vieren gevouwen blaadje stond onder andere Help! Bel de politie! Ik word achtervolgd! en dat dat meer dan één zin is, was niet waarom wij zo hard moesten lachen die dag. Ja. Ik vond humor in De val van Rome, iets wat ik niet bijster vaak tegenkom in het werk van Anne Carson. En licht. En liefde. Al gaat het ook over vreemdelingenhaat maar had je anders verwacht gezien de achternaam van degene die de ikpersoon gaat opzoeken? Duisternis ligt altijd op de loer. En liefde is altijd destructief. “De mens heeft een soort drang te nemen wat hemzelf het dierbaarst is en het kapot te smijten.” Ja. Precies. De nagel op de kop.

De liefde en het zwart.
Het duistert en tegelijk licht het onophoudelijk op in de woorden van Anne Carson. Net dat is het wat haar boeken zo onweerstaanbaar maakt.

Anne Carson Glas, ironie & God

Glas, ironie & God

  • Auteur: Anne Carson (Canada)
  • Soort boek: gedichten, poëzie
  • Origineel: Glass, Irony & God (1995)
  • Nederlandse vertaling: Marijke Emeis
  • Uitgever: Koppernik
  • Verschijnt: 25 augustus 2025
  • Omvang: 152 pagina’s
  • Uitgave: paperback
  • Boek bestellen bij: Bol / Libris

Flaptekst van de dichtbundel van Anne Carson

De poëzie van Anne Carson combineert met een volstrekt eigen stem het opbiechtende met onderzoekende. Carson, een gerenommeerd classicus, verweeft in Glas, ironie & God in een verbluffende stijl hedendaagse en eeuwenoude poëtische invloeden.

Deze collectie bevat onder meer het beroemde Glas-essay, een krachtig gedicht over het einde van een liefdesrelatie, verteld aan de hand van de zusters Brontë; dat het fundamentele gevoel van het oude jodendom oproept; en De val van Rome, over haar reis om Rome te vinden en over de strijd om daar haar gevoelens van existentiële vervreemding te overwinnen.

Anne Carson (21 juni 1950, Toronto, Ontario, Canada) wordt in Canada en de Verenigde Staten al lange tijd beschouwd als een van de belangrijkste stemmen in de hedendaagse literatuur. Ze werd geboren in Canada en is al meer dan dertig jaar hoogleraar klassieke literatuur. Ze ontving vele prijzen, waaronder de Lannan Literary Award en de T.S. Eliot Prize for Poetry.

Bijpassende boeken en informatie

Elspeth Barker – O, Caledonia

Elspeth Barker O, Caledonia recensie en informatie over de inhoud van de roman uit 1991 van de Schotse schrijfster. Op 23 april 2025 verschijnt bij Uitgeverij Orlando de Nederlandse vertaling van O. Caledonia de enige roman van de uit Schotland afkomstige schrijfster en journalist Elspeth Barker. Hier lees je informatie over de inhoud van de roman, de schrijfster en over de uitgave.

Elspeth Barker O, Caledonia recensie en informatie

  • “Dit boek is het equivalent van een literaire feniks: zeldzaam, opwindend, uniek […] het is een bovennatuurlijk, hilarisch en duister verhaal van een getroebleerde jeugd in de diepe wildernis van Schotland. Ik heb ooit vriendschap met iemand gesloten louter op basis van het feit dat ze O, Caledonia haar favoriete boek noemde.” (Maggie O’Farrell)
  • “Deze gothic coming-of-ageroman is even hartstochtelijk intens als vilein geestig […] Op elke bladzijde ervaart de lezer pure vreugde, en af en toe een rilling.” (The Independent)
  • “De beste onbekende roman van de twintigste eeuw. Een sprankelend meesterwerk.” (Ali Smith)

Recensie van Allesoverboekenenschrijvers.nl

Na het lezen van de flaptekst van O, Caledonia, geschreven door Elspeth Barker en door uitgeverij Orlando uitgegeven in Nederlandse vertaling, verwachtte ik een soort detective. En dus werd ik enorm verrast door deze prachtige roman. Elspeth Barker schreef O Caledonia als enige roman.

Het verhaal begint met een moordscene. De hoofdpersoon van de roman, de 16 jarige Janet, ligt in een zwart-kanten jurk in een verwrongen houding die op moord duidt onderaan de trap van het Schotse kasteel waar ze woonde. Een heftig beeld, wat een nogal luguber verhaal doet vermoeden.

Maar hoe verrassend, beeldend en beeldschoon schrijft de Ierse Elspeth Barker vervolgens over het korte leven van deze Janet. Janet, die al van jongs af aan een heel eigenzinnig meisje blijkt te zijn, is een dappere hoofdpersoon, die haar jonge eigen leven leidt. We krijgen een prachtige inkijk in hoe Janet’s leven heeft kunnen leiden tot de laatste dramatische scene waar we in het begin van het boek getuige van zijn. Janet is een dromer en ze wordt nergens echt begrepen, waardoor ze ook heel eenzaam is.

Het verhaal wordt omkleed door prachtige Schotse taferelen en doet filmisch aan – je wordt er in meegezogen. Dat laatste is heel passend bij het thema – want ook Janet wordt als het ware meegezogen in haar leven op het Schotse kasteel.

Een uitstekend geschreven boeiende roman die is gewaardeerd met ∗∗∗∗ (uitstekend).

Recensie van Monique van der Hoeven

Elspeth Barker O, Caledonia

O, Caledonia

  • Auteur: Elspeth Barker (Schotland)
  • Soort boek: Schotse roman
  • Origineel: O, Caledonia (1991)
  • Nederlandse vertaling: Lisette Graswinckel
  • Uitgever: Uitgeverij Orlando
  • Verschijnt: 23 april 2025
  • Omvang: 240 pagina’s
  • Uitgave: gebonden boek / ebook
  • Prijs: € 24,99 / € 16,99
  • Winnaar RSL Winifred Holtby Prize en de Scottish Book Prize
  • Waardering redactie: ∗∗∗∗ (uitstekend)
  • Boek bestellen bij: Bol / Libris

Flaptekst van de roman van de Schotse schrijfster Elspeth Barker

Onder aan de trap van het kasteel, gekleed in haar moeders zwart kanten avondjurk, ligt Janet, in de verwrongen houding die duidt op moord…

O, Caledonia is een verbluffende roman, waarin de kettingreactie van gebeurtenissen wordt beschreven die leidt tot de bizarre dood van een zestienjarig meisje, gesitueerd in Schotland in de jaren veertig en vijftig.

Opgroeiend in een geïsoleerde en eenzame wereld wendt Barkers verdoemde jonge heldin zich tot de literatuur, de natuur en tot haar tante Lila, die haar korte momenten van troost bieden in een verder grimmig bestaan. Mensen, vogels en andere dieren bevolken een verhaal dat zowel sfeervol als geestig en vlijmscherp is. Het familiemotto – moriens sed invictus (stervend maar onoverwonnen) – is een toepasselijk grafschrift voor de wilde en dappere Janet, wier vurige vastberadenheid om trouw te blijven aan zichzelf haar tot een van de onvergetelijkste heldinnen van de hedendaagse literatuur maakt.

Op meesterlijke wijze roept Elspeth Barker het barre klimaat van Schotland voor de geest in deze gothic roman, die wel wordt vergeleken met het werk van de Brontës, Edgar Allen Poe en We hebben altijd in het kasteel gewoond van Shirley Jackson.

Elspeth Barker is op 16 november 1940 geboren in Ediburgh, Schotland. Ze debuteerde in 1991 op 51-jarige leeftijd met O, Caledonia. De roman werd bekroond met zowel de RSL Winifred Holtby Prize, als de Scottish Book Prize en de David Higham Prize, en haalde de shortlist van de Whitbread Prize. Ze werkte als journalist en docent Latijn en leidde een bohemien leven tot haar overlijden op 81-jarige leeftijd op 21 april 2022 in Aylsham, Norfolk, Engeland.

Bijpassende boeken en informatie

Jay Farley – A Cupboard Full of Tomboys

Jay Farley A Cupboard Full of Tomboys review, recensie en informatie boek met gedichten van de non-binaire Engelse filmmaker. Op 28 februari 2025 verschijnt bij Broken Sleep Books de dichtbundel van Jay Farley. Hier lees je informatie over de inhoud van het boek, de auteur en over de uitgave. Een Nederlandse vertaling van het boek is niet verkrijgbaar.

Jay Farley A Cupboard Full of Tomboys recensie van Tim Donker

  is natuurlijk voorschrift, dacht ik. Is wat voorschrijft. Of beslist. Soeverein is hij die over de noodtoestand beslist. Uitnametoestand. De mens komt voor. Dat kan zomaar het geval zijn. Zij is de velen. De vogel vloog weg, en toen kwam de zon op. Het lied van een ik-persoon die hier aanwezig is. De toekomst is rauw, dan wordt die gekookt in het heden, daarna gebakken op een zacht vuurtje, en mettertijd zullen kaantjes overblijven. Man en vrouw en iets voerden de dingen het woord. Vuilnisbelten meubelboulevards silo’s silo’s zendmasten schapenboeren op wolvenjacht sportclubs autosloperijen postsorteercentra bladblazers pizzabezorgers een aan flarden gescheurde bonusfolder, en voor alles een plek. Voor alles een plek.

Plek is voorschrift. Plek is opbergkast. Opbergkast is staties. Is wat vast ligt. Is wat voorgeschreven is. Voorgeschreven rijrichting. Het gekende. De man. De vrouw. Dominerend. Patriarchaal, zeg je. Wit, zeg je. Binair, zeg je. Dat is hoe de opbergkasten getimmerd zijn. Uit hout zo krom. Zet mensen wezens levenden samen in groepen en dat is hoe dingen zullen groeien. De norm normeert. Dat wat de meesten zijn. Dat waaraan het leeuwendeel zich conformeert. De beugel bedacht door de hardst schreeuwenden. Wat past zullen we tolereren. De rest niet. En toen kwam de zon op. Toen klonk het lied van het wij hier aanwezig. En dan juist uitbreken.

Uitbreken. Daarover gaat deze bundel. De opbergkast te krap en sowieso al niet je plek en daar dan weg willen. Dat gaat niet zonder sporen van braak. Farley legt niet alleen de kast of de samenleving, maar gans de taal open. Waardoor deze gedichten geregeld al eens van de bladzijde springen. Op eerste doorbladeren valt al direkt de woekering aan leestekens op. Dus. Je bladert. Je ziet schuine strepen sneeën maken in zinnen, je ziet vierkante haken zich opblazen, je ziet groterdantekentjes hun pijlen richten op wat erna komt. En je denkt. Hier buldert een woedende taal. Maar de leestekens zijn niet zonder betekenis, al is het niet hun gebruikelijke. Een uitleg aan het begin zegt dat [ ] voor onderdrukking staat, < voor slechter wordend, / voor een klein beetje hoopvol. Bijvoorbeeld. Zegt het, om daarna te zeggen dat je die uitleg beter meteen maar weer vergeet en dat zou ik nog willen beklemtonen: vergeet het maar meteen! Het is mojer zonder deze uitleg, het is mojer om de leestekens je eigen gedachten te laten aanjagen, gedichten zijn geen landkaarten, ze kunnen zonder legenda, ze kunnen op zichzelf staan, ze kunnen vrijelijk verkeren met iedere lezer afzonderlijk, ik prefereer een esthetiese duiding, u prefereert iets anders, Jay Farley neigt naar reis, naar progressieve beweging.

En gesproken van reizen. Een nota bene in Nebraska. Het gedicht somt op: paren van twee woorden, het eerste woord begint met een n en het twede met een b. Neutrale biologie. Neurodivers brein. Nucleaire bom. Nieuw bloed. Nagel bijten. Nihilisties bravoure. Non-binair. Misschien het non-binair als een nota bene, een postscriptum, iets wat met de opbergkast niet vanzelf is gegeven, wat niet domineert, wat niet datgene is waaraan de meesten zich wensen te conformeren. Wat pas goed vorm kan krijgen buiten de kast, wat steeds opnieuw bevochten of afgebakend moet worden, als een achterop komend zijnde in het lijf gezet; schrijvend; herrijzen door woorden.

Misschien ook daarom zien deze gedichten er zelden uit zoals gedichten en doorgaans uitzien. Er is een gedicht in de vorm van het twittervogeltje. Mag je nog twitter zeggen? Ik vond twitter altijd een achterlijke naam, maar ik vind x nog grotesker, en die Elon Musk is een van de engste mensen van onze tijd, en twitter was dan nog wel toepasselijk omdat het refereerde aan gekwetter, aan de geluiden die vogels maken, en vogels maken geluid om hun terrein af te bakenen of om wijfjes mee te lokken of om te waarschuwen voor gevaar en is dat niet waar twitter precies over gaat, over territoriale pisserijen, over hee kijk mij eens even, en over alles wat we niet vertrouwen, hier is mijn stukje wereld en daar mag jij niet komen, hier is mijn vrouwtje en daar mag jij niet aan zitten, en daar is alles wat anders is en dat moet wegblijven, geen wonder dat dat medium de aandacht trok van zoon Elon Musk, bureaucratie waarom Nederland wel wat Elon Musk kan gebruiken brallen die rechtse ballen van Elsevier jajaja, in een dictatuur is geen bureaucratie want bureaucratie is tiepies iets van die halfzachte democratiese tijd waarin er allemaal van die stomme regeltjes bestaan om de mensen te beschermen tegen de totale willekeur van wie het toevallig voor het zeggen heeft gelukkig kunnen we soms nog de noodtoestand uitroepen die minstens voor eventjes een eind kan maken aan al die overbodige mensenrechtenonzin zaai angst en heers daar kan Mark van Ranst van meepraten en die laat medisch contact nog koppen iedereen die zegt dat de maatregelen niet nodig waren moet je tegenspreken jajaja laat de angst regeren laat altijd de angst voorop laat nooit iemand de angst ombuigen dat is nodig dat is twitter dus vandaar dat ik liever twitter zeg en niet x. Farley schrijft zijn twittervogeltje vol met messcherpe oordelen over het non-binaire zijn. Het valt aan. Het wijst af. Het gaat door korte bochten. Het heeft geen ogen. Het heft de vinger. Het zegt. Het weet. Het stelt geen vragen. Het poneert. Het sluit uit. En het sluit op. In opbergkasten. Of ontsnappen aan de opbergkasten betekent dat je andere opbergkasten moet bouwen weet ik niet. Maar dat was de vraag niet. Er waren geen vragen.

Of.

Een gedicht in de vorm van een kruiswoordraadsel. Heel onnokosteriaans. Denk ik. Kon je iets zeggen, over. Op een feestje.

Of.

Gedicht in de vorm van een oneindige loop. Heel anselmberriganiaans. Denk ik. Kom in alleen.

Of.

In de vorm van een Roos. Is meisje. Ik had die Pier Paolo Pasolini beter gemogen als die nooit films had gemaakt.

Of. Treurarbeid of. De slinger van foucault of. Het hoofd van vitus bering of. Het leven van quintus fixlein of. Iedereen moet ergens zijn of. De mandril op de slagboom of. De mens een machine of. Ook de nacht is een zon.

Of.

De woorden de namen als haken als ankers het fixeren vasthouden op plek houden en eruit willen een wereld bouwen en daarom dichter zijn (want alleen in je gedichten kan je wonen?).

Of gewoon de gedichten in de vorm van een antwoord. Een zoektocht. Een leven buiten de opbergkast. Het uitbreken, en wat daarna komt.

Gedichten die je bijna hoort.
Gedichten die je bijna aanraken.
Gedichten waarin je kunt wonen als je niet in een opbergkast wil wonen.

Jay Farley A [Cupboard] Full of Tomboys review by Tim Donker

– is of course prescription, I thought. Is what prescribes. Or decides. Sovereign is he who decides on the state of emergency. State of exception. The human appears. That can just happen to be the case. She is the many. The bird flew away, and then the sun rose. The song of an I-person who is present here. The future is raw, then it gets cooked in the present, then baked on a slow fire, and in time, cracklings will remain. Man and woman and something gave voice to things. Garbage dumps, furniture boulevards, silos, silos, transmission towers, sheep farmers hunting wolves, sports clubs, car wrecking yards, mail sorting centers, leaf blowers, pizza deliverers, a bonus flyer torn to shreds, and for everything a place. For everything a place.

Place is prescription. Place is storage cabinet. Storage cabinet is static. Is what lies fixed. Is what is prescribed. Prescribed direction of travel. The known. The man. The woman. Dominating. Patriarchal, you say. White, you say. Binary, you say. That’s how the storage cabinets are built. From wood so crooked. Put people beings living things together in groups and that is how things will grow. The norm normalizes. That which most are. That to which the lion’s share conforms. The bracket conceived by the loudest shouters. What fits we will tolerate. The rest not. And then the sun rose. Then sounded the song of the we present here. And then precisely break out.

Breaking out. That’s what this collection is about. The storage cabinet too cramped and anyway not your place and wanting to get away from there. That doesn’t happen without traces of breaking and entering. Farley not only opens the cabinet or society, but the entire language. Which is why these poems regularly leap off the page. On first flipping through, the proliferation of punctuation marks is immediately noticeable. So. You browse. You see slashes making cuts in sentences, you see square brackets inflating themselves, you see greater-than signs aiming their arrows at what comes after. And you think. Here roars an angry language. But the punctuation marks are not without meaning, though not their usual one. An explanation at the beginning says that [ ] stands for oppression, < for worsening, / for a little bit hopeful. For example. It says, only to say afterward that you’d better forget that explanation right away and I would like to emphasize: forget it right away! It’s more beautiful without this explanation, it’s more beautiful to let the punctuation marks drive your own thoughts, poems are not maps, they can do without a legend, they can stand on their own, they can freely associate with each reader individually, I prefer an aesthetic interpretation, you prefer something else, Jay Farley tends towards journey, towards progressive movement.

And speaking of journeys. A nota bene in Nebraska. The poem enumerates: pairs of two words, the first word begins with an n and the second with a b. Neutral biology. Neurodiverse brain. Nuclear bomb. New blood. Nail biting. Nihilistic bravado. Non-binary. Perhaps the non-binary as a nota bene, a postscript, something that is not automatically given with the storage cabinet, what doesn’t dominate, what is not that to which most wish to conform. What can only take proper form outside the cabinet, what must be fought for or demarcated again and again, as a latecomer placed in the body; writing; resurrecting through words.

Perhaps that’s also why these poems rarely look like poems typically look. There is a poem in the shape of the Twitter bird. Can you still say Twitter? I always thought Twitter was a silly name, but I find x even more grotesque, and that Elon Musk is one of the scariest people of our time, and Twitter was at least appropriate because it referred to chirping, to the sounds birds make, and birds make sound to mark their territory or to attract females or to warn of danger and isn’t that exactly what Twitter is about, about territorial pissing contests, about hey look at me, and about everything we don’t trust, here is my piece of world and you may not come there, here is my female and you may not touch her, and there is everything that is different and that must stay away, no wonder that medium attracted the attention of son Elon Musk, bureaucracy why the Netherlands could use some Elon Musk those right-wing balls from Elsevier bellow yesyesyes, in a dictatorship there is no bureaucracy because bureaucracy is typically something from that soft-handed democratic time when all those stupid rules exist to protect people against the total arbitrariness of whoever happens to be in charge fortunately we can sometimes still declare a state of emergency which at least for a moment can put an end to all that superfluous human rights nonsense sow fear and rule there Marc van Ranst can talk about that and medical contact still headlines everyone who says the measures weren’t necessary must be contradicted yesyesyes let fear rule let fear always lead never let anyone bend fear that is necessary that is Twitter so that’s why I prefer to say Twitter and not x. Farley fills his Twitter bird with razor-sharp judgments about being non-binary. It attacks. It rejects. It takes sharp turns. It has no eyes. It raises its finger. It says. It knows. It asks no questions. It posits. It excludes. And it locks up. In storage cabinets. Whether escaping the storage cabinets means you have to build other storage cabinets I don’t know. But that wasn’t the question. There were no questions.

Or.

A poem in the form of a crossword puzzle. Very un-Okosterian. I think. You could say something, about it. At a party.

Or.

Poem in the form of an infinite loop. Very Anselm Berriganian. I think. Come in alone.

Or.

In the form of a Rose. Is girl. I would have liked that Pier Paolo Pasolini better if he had never made films.

Or. Grief work or. Foucault’s pendulum or. The head of Vitus Bering or. The life of Quintus Fixlein or. Everyone must be somewhere or. The mandrill on the barrier or. Man a machine or. The night too is a sun.

Or.

The words the names as hooks as anchors the fixing holding keeping in place and wanting to get out build a world and therefore be a poet (because you can only live in your poems?).

Or simply the poems in the form of an answer. A search. A life outside the storage cabinet. The breaking out, and what comes after.

Poems you almost hear. Poems that almost touch you. Poems in which you can live if you don’t want to live in a storage cabinet.

Jay Farley A Cupboard Full of Tomboys

A [Cupboard] Full of Tomboys

  • Auteur: Jay Farley (Engeland)
  • Soort boek: gedichten, poëzie
  • Taal; Engels
  • Uitgever: Broken Sleep Books
  • Verschijnt: 28 februari 2025
  • Omvang: 56 pagina’s
  • Uitgave: paperback
  • Prijs: £ 8,99 
  • Boek bestellen bij: Amazon / Bol

Flaptekst van de dichtbundel van John Farley

Through the poetic and raw lens of a neurodiverse filmmaker, A [Cupboard] Full of Tomboys by Jay Farley navigates the intricate intersections of identity, gender, and class. This collection unfolds the journey of an older, working-class non-binary individual. With a cinematic and surreal texture, the poet uses words not only to validate their existence but also to unlock the transformative power of language itself. From the confines of the metaphorical cupboard to the expansive, defiant explorations of a new, queer world, Farley’s poetry challenges binaries, embraces fluidity, and crafts an unflinching celebration of lived authenticity.

Jay Farley is a non-binary, neurodivergent award winning filmmaker and digital artist. Discovering their Non-binary identity in 2022 aged 48 was profound and they found their voice as a performer and poet. Farley subsequently became award winning with ‘I Wish I’d Won the Miners’ Strike’, published in How it Started, Creative Futures Writers’ Award 2022 anthology. They are published in the Queer Icons anthology, SparksHot Poets anthology and illustrated in Woop Woop magazine. Their debut book of poetry A [Cupboard] Full of Tomboys was created under the mentorship of TS.Elliot Award winning Joelle Taylor and published by Broken Sleep Books.

Bijpassende boeken en informatie

Choco het Minipaardje Boekbespreking Vlog

Choco het Minipaardje Boekbespreking Vlog

Boekbespreking en Vlog van Jolien Dalenberg

Choco het Minipaardje Boekbespreking Vlog. Choco het minipaardje is geschreven door Nicolle Christiaanse. Het fijne van Nicolle Christaanse is, dat ze zelf ook paarden heeft. Ze kan zich goed verplaatsen in de wereld van paarden. Dat lees je dan ook terug in het boekje, zonder dat het belerend wordt. Op een luchtige en speelse manier, kan een lezer ook iets leren over hoe je het beste voor een paard kunt zorgen. Of hoe juist niet!

Waar gaat het kinderboek Choco het minipaardje over?

Het boekje gaat over Choco, die het in haar huidige stalletje niet zo naar haar zin heeft. Haar beste vriendinnetje is het meisje Roos, die Choco als verzorgpony heeft. Ze doet haar uiterste best om het Choco naar de zin te maken. Ze is dol op paarden en pony’s en is dan ook veel te vinden op een heel groot paarden forum. Net als Kris. Kris is bijna jarig, ze wordt acht jaar. En dan ben je wel groot genoeg voor een eigen pony, vindt ze. Maar haar ouders vinden van niet. Dankzij Choco worden Roos en Kris goede vriendinnen!

Wat vind ik over Choco het minipaardje?

Ook al val ik beslist niet binnen de doelgroep van ongeveer zeven jaar, toch heb ik het boekje met veel plezier gelezen. Het boek is geschikt voor kinderen met leesniveau AVI M4 en dat zie je goed terug. De zinnen zijn kort, de woorden die zijn gebruikt zijn niet ingewikkeld en toch is het een fantasievol boekje geworden waar een kind fijn in weg kan dromen, maar tegelijk ook nog iets opsteekt. Zeker kinderen die van paarden of dieren in het algemeen houden, zullen met plezier dit boek lezen.

Choco het minipaardje Nicollle Christiaanse Kinderboek over PaardenChoco het Minipaardje 

Vlog Boekbespreking

  • Schrijfster: Nicolle Christiaanse
  • Tekeningen: Ann De Bode
  • Verschenen: 2015
  • Leeftijd: 6+ jaar
  • AVI-Leesniveau: AVI-M4
  • Oordeel redactie: +++ (zeer goed)
  • Uitgever: Kluitman
  • Omvang: 27 pagina’s
  • Uitgave: gebonden boek
  • Prijs: € 9,99
  • …Uitgebreide Informatie en Bestellen >

Boekbespreking en Vlog gemaakt door Jolien Dalenberg van Paardenfeest.com.