Tag archieven: De Bezige Bij

Fleur Jongepier – Berghonger

Fleur Jongepier Berghonger recensie en informatie boek over een filosofische tocht door de bergen. Op 22 mei 2025 verschijnt bij uitgeverij De Bezige Bij het nieuwe boek van de Nederlandse filosoof en schrijfster Fleur Jongepier. Hier lees je informatie over de inhoud van het boek, de schrijfster en over de uitgave.

Fleur Jongepier Berghonger recensie

Als er in de media een boekbespreking of recensie verschijnt van Berghonger, het nieuwe boek van de Nederlandse filosofe en schrijfster Fleur Jongepier, dan besteden we er op deze pagina aandacht aan.

Fleur Jongepier Berghonger

Berghonger

Vragen naar de onbekende weg

  • Auteur: Fleur Jongepier (Nederland)
  • Soort boek: filosofisch wandelboek
  • Uitgever: De Bezige Bij
  • Verschijnt: 22 mei 2025
  • Omvang: 256 pagina’s
  • Uitgave: paperback
  • Prijs: € 23,99 / € 12,99
  • Boek bestellen bij: Bol / Libris

Flaptekst van het nieuwe boek van Fleur Jongepier

Waarom werk ik zo hard? Doe ik wel genoeg dingen waar ik gelukkig van word? Kun je alleen zijn zonder eenzaam te zijn? Hoe geniet ik van de natuur zonder haar geweld aan te doen? Zit ik wel goed in mijn vel? Voel ik mijn vel eigenlijk wel?

In de bergen kijken we beter, voelen we meer en denken we minder. De bergen putten ons uit, leiden ons af, bieden gezelschap en maken ons eenzaam. Ze overweldigen ons met hun natuurpracht en brengen ons angst en euforie.

In Berghonger onderneemt Fleur Jongepier een bruisende filosofische tocht door de bergen. Met humor en kwetsbaarheid laat ze zien hoe de bergen ons uitnodigen de confrontatie aan te gaan met vragen en ambities die we, als we alleen maar een blokje om zouden lopen, zouden wegwuiven als dromerig of idealistisch.

Fleur Jongepier is geboren in 1986. Ze is filosoof en publicist. Haar columns en essays verschenen onder meer in de Volkskrant, NRC,  Trouw en Bij Nader Inzien. Eerder was ze medeauteur van het boek Ik. Filosofie van het zelf (2017).

Bijpassende boeken en informatie

Wolfram Eilenberger – Geesten van het heden

Wolfram Eilenberger Geesten van het heden recensie en informatie boek over het denken van Theodor Adorno, Susan Sontag, Michel Foucault en Paul Feyerabend, 1948-1984. Op 21 augustus 2025 verschijnt bij Uitgeverij De Bezige Bij de Nederlandse vertaling van Geister der Gegenwart, het boek van de uit Duitsland afkomstige filosoof en schrijver Wolfram Eilenberger. Hier lees je informatie over de inhoud van het boek, de auteur en over de uitgave.

Wolfram Eilenberger Geesten van het heden recensie

  • Eilenberger houdt zich bezig met de existentiële dimensie van het denken, met het moment waarop filosofen hun ideeën en daarmee zichzelf in gevaar brengen. Dat dit denkbestaan ​​op de universiteit tegenwoordig vaak alleen nog maar bestaat in de vorm van vaste posities, maakt Geesten van het heden niet alleen tot een groot leesplezier, maar ook tot een herinnering aan wat filosofie ooit was en wat ze vandaag de dag buiten de academische wereld misschien alleen nog maar kan zijn: het proberen de moed niet te verliezen, ook niet in onvolwassen tijden.” (Peter Neumann, Die Zeit)

Wolfram Eilenberger Geesten van het heden

Geesten van het heden

Het denken van Theodor Adorno, Susan Sontag, Michel Foucault en Paul Feyerabend, 1948-1984

  • Auteur: Wolfram Eilenberger (Duitsland)
  • Soort boek: filosofieboek
  • Origineel: Geister der Gegenwart (2024)
  • Nederlandse vertaling: W. Hansen
  • Uitgever: De Bezige Bij
  • Verschijnt: 21 augustus 2025
  • Omvang; 432 pagina’s
  • Uitgave: gebonden boek / ebook
  • Prijs: € 36,99
  • Boek bestellen bij: Bol / Libris

Flaptekst van het boek van de Duitse filosoof Wolfram Eilenberger

Welke filosofie kan ons vandaag nog inspireren? in de voetsporen van Theodor Adorno, Susan Sontag, Michel Foucault en Paul Feyerabend schetst Geesten van het heden een groot panorama van het naoorlogse denken. Wolfram Eilenberger vertelt onderhoudend hoe een nieuwe verlichting rechtstreeks leidde tot de belangrijkste breuklijnen van deze tijd.

Winter 1949: Adorno keert uit Amerika terug naar het verwoeste Frankfurt; Feyerabend, beschadigd door de oorlog, naar Wenen; wonderkind Susan Sontag bezoek Thomas Mann in Los Angeles; de jonge Michel Foucault doet in Parijs opnieuw een zelfmoordpoging. Getekend door de oorlog zoek deze vier denkers hun weg in een nieuwe vorm van filosoferen.

Met Geesten van het heden levert Wolfram Eilenberger opnieuw een onderhoudende filosofische zoektocht af, waarin hij aan de hand van deze moedige denkers het vermogen van de filosofie onderstreept om een antwoord te vinden op de grote vragen van onze tijd.

Wolfram Eilenberger is geboren op 7 augustus 1972 in Freiburg im Breisgau,Duitsland. Hij is filosoof, schrijver en journalist. Hij was hoofdredacteur van Philosophie Magazin en is een veelgevraagd commentator op de Duitse televisie. Eerder verschenen van zijn hand de internationale bestsellers Het tijdperk van de tovenaars. Het grote decennium van de filosofie, 1919-1929 . en Het vuur van de vrijheid, over de filosofie van Hannah Arendt, Simone van Beauvoir, Ayn Rand en Simone Weil.

Bijpassende boeken

Tash Aw – Het zuiden

Tash Aw Het zuiden recensie en informatie over de inhoud van de nieuwe roman van de Maleisische schrijver. Op 27 maart verschijnt bij uitgeverij De Bezige Bij de Nederlandse vertaling van de roman The South van de in Taipei, Taiwan geboren en uit Maleisië afkomstige schrijver Tas Aw. Hier lees je informatie over de inhoud van de roman, de auteur en over de uitgave.

Tash Aw Het zuiden recensie en informatie

  • Een betoverend verhaal. Zowel hartverscheurend als vreugdevol.” (Michael Cunningham)
  • Verkozen als Times, Guardian en Financial Times boek van het jaar.

Tash Aw Het zuiden

Het zuiden

  • Auteur: Tash Aw (Maleisië)
  • Soort boek: Maleisische roman
  • Origineel: The South (2025)
  • Nederlandse vertaling: Paul van der Lecq
  • Uitgever: De Bezige Bij
  • Verschijnt: 27 maart 2025
  • Omvang: 256 pagina’s
  • Uitgave: paperback
  • Prijs: € 22,99
  • Boek bestellen bij: Bol / Libris

Flaptekst van de roman van de Maleisische schrijver Tash Aw

De jonge Jay reist met zijn familie naar het landgoed in het zuiden van Maleisië dat zijn overleden grootvader hun heeft nagelaten. De boomgaarden zijn inmiddels in verval geraakt en de velden uitgedroogd, maar toch stuurt zijn vader hem eropuit om het land te bewerken, samen met Chuan, de zoon van de opzichter.

In de verstikkende hitte bloeit tussen Jay en Chuan de liefde op, maar de erfenis van het landgoed drukt zwaar op alle leden van het gezin, en Jay’s moeder Sui Ching wordt gedwongen onder ogen te zien wat ze heeft opgeofferd voor haar man en kinderen.

Het zuiden bewijst het meesterschap van Tash Aw en ontvouwt zich als een intieme roman over liefde, nalatenschap en spijt in een sterk veranderende wereld.

Tash Aw is geboren op 4 oktober 1971 in Taipei, de hoofdstad van Taiwan. Hij  groeide op in Kuala Lumpur, Maleisië en woont tegenwoordig in Frankrijk. Hij schreef meerdere romans, waarvan er twee werden genomineerd voor de Man Booker Prize. Zijn meest recente boeken zijn Wij, de overlevenden en Vreemdelingen op een kade. Zijn nieuwe roman Het zuiden verschijnt begin 2025. Eerder verschenen van zijn hand de romans Vijfsterren miljardair en Kaart van een onzichtbare wereld.

Bijpassende boeken

  • Maleisische schrijvers en schrijfsters

Chris De Stoop – De Damiaanhoeve

Chris De Stoop De Damiaanhoeve recensie en informatie van het nieuwe literaire true crime boek van de Vlaamse schrijver. Op 6 maart 2025 verschijnt bij uitgeverij De Bezige Bij het nieuwe boek van de uit België afkomstige schrijver Chris De Stoop. Hier lees je informatie over de inhoud van het boek, de auteur en over de uitgave.

Chris De Stoop De Damiaanhoeve recensie

De Vlaamse meester van de literaire non-fictie heeft ook nu weer een zeer lezenswaardig boek afgeleverd. Met compassie vertelt hij nu het verhaal over de Damiaanhoeve, een oude boerderij die gelegen is in het stroomgebied van de Maas of eigenlijk beter gezegd het dramatische verhaal van de huidige bewoner.

Vrijwel het gehele stroomgebied van de Maas op de grens van Vlaams en Nederlands Limburg wordt al decennia lang geteisterd door industriële grindwinning die het karakter en landschap ingrijpend aantast. Samen met Gerty, zijn vrouw proberen Bert de bewoners van het huis, het hoofd boven water te houden van het kenmerkende gebouw een idylle te maken, gelukkig te leven, soms letterlijk het hoofd boven water te houden

Nadat bij een brand in De Damiaanhoeve Gerty om het leven komt, Bert haar aantreft tussen de verbrande resten van het bouwwerk, staat zijn leven op de kop, is niets meer zoals het is. Als brandstichting de oorzaak lijkt, er eigenlijk geen schot in de zaak zit, komt Gert onder vuur te leggen, wordt hij zelf verdachte.

In zijn zo kenmerkende stijl, met veel empathie en betrokkenheid beschrijft Chris De Stoop het verhaal van Bert en combineert dit prachtig met de geschiedenis van de plek, het leven aan de Maas en zijn eigen verwarring en frustratie. De kwaliteit van het boek spat van elke pagina af, is ondanks het dramatische verhaal een waar genoegen om te lezen. Gewaardeerd met ∗∗∗∗ (uitstekend).

Chris De Stoop De Damiaanhoeve

De Damiaanhoeve

  • Auteur: Chris De Stoop (België)
  • Soort boek: literaire non-fictie, true crime
  • Uitgever: De Bezige Bij
  • Verschijnt: 6 maart 2025
  • Omvang: 256 pagina’s
  • Uitgave: gebonden boek / ebook / luisterboek
  • Prijs: € 23,99 / € 12,99 / € 15,99
  • Waardering redactie: ∗∗∗∗ (uitstekend)
  • Boek bestellen bij: Bol / Libris

Flaptekst van het nieuwe boek van Chris De Stoop

Daar waar Nederland op zijn smalst is en België op zijn breedst, aan de oevers van de Maas, daar ligt de eeuwenoude Damiaanhoeve als een eiland in de winterbedding. Maar de baggermolen die het hele gebied moet ontgrinden komt altijd maar dichterbij. Als alle grind eruit is, wordt het natuur- en overstromingsgebied.

Wanneer Bert, de laatste bewoner van de uiterwaarden, op een zomeravond thuiskomt, brandt de hoeve af en sleept hij zijn zieltogende vrouw naar buiten. Uit de autopsie blijkt dat de erg geliefde en geëngageerde Gerty gruwelijk vermoord is. De verwoeste Damiaanhoeve krijgt wat later ook nog de ‘waterbom’  over zich heen. En nog wil Bert niet wijken.

Chris de Stoop beschrijft op aangrijpende manier de context en weerslag van wat ‘de hoevemoord’ wordt genoemd. Een waargebeurd verhaal over schuld en onschuld, schijn en zijn, waan en waarheid.

Chris de Stoop is geboren in 1958 in Sint-Gillis-Waas in Oost-Vlaanderen. Hij is auteur van spraakmakende boeken en schreef ruim dertig jaar reportages voor het tijdschrift Knack . Zijn werk werd bekroond met journalistieke en literaire prijzen. In zijn debuut Ze zijn zo lief, meneer (1992) beschreef hij de internationale vrouwenhandel van binnenuit, wat grote beroering veroorzaakte in binnen- en buitenland. In 2004 ontving De Stoop voor het vervolg Zij kwamen uit het Oosten de Gouden Uil Publieksprijs. In Vrede zij met u, zuster (2010) schreef De Stoop als eerste over Belgische jihadisten die naar Syrië en Irak reisden. Zijn boek Dit is mijn hof (2015), over de teloorgang van het boerenland, was Boek van de Maand bij De Wereld Draait Door, stond op de shortlist van de ECI Literatuurprijs en werd onderscheiden met de Confituur Boekhandelsprijs. De Stoops boek Wanneer het water breekt (2019) vertelt een universeel, aangrijpend verhaal over de diepe breuk die migratie is. Het boek Daniel (2020), waarin De Stoop indringend en liefdevol verhaalt hoe een eenzaat een zondebok werd, stond op de shortlist van de Boekenbon Literatuurprijs 2021 en won in Frankrijk de Prijs voor het Beste Buitenlandse Boek. In 2024 won dit boek de Prix Polar et Justice, voor het beste non-fictieboek over justitie.

Bijpassende boeken en informatie

Olivia Manning – Het grote fortuin

Olivia Manning Het grote fortuin recensie en informatie roman uit 1960 van de Engelse schrijfster. Op 20 februari 2025 verschijnt bij uitgeverij De bezige Bij de Nederlandse vertaling van de roman The Great Fortune van de uit Engeland afkomstige schrijfster Olivia Manning en deel 1 van de Balkan-trilogie. Hier lees je informatie over de inhoud van de roman, de auteur en over de uitgave.

Olivia Manning Het grote fortuin recensie en informatie

  • “Schitterend. Vol humor, scherpe inzichten en levendige beschrijvingen.” (The Times)
  • De belangrijkste van onze vrouwelijke romanschrijvers.” (Anthony Burgess)

Olivia Manning Het grote fortuin

Het grote fortuin

Balkan-trilogie deel 1

  • Auteur: Olivia Manning (Engeland)
  • Soort boek: Engelse roman
  • Origineel: The Great Fortune (1960)
  • Nederlandse vertaling: Johannes Jonkers
  • Uitgever: De Bezige Bij
  • Verschijnt: 20 februari 2025
  • Omvang: 448 pagina’s
  • Uitgave: paperback / ebook
  • Prijs: € 24,99 / € 14,99
  • Boek bestellen bij: Bol / Libris

Flaptekst van de roman uit 1960 van de Engelse schrijfster Olivia Manning

Herfst, 1939. Het pasgetrouwde stel Guy en Harriet Pringle stapt, enkele weken na de Duitse invasie van Polen, aan boord van de trein naar Boekarest. Guy wacht een baan als docent, maar voor Harriet, die alleen en onervaren is, begint er een vreemd nieuw leven. Terwijl Guys wereld botst met die van zijn nieuwe bruid, beseft Harriet hoe weinig ze eigenlijk weet van de man met wie ze is getrouwd.

Olivia Mannings meesterwerk Het grote fortuinis een roman over een huwelijk en een oorlog, een beklijvende evocatie van jonge liefde tegen de achtergrond van een steeds onzekerder toekomst.

Olivia Manning is geboren op 2 maart 1908 in Portsmouth, Hampshire. Ze trouwde vlak voor de oorlog en vertrok naar het buitenland met haar man, een docent voor de British Council in Boekarest. Toen de Duitsers Athene naderden, evacueerden zij en haar man naar Egypte, waar ze uiteindelijk de leiding kregen over het Palestine Broadcasting Station. Ze keerden in 1946 terug naar Londen en woonden daar tot haar overlijden in Ryde, Engeland op 23 juli 1980.

Bijpassende boeken en informatie

Alicja Gescinska – De gezichtslozen

Alicja Gescinska De gezichtslozen recensie en informatie novelle van de Pools-Belgische schrijfster. Op 13 februari 2025 verschijnt bij uitgeverij De Bezige Bij het nieuwe boek van Alicja Gescinska de in Polen geboren schrijfster en filosofe. Hier lees je informatie over de inhoud van het novelle, de schrijfster en de uitgave.

Alicja Gescinska De gezichtslozen recensie en informatie

Als er in de media een boekbespreking of recensie verschijnt van De gezichtlozen, het nieuwe boek van de Pools-Belgische schrijfster Alicja Gescinska, dan besteden we er op deze pagina aandacht aan.

Alicja Gescinska De gezichtslozen

De gezichtslozen

  • Auteur: Alicja Gescinska (Polen, België)
  • Soort boek: novelle
  • Uitgever: De Bezige Bij
  • Verschijnt: 13 februari 2025
  • Omvang: 112 pagina’s
  • Uitgave: gebonden boek / ebook
  • Prijs: € 10,99 / € 9,99
  • Boek bestellen bij: Bol / Libris

Flaptekst van de nieuwe novelle van Alicja Gescinska

In 2019 brengt Mona enkele weken door in Beiroet om daar te werken aan een nieuwe reportage. Op zoek naar beelden die haar sterken in haar roeping als kunstfotografe vindt ze onverwachts vriendschap bij Ruba, Juhaina en de Palestijnse Suhaila. Wanneer Suhaila Mona meeneemt naar de plek van haar geboorte – het vluchtelingenkamp waar haar moeder nog steeds woont – zal niets nog hetzelfde zijn. In de vriendschap die zich ontvouwt leert Mona anders te kijken naar de wereld en zichzelf, en naar dat wat de vier vrouwen bindt: het diepe verlangen om hun eigen leven te leiden.

Alicja Gescinska is geboren in 1981 in Warschau, Polen. Ze is schrijver en filosoof. Haar filosofische debuut De verovering van de vrijheid (2011) oogstte alom lof. Met haar debuutroman Een soort van liefde (2016) won ze de Debuutprijs 2017 en werd ze genomineerd voor de Confituur Boekhandelsprijs. Haar essay Thuis in muziek. Een oefening in menselijkheid (2018) stond op de shortlist voor de Socratesbeker. Intussen komen mensen om (2019) werd bekroond met de Liberales-boekenprijs 2019. In 2020 schreef ze het essay voor de Maand van de Filosofie: Kinderen van Apate. Over leugens en waarachtigheid . In 2021 debuteerde ze als dichter met de bundel Trojaanse gedachten . Haar theatermonoloog Apate spreekt verscheen in het voorjaar van 2022, waarin zij spreekt over de leugen als deugd.

Bijpassende boeken en informatie

Virginia Woolf – Mrs Dalloway

Virginia Woolf Mrs Dalloway recensie en informatie van de inhoud van de Engelse roman uit 1925. Op 6 februari 2025 verschijnt bij uitgeverij De Bezige Bij een goedkope heruitgave van de Nederlandse vertaling van de roman van de uit Engeland afkomstige schrijfster Virginia Woolf. Hier lees je informatie over de inhoud van het boek, de schrijfster en over de uitgave.

Virginia Woolf Mrs Dalloway recensie en informatie

Als er in de media een boekbespreking of recensie verschijnt van Mrs Dalloway de roman uit 1925 van de Engelse schrijfster Virginia Woolf, dan besteden we er op deze pagina aandacht aan.

Virginia Woolf Mrs Dalloway

Mrs Dalloway

  • Auteur: Virginia Woolf (Engeland)
  • Soort boek: Engelse roman
  • Origineel: Mrs Dalloway (1925)
  • Nederlandse vertaling: Nini Brunt
  • Uitgever: De Bezige Bij
  • Verschijnt: 6 februari 2025
  • Omvang: 200 pagina’s
  • Uitgave: paperback / ebook
  • Prijs; € 12,50 / € 9,99
  • Boek bestellen bij: Bol / Libris

Flaptekst van de roman uit 1925 van Virginia Woolf

Clarissa Dalloway is begin vijftig, elegant en de perfecte gastvrouw, maar ze voelt zich oud en uitgerangeerd. Haar man is succesvol, maar saai, en haar volwassen dochter heeft haar zorg niet meer nodig. Op een dag komt Clarissa, terwijl zij bloemen koopt voor het feest van die avond, haar voormalige aanbidder Peter tegen, die zij in een ver verleden heeft afgewezen. Wat zou er van haar geworden zijn als ze dertig jaar eerder voor een avontuurlijk leven met Peter had gekozen? Het verhaal van Mrs Dalloway speelt zich af op één dag in juni 1923, de dag van het feest dat eindigt in een drama. Het is een virtuoos gecomponeerde roman vol herinneringen en bespiegelingen over de waarde van het leven en de onomkeerbaarheid van onze keuzes.

Virginia Woolf is op 15 januari 1882 in Londen geboren. Ze maakte Virginia Woolf Mrs Dalloway first editionop 28 maart 1941 een einde aan haar leven door zichzelf te verdrinken in de River Ouse in East Sussex, Engeland. Ze werd beroemd door haar innovatieve romans, feministische essays, dagboeken en brieven. Haar bekendste werken zijn Mrs DallowayEen kamer voor jezelfOrlandoNaar de vuurtoren en Tussen de bedrijven.

Bijpassende boeken en informatie

Yannick Dangre – Tussenjaren

Yannick Dangre Tussenjaren recensie en informatie over de inhoud van de nieuwe roman van de Vlaamse schrijver. Op 6 februari 2025 verschijnt bij Uitgeverij De Bezige Bij de roman van de uit België afkomstige schrijver. Hier lees je informatie over de inhoud van de roman, de schrijver en de uitgave.

Yannick Dangre Tussenjaren recensie en informatie

  • “Het geparfumeerde proza waarin Dangre deze pijnlijke en, zo lijkt het, manisch-depressieve geschiedenis verpakt, had een onsje minder gemogen. Zo ook de vergelijkingen tussen liefde en oorlog. Niettemin dreunen Charles, en vooral Sylviane, na het lezen nog lang na.” (Lieke van den Krommenacker, VPRO boekengids)

Yannick Dangre Tussenjaren recensie van Tim Donker

Als filosofie dacht ik toen – (eerst als tragedie, dan als klucht)

Nee. Wacht.

De stilistiek dan. En wensen over.

Ofnee. Laat ik beginnen met wat er ooit was.

Er was een man. Charles Dumont. In een ooit van dertig jaar geleden was hij student. En hoe gaat dat als je studeert, er is altijd een mooiste meisje van de campus. In Charles’ geval was dat Sylviane. Zij liet hoofden haar kant op drajen. Zij liep met partikeltjes geluk als een stofwolk achter zich aan. Zij liet Charles boven zichzelf uitstijgen. Hij, de altijd zo bedeesde, ingetogen, en vooral “normale” Charles stelde haar tijdens hun eerste ontmoeting voor om samen naar zee te rijden, midden in de nacht. Zo ontstond hun relatie. Dat is hoe relaties kunnen ontstaan. In liefde, in onbesuisdheid, in exaltatie. Want Sylviane hield onmatig veel van het leven, en van het leven in onmatigheid. Wees altijd dronken, haadt Baudelaire gezeid en Sylviane liet het zich geen twee keer zeggen. Maarja. Baudelaire en Sylviane hebben goed praten. Er zijn ook nog de dingen, en die gaan zoals ze gaan. Dus kwam er een kind, Claudia. Kwam er voor Charles een carrière als min of meer gerenommeerd hartchirurg. Kwam er, wellicht, zoiets als een leven. Met het leven kwamen de problemen. Een Sylviane die bij ontstentenis van wilde avonturen haar dorst naar de oneindige roes vooral leste met alkool. Heel veel alkool. En drama. Meer nog dan alkool stroomde het drama. Sylvianes fascinatie voor Italiaanse films uit de zestiger jaren maakte dat ze zichzelf keer na keer plaatste in één of andere pathetische filmscene. Uiteindelijk liep het stuk. Natuurlijk liep het uiteindelijk stuk, wat dacht jij dan? Dat ze nog lang en gelukkig zouden leven ofzo? Nee. Syvliane nam de benen. Maalde niet om Charles en Claudia. Ging. Van alles liet ze achter. Pijn, verdriet, kleding, zorgen, hoop. En een afscheidsbrief. Waarin ze onder andere een voorstel deed. Laten we elkaar wederontmoeten, Charles, achter dertig jaar. Op het Piazza del Plesbiscito te Napels. Datzelfde Napels waar hun leven, hun liefde, hun geluk ooit zinderde.

Krijg zo’n brief. Draag hem met je mee. Dag na dag. Jaar na jaar. Decennium na decennium. Gedurende een inmiddels rond andere kernen gegroeid leven. Er kwam een nieuwe vrouw, Delphine. Met haar kreeg Charles een twede dochter. Julie. Inmiddels volwassen, net als Claudia. Die laatste ziet overigens alleen Delphine als haar moeder. Dus wat zou je zoon brief nog met je meedragen, Charles en wat zou je zoon raar, allicht in een opwelling en misschien zelfs wel dronken gedaan voorstel drie hele decennia lang ernstig nemen? Wat zou je gaan naar dat Napels waar je verder niks te zoeken hebt? Er zijn zoveel redenen om op die ergens in de vroege jaren negentig genoemde datum van 1 juli 2023 overal te zijn behalve in Napels. Heel de lange tussentijd (ja tussenjaren mensen) heeft Charles niks van haar gehoord dus Sylviane kon zich wel doodgezopen hebben. Of Korsakow heeft het beste van haar gekregen, en ze zit ergens in een instelling waar ze zich niks meer kan herinneren, niet eens haar eigen naam. Of andere verten, andere mannen, andere avonturen dienden zich aan en Sylviane denkt geen tel meer aan Claudia of Charles of iets wat ze ooit nederkalkte in een of andere brief waar ze zich nooit meer om bekommerd heeft. Of ze gaat ervan uit dat Charles het als grapje heeft opgevat, zelf vergeten is, hoe dan ook niet de moeite nemen zal. Wie zet voor zulk een onzinnigheid misschien wel een huwelijk op het spel, het levensgeluk van twee volwassen dochters? Nou? Wie? Wel, Charles natuurlijk he. Anders had die Dangre immers geen boek gehad, dommie!

Want Charles, hij gaat. Hij liegt vrouw en dochters wat voor over een medisch congres, neemt een enkele vlucht naar Napels, en wacht, en mijmert, en drinkt, en rookt. Alles veil hebbende voor een of ander zeer onzeker wederzien.

Misschien denk je nu Wat een mafkees, die Charles.
Misschien denk je Wat een vergezochte thematiek.
Misschien denk je Wat een overdreven romanties, uitgekauwd, door en door sentimentalisties, dun rotverhaaltje.
Misschien denk je die dingen en ik kan je het niet kwalijk nemen. Je moet enig gevoel hebben voor hoe grote liefdes je een leven lang in de ban kunnen houden om Tussenjaren zelfs naar tot op zekere hoogte te kunnen smaken. Want van de stijl moet dit boek als u het mij vraagt bepaaldelijk niet hebben.

Hum. Nee. Voor iemand die toch ook naam maakte als dichter, blijft Dangres gevoel voor poëzie toch opvallend vaak steken op het “rozen verwelken schepen vergaan”-nivo. Het overmatige gebruik van “als”-vergelijkingen die dan ook nog vaker dan op grond van toeval verwacht mag worden volledig mank gaan. Daarmee is het al prijs vanaf de allereerste zin: “Je amoureuze verleden is zoals de oorlog: iedereen wil er het fijne van weten, behalve jij die alles meegemaakt hebt.” Moet dat me intrigeren ofzo? Moet ik denken: liefde en oorlog, wat een spannende vergelijking, hoe komt die gast erop? Niet alleen is het zo’n beetje de meest afgezaagde vergelijking allertijden, dat “amoureuze verleden” is gewoon ronduit lelijk. En “de” oorlog? Wat is “de” oorlog? Vanwaar dat lidwoord? Waarom niet liefde is als oorlog, nee het is als “de” oorlog? En van welke oorlog en welke liefde wil “iedereen” dan het fijne weten? Ik hoef niks te weten van het liefdesleven van mijn buurman, ik noem maar wat, en het “fijne” van “de” oorlog, welke oorlog dan ook, komt veelal neer op de typische menselijke neiging om zijn soortgenoten alles te misgunnen in de onuitroeibare overtuiging zelf overal het alleenrecht op te hebben. Welk fijne bedoel je, man? Welke kogel welk stel hersenen doorboorde? Wat heb je in gedachte? Behalve een spectaculaire openingszin te willen schrijven?

Op de koop toe komt de liefde/oorlog-vergelijking een aantal keer terug. Vaak genoeg om (nog meer) te irriteren, maar ook weer niet zo vaak dat het het boek een bepaald ritme of melodie zou verlenen, of het het karakter krijgt van (zelf)spot.

Te vaak ook zijn er te kort na elkaar gelijkaardig zinsconstructies, woordkeuzes, of beelden. “Ik loop als laatste het tarmac op”; “het moment dat de uitgeklapte wielen het tarmac raken” (rot op met je tarmac man); het onophoudelijk geneuzel over “Napolitaanse bodem”; dat gemekker over “de mist van het verleden”; de talrijke opmerkingen over de klank van de Italiaanse taal, over de hitte, over zweten, over andermans en eigen geuren. Afgrijselijke gedrochten van zinnen als “een kuis studentinnetje […], de vlam in haar schoot slechts bestemd voor haar ernstige, volstrekt monogame geliefde” (ook als het ironies bedoeld is, waar ik voor Dangres gemak maar even vanuit ga, blijven het misselijkmakende woorden); als “een goed geconserveerde vrouw en twee voorbeeldig uit het nest gewiekte kinderen”, of als “Ik […] bestudeer door de openstaande balkondeuren het gebloemde behang, het kraaknet opgemaakte hotelbed, de poederroze sprei, de rieten wieken van de ventilator, het eikenhouten tafeltje met een narcisgeel, gebatikt kleedje.” Ja moet nou echt elk zelfstandig naamwoord voorafgegaan worden door een bijvoeglijk? En dit alles oversausd met platitudes en open deuren en vervelende zegswijzen (“dribbelen” om het voortbewegen van kleine kinderen mee te omschrijven, daar had ik al zo’n ongelooflijke schijthekel aan toen mijn kinderen nog in de dreumes-/peuterleeftijd waren); als literator doet Dangre zo ongeveer alles wat ik niet in romans hoop aan te treffen om juist te laten waar ik wel op hoop.

En toch lees ik.
Ik lees en ik lees en ik lees en ik lees.

Hier komt de bekentenis. Ik snap die Charles. Ik snap hoe levensvormend grote (eerste?) liefdes kunnen zijn. Ik snap hoe die gevoelens aanjagen die zelden aangejaagd zijn, hoe die dingen diep binnen in je omwoelen waar nog nooit iets omgewoeld is, hoe levend het alles je doet voelen en hoe je precies dat gevoel van maximaal leven kunt blijven missen tot je dood. Grote liefdes duren namelijk nooit een leven lang, daar zijn het grote liefdes voor. Je ziet zo’n liefde niet jaar na jaar langzaamaan uitdoven terwijl je samen oud en saai wordt en je de ander op het laatst ten hoogste nog gedoogd. Nee een grote liefde spat uiteen op het moment dat het nog voller dan vol is, een groot gat achterlatend dat door niemand of niets ooit nog gevuld kan worden. Behalve door net die ene grote liefde die er niet meer is. Dus ik snap. Ik snap hoe je gaan kunt, al ging er dertig jaar lang water onder de brug door. Ik weet niet of ik zelf zou gaan, in ieder geval niet naar Napels. Klinkt wel als een beetje heel erg veel gedoe. En zo pedant, waarom Napels, waarom niet Renkum ofzo, altijd hetzelfde met die schrijvers, als het niet dat verdomde Frankrijk is dan is het wel dat even verdomde Italië, is dat nou echt allemaal vanwege Sterne, hebben we nou in bijna driehonderd jaar echt niks beters kunnen verzinnen? Maar misschien. Als ik geen kind of kraai zou hebben, geen belangrijke bezigheden, geen baan en toch genoeg geld voor de treinreis, comfortabele overnachtingen en een aantal goede diners, dan zou ik misschien ook wel gaan naar dat stomme Napels zien ja waarom niet, Napels zien en dan sterven, Goethe, waarom niet, na de achttiende eeuw zijn we klaarblijkelijk opgehouden referentiepunten aan te maken. Maar de wil er te staan, dertig jaar op te willen vreten, er zijn, nog één keer de grote liefde, ja dat snap ik.

Ik snap dat ik het snap maar ik snap niet dat het genoeg voor me is om dit boek maar te blijven lezen en lezen en lezen. Een boek dat ik eerlijk gezegd nogal slecht geschreven vind. En waarvan het misschien goed navoelbare thema opgeschroefd wordt tot wel erg dramatische hoogten. Waarom blijf ik lezen en lezen en lezen in een boek dat me op zoveel andere nivo’s zo ontzettend erg tegenstaat?

Misschien als filosofie! Dacht ik. Ineens. Ergens op eenderde van Tussenjaren. Ja. Filosofie hoeft niet goed geschreven te zijn. Of. Naja. Niet in eerste plaats toch. Puur uit stilisties oogpunt lees ik ook liever een Timothy Morton dan een Judith Butler maar van een filosoof verlang ik vooral dat ik aan het denken gezet wordt. En denkend zet Yannick Dangre me. Bijvoorbeeld over de onherhaalbaarheid van (grote) liefde. Dangre maakt dat op een moje manier inzichtelijk door de lezer mee te nemen naar de ontmoeting van Charles en Sylviane, en die van Charles en Delphine. Want de relatie met Delphine kon er alleen maar zijn doordat die met Sylviane er was geweest. “Jij bent toch die cardioloog met die verdwenen vrouw?”, zo luidde Delphines openingszin. En een liefde werd ingeluid. Maar Charles won Sylviane juist door zijn meest onvermoede kanten te tonen. Daarin zijn grote liefdes groot: het is alles wat er nog nooit was, en alles wat er nooit meer zal zijn. En daarom ook verhoudt de grote liefde zich zo problematies tot dagdagelijksheid. De teleurstelling van Sylviane als zich een leven ontvouwt met Claudia en cardioloog is begrijpelijk – er begint iets dat van dan af aan altijd zo zal zijn. “Altijd” gaat niet samen met grootsheid. Wat er altijd is, is er altijd; het grote is naar zijn aard een zeldzaamheid.

Ja. Filosofie. Ja. Denken over liefde. Dit gaat lukken. Hiermee ga ik die 208 pagina’s wel kunnen lezen. Denk ik.

Want Dangre snijdt meer aan. Ergens schrijft hij behartenswaardig over eerlijkheid, een in ieder geval in Nederland (ook daarin werkelijk weer een hol-land) en misschien wel in het gehele Westen zeer overschatte waarde. “Hoeveel moediger het is om de rest van je leven een leugen op je schouders te torsen dan om over te gaan tot een onmiddellijke, zuiverende bekentenis, die uiteindelijk niet meer is dan makkelijke zelfverlossing. Misschien is het in liefde wel grootser om de ander te verlossen van zijn of haar angst, dan jezelf van je schuldgevoel.” O god. Ja. Dangre. Ja. Die is in de roos. Mijn hele volwassen leven al heb ik zo de schurft aan “eerlijkheid” als excuus voor alles wat lomp, lelijk, egoïstisch en kwetsend is. “Ja het is toch zeker zo”, “Ik ben alleen maar eerlijk”, “Het is het beste om te weten waar je aan toe bent”, “Ja zo open en eerlijk ben ik gewoon hoor”, “Anders ben je alleen maar een leugenaar”. In oppervlakkige sociale contacten is “eerlijkheid” vaker schadelijk dan konstruktief en in liefde geldt het misschien nog wel meer. Alles van je eigen bevlekte lever af en op de schouders van de ander! Jij hebt jezelf gezuiverd met je stomme biecht, en die ander moet daar maar tegen kunnen. Als die vol kwetsuren komt te staan door wat jij eerlijkheid noemt, ja hee, dan is hij een overgevoelig watje; jij bent van alle blaam gezuiverd want jij was “eerlijk”, die zogenaamd hoogste waarde aller waarden. Dat je wellevendheid, kompassie, mededogen of gewoon naastenliefde hoger kunt achten dan die verdomde eerlijkheid komt in jullie door en door hollandse rotkoppen niet eens op.

Dangre als filosoof. Dangre als ethicus. Dit gaat lukken.

Ook als het over wrangere opvattingen gaat. Over hoe geen enkel kind ooit tippen kan aan de intensiteit van ouderliefde. Over hoe je spijt kunt hebben als je het goede gedaan hebt. Over lafheid. Of neem deze: waar in je leven sterven dromen? Op welk moment wordt het leven van iets dat vol hoop, dromen en verwachtingen zit tot iets dat voornamelijk vol herinneringen zit: al het onvergetelijke ligt op enig moment achter je. En veel ervan valt in alle redelijkheid niet meer echt te verwachten.

Dangre als psycholoog. Dangre als goeroe. Nee. Dit gaat toch niet lukken.

Ook als filosofie schiet Tussenjaren uiteindelijk tekort. Dangre geeft stof tot nadenken ja, maar veel van dat nadenken laat hij bij de lezer. Enkele moje overwegingen daargelaten, verliest de schrijver zich vooral in tegeltjeswijsheden. Of maakt hij het juist zo konkreet dat het nauwelijks nog als antwoord kan gelden. Wanneer je gedwongen wordt je dromen te vermoorden; Dangre lijkt te denken, of Sylviane in ieder geval toch (maarja Sylviane komt uit Dangres pen; buiten dit boek bestaat zij niet), dat ergens begin dertig de laatste kans ligt om aan de wurggreep van sleur en gewoonheid te ontkomen. Het zal best waar zijn dat we af moeten van de platoonse neiging tot nietszeggende abstracties en dat filosofie gebaat is bij aan de werkelijkheid ontleende duidelijkheden maar waarom er voor de jonge dertiger ineens haast is om de dreigende vertrutting te ontvluchten wordt niet onderbouwd. Noch waarom een “avontuurlijker” leven mettertijd niet evenzeer vervelen zou. Of er misschien ook een mogelijkheid is om dromen te conserveren. Mijn opa ging na zijn pensioen Russisch studeren, iets wat hij klaarblijkelijk zijn hele werkzame leven als stationschef al had willen doen. Waarom zou het hier en nu verkieselijker zijn dan het daar en straks? Daarover zwijgt Dangre, p’don, Sylviane in alle talen.

Bovendien blijkt naarmate het verhaal zich ontvouwt dat de relatie met Sylviane helemaal niet zo “kort en hevig” is als het achterplat ons wil doen geloven. Hevig wel. Maar kort? Als ik goed gelezen heb, heeft die relatie tien jaar geduurd. Echt kort kan ik dat niet noemen. Volgepropt wel. Syvliane was alkoholiste, was manisch-depressief, was de moeder van Claudia. Sylviane is een tijdlang opgenomen geweest in een kliniek, is geduldig verzorgd door Charles, vertoonde suïcidale neigingen. Ze heeft Charles allergrootste vreugde, lust en geilheid bezorgd, maar ook ontstellend veel leed. Onder die omstandigheden is het helemaal niet vreemd dat ze dertig jaar lang een rol is blijven spelen in zijn leven, ook al hoorde hij niks van haar. Elke filosofie over “eerste” of “grote liefde” zit dan voornamelijk in het hoofd van de lezer. Is het gek dat hij na dertig jaar elke minimale kans wil aangrijpen om te zien hoe het de moeder van zijn eerste kind vergaan is, de vrouw waarmee hij in tien jaar door meer stront en rozen gegaan is dan met de veel bezadigder Delphine in dertig. Dat is, nogmaals, geen filosofie. Dat is meetkunde. En daar had Charles nou eens één keer niet over hoeven liegen. Hij had het meteen, dertig jaar geleden al, kunnen vertellen. Van die afscheidsbrief. Het voorstel. Napels. En hoe hij zelf ook een niet geheel zuivere rol heeft gespeeld in Sylvianes vertrek. Want eerder in het boek wil Dangre ons nog met een kluitje in het riet sturen, het laten lijken alsof Sylviane plots weg was, Charles was gewoon Claudia uit school aan het halen, ze kwamen terug en Sylviane was er niet meer, kwam nooit meer terug, als in dat liedje van Boduf Songs, I’m going away and I’m never coming back. Claudia was nog geen drie (is kinderopvang dacht ik eerst maar die Dangre is natuurlijk een Vlaming en ik heb het even opgezocht, in België worden kinderen al vanaf 2,5 geteisterd met school). A crow looked at me. Waarom moet ik bij vaders die alleen achter blijven met peutermeisjes altijd meteen aan Phil Elverum denken? Later blijkt het wat genuanceerder te liggen. Charles had het vertrek minstens kunnen zien aankomen. Maar een beschadigende waarheid had dit niet hoeven zijn, hij heeft uiteindelijk toch het goede gedaan, en hij had ook nog wel uitgelegd kunnen krijgen dat hij in Napels wilde gaan zien wat er geworden was van degene aan wie Claudia haar dna dankt, om het zo rationeel te houden had hij wel beter een terugvlucht geboekt, dat wel. Uit filosofisch (en trouwens ook literair) oogpunt had ik het veel spannender gevonden als de liefde tussen Charles en Sylviane maar een paar maanden geduurd had, ergens op een studentenkamertje lang geleden. Als hij Charles dat dertig jaar met zich mee had gedragen, had Dangre de lezer pas echt iets ter overpeinzing gegeven.

Geen filosofie dus. Toch niet.

Ook al omdat de prangendste vraag totaal onbeantwoord blijft. Was het het waard? Ja. Was het het waard, Sylviane, om je kind aan op te offeren? Heb je dertig jaar lang een groots en meeslepend leven geleefd of heb je al die tijd alleen maar gezopen terwijl je je miserabel voelde en je alle dagen hartzeer had om Charles maar in ieder geval om Claudia? En was het het waard, Charles? Om je gezin op het spel te zetten? Voor die ene ontmoeting in Napels? Is Sylviane nog steeds zo mooi en sexy en gaan jullie de laatste twintig jaar van jullie leven alle dagen neuken en drinken en feesten en gelukkig zijn?

Maar neen.

Dat einde.

Dat ontzettend voorspelbare, lauwe, zouteloze einde waarin Dangre alles maar zo lafjes in het midden houdt.

Ik ben blijven lezen tot dat eind.

Waarom?

Geen stijl geen filosofie geen antwoorden, waarom bleef ik toch maar lezen en lezen en lezen.

Ja, Dangre doet dat geslepen. Korte hoofdstukjes, heden en verleden afwisselen, herinneringen en herinneringen binnen herinneringen, en van alles wil je weten hoe dat afloopt maar dan springt het in het volgende hoofdstuk weer terug naar een andere lijn, een eerdere lijn, een lijn waarvan je je ook al afvroeg hoe dat ging aflopen, holy shit gaat die dwaas nu echt alles aan Delphine / aan Claudia vertellen?, maar dan komt er weer zo’n dramatische episode uit zijn leven met Sylviane, holy shit ligt die nu echt met een ander in bed hoe gaat Charles daar op reageren?, en zo verder, en zo vuts, de aloude truuk van de afgrondhanger, we zijn daar toch allemaal veel te intelligent voor, daarmee laten we ons toch niet pakken?, nee jullie misschien niet maar ik wel want ik lees en ik lees en ik lees. Ik doorzie dat ik er gewoon ingeluisd word, in dat doorlezen, en toch doe ik. In weerwil van de stijl die me tegenstaat, in weerwil van het drama dat ik veel te vet aangezet vind, in weerwil van de filosofie die me er uiteindelijk geen was. In weerwil van de gedachte dat dit boek mijn allerlaagste affecten aanspreekt: een mild soort voyeurisme (krijgt die Dangre toch nog gelijk met zijn stomme openingszin en hoe ik het fijne wil weten, minstens toch van deze liefde) en een nogal goedkoop soort sentiment.

Misschien is het een film.

God ja.

Ten laatste dan: film.

Zo’n soort Italiaanse film waar Sylviane graag naar keek. Je zapt er langs, het is al over twaalven, je moet eigenlijk allang naar bed, maar je valt in zo’n stomme domme film en je blijft zitten, je neemt nog een wijntje misschien, ach nog één scene, fijne achtergrondmuziek wel, en je kijkt, stemmige kleuren, goede cameravoering, nog één scene kijk je, nog eentje maar, en dan, ineens, de aftiteling.

Zo’n film overkomt je.

Dit boek overkomt je ook. Je leest, je bent onderhouden, soms geërgerd, een enkele keer ondanks jezelf zelfs ontroerd, en dan, ineens, is het buiten alle verwachting gedaan en heb je dat hele boek gewoon uitgelezen. Het is je overkomen. Al het leven zelve, hoor ik u zeggen. Dan zeg ik Nee. Als een film. Of nog. Als een ongelukje. Een beschamend maar al bij al ook niet geheel onplezierig ongelukje.

Yannick Dangre Tussenjaren

Tussenjaren

  • Auteur: Yannick Dangre (België)
  • Soort boek: Nederlandse roman
  • Uitgever: De Bezige Bij
  • Verschijnt: 6 februari 2025
  • Omvang: 192 pagina’s
  • Uitgave: paperback / ebook / luisterboek
  • Prijs: € 22,99 / € 12,99 / € 13,99
  • Boek bestellen bij: Boekhandel / Bol

Flaptekst van de nieuwe roman van Yannick Dangre

Zal ze er zijn? Met die vraag stapt Charles de luchthaven binnen. Dertig jaar eerder is Sylviane met de noorderzon vertrokken. Het enige wat ze achterliet: een brief met een belofte om elkaar drie decennia terug te zien in Napels.

Hoewel Charles, die inmiddels een rustig bestaan met een nieuw gezin heeft opgebouwd, nooit van plan wat te gaan, de onopgeloste vragen hem te zeer. Hij vertrekt. Terwijl de Napolitaanse zon op hem inbeukt, wordt het verleden genadeloos in hem losgewoeld. Met elk naderend uur vraagt hij zich af of Sylviane op de afspraak zal zijnen waarom hij zijn gezin nooit de waarheid heeft verteld.

Tussenjaren is een roman over de vraag of je in het leven werkelijk opnieuw kunt beginnen. Het is een vertelling over liefde, schuld, ouderschap en de werking van de tijd.

Yannick Dangre (30 november 1987, Brussel) studeerde Nederlandse en Franse literatuur. Op tweeëntwintigjarige leeftijd debuteerde hij met de roman Vulkaanvrucht , die lovend onthaald werd en de Debuutprijs 2011 in de wacht sleepte. Dangre debuteerde daarna ook succesvol als dichter. Zijn bundel Meisje dat ik nog moet was genomineerd voor de C. Buddingh’-prijs en werd bekroond met de Herman De Coninckprijs.

In september 2012 verscheen zijn tweede roman Maartse kamers (Tiplijst AKO Literatuurprijs), in 2014 een tweede dichtbundel, Met terugwerkende kracht . In de roman De idioot en de tederheid uit 2016 dringt Yannick Dangre bij monde van het eigenwijze neefje Tristan diep door in zijn familietragiek. In september 2017 verscheen zijn derde dichtbundel Nacht en navel , waarin Dangre op zoek gaat naar wat de wereld en onszelf bezighoudt en hoe beide op elkaar inwerken. Begin 2025 verschijnt nieuwe roman van zijn hand verschijnen: Tussenjaren.

Bijpassende boeken en informatie

Samantha Harvey – In Orbit

Samantha Harvey In Orbit recensie en informatie over de inhoud van de Engelse roman en winnaar van de Booker Prize 2024. Op 6 februari 2025 verschijnt bij Uitgeverij De Bezige Bij de Nederlandse vertaling van de roman Orbital van de uit Engeland afkomstige schrijfster Samantha Harvey. Hier lees je informatie over de inhoud van de roman, de schrijfster en over de uitgave.

Samantha Harvey In Orbit recensie en informatie

  • “In orbit is overweldigend mooi.” (The New York Times)
  • “In deze compacte roman lijkt Harvey alle menselijkheid te vatten. Het is een ongelooflijke prestatie.” (The Observer)

Samantha Harvey In Orbit recensie van Tim Donker

Ach dit neemt gewoon een klein beetje krijgen gewend aan. Was wat ik in eerste dacht. Een zweem van (kosmologische?) (hah!) eindeloosheid maar al gauw kwamen er prachtvolle vergezichten doorheen geschemerd. “Aan boord van het station is het dinsdagochtend kwart over vier, begin oktober. Buiten is het Argentinië is het Zuid-Atlantische Oceaan is het Kaapstad is het Zimbabwe. Over haar rechterschouder fluistert de aarde de ochtend – een ragfijn kiertje vloeibaar licht. Stil glijden ze door tijdzones.” is zoon schemering van schoonheid en “Met zijn zessen in een grote metalen H die boven de aarde hangt. Ze buitelen rond, vier astronauten (Amerikaans, Japans, Brits, Italiaans) en twee kosmonauten (Russisch, Russisch); twee vrouwen, vier mannen, één ruimtestation dat uit zeventien met elkaar verbonden modules bestaat, achtentwintigduizend kilometer per uur. Zij zijn de laatste zes in een lange reeks, het is niets bijzonders meer, gewone astronauten in de achtertuin van de aarde. De fantastische, ongelooflijke achtertuin van de aarde. Ze draaien traag zwevend over de kop en botsen zachtjes, hoofd tegen heup tegen hand tegen hiel, ze draaien en draaien met de dagen. De dagen vliegen om. Ieder blijft hier een maand of negen – negen maanden dit gewichtloos zweven, negen maanden dit gezwollen hoofd, negen maanden dit hutjemutje, negen maanden dit richting aarde staren, dan weer terug naar de geduldige planeet.” is een ander, is waar het op gang begint te komen; met “het zogend gedierte […] in zijn sluwste, meest opportunistische vorm, de vuurstokers, de steenhakkers, de ijzersmelters, de bodemploegers, de godsaanbidders, de tijdzeggers, de schipzeilers, de schoenendragers, de graanhandelaars, de landontdekkers, de systeembedenkers, de muziekwevers, de liedzangers, de verfmengers, de boekbinders, de nummervreters, de pijlengooiers, de atoomobserveerders, de lichaamsversierders, de pillenslikkers, de haarklovers, de hoofdkrabbers, de verstandbezitters, de verstandverliezers, de allesjagers, de dooduitstellers, de overmaatminnaars, de overmatige minnaars, de liefdeszoekers, de liefdeblinden, de liefdemissenden, de liefdelievenden, het ding op twee benen, de mens. Boeddha kwam om zes seconden voor middernacht, een halve seconde daarna de hindoegoden, na nog een halve seconde kwam Jezus en anderhalve seconde daarna Allah. In de laatste seconde van het kosmische jaar komen de industrialisatie, het fascisme, de verbrandingsmotor, Augusto Pinochet, Nikola Tesla, Frida Kahlo, Malala Yousafzai, Alexander Hamilton, Viv Richards, Lucky Luciano, Ada Lovelace, crowdfunding, atoomsplitsing, Pluto, surrealisme, plastic, Einstein, Flo-Jo, Sitting Bull, Beatrix Potter, Indira Gandhi, Niels Bohr, Calamity Jane, Bob Dylan, het RAM-geheugen, voetbal, rauhfaser, ontvrienden, de Russisch-Japanse Oorlog, Coco Chanel, antibiotica, de Burj Khalifa, Billy Holiday, Golda Meir, Igor Stravinsky, pizza, thermosflessen, de Cuba-crisis, dertig Olympische Zomer- en vierentwintig Winterspelen, Katsushika Hokusai, Bashar Assad, Lady Gaga, Erik Satie, Muhammad Ali, de deep state, de wereldoorlogen, vliegen, cyberspace, staal, transistoren, Kosovo, theezakjes, W.B. Yeats, donkere materie, de spijkerbroek, de effectenbeurs, de Arabische Lente, Virginia Woolf, Alberto Giacometti, Usain Bolt, Johnny Cash, anticonceptie, de diepvriesmaaltijd, het springveermatras, het higgsdeeltje, bewegend beeld, het schaakspel.” is er stoom, wat een prachtig godverdomsedagenopeengodverdomsebol-achtige schrijverij daar zeg.

Maar hum. Maar ja. De eerste twee flitsen troffen mij aant ganzelijk begin vant boek; het laatstgeciteerde stuk (veruit de allerprachtigste regels in het hele boek, de ruimschootse rechtvaardiging van een uitgave als In Orbit of van literatuur als geheel eigenlijk) vond ik bijkans aan het einde. Daartussen zit een boek. Daartussen zit een heel boek ja.

En dat boek is – bij vlagen – hum, tsja… een beetje saai. Toch. Wel. Soms. Maar het is niet jij, Samantha Harvey. Het is maar de wereld die mij teneder houdt. Of. De wereld. Wat heeft de wereld er eigenlijk zaken mee. De wereld moet je daarvoor niet meebrengen. Jij bent niet nodig hier om mij laag neder te houden, ik doe dat prima helemaal alleen. Want ik wil zeggen, mijn verwachtingen voor dit boek waren ook wel een weinig te torenhoog misschien.

Waarom waren mijn verwachtingen zo torenhoog eigenlijk, weet jij dat? Ik wist toch dat het zich aan boor van een ruimtestation zou afspelen, wat heb ik met ruimte, ik was al nooit een “trekkie”, Annette was een “trekkie” en Annette was mooi Annette was lief Annette was slim Annette was begeerlijk allerwegen ik wou dat Annette goed over mij dacht en ik wou onze gemene grond uitbreiden. Er was de liefde voor de Nederlandse taal, er was de interesse in literatuur, dat deelden we, ik schreef gedichten voor haar en die hing ze aan haar muur, dat deelden we, ik liet haar het eerste Tindersticksalbum horen en op haar kamervloer zaten we daar naar te luisteren in gedempt licht, dat deelden we, misschien konden we dan ook maar dat verdomde Star Trek gaan delen dan, want zij was zo iemand, zo iemand die meende dat je alles uit die serie kon halen, dat de hele geschiedenis van de mensheid daar voorbij kwam, dat je er eindeloos over filosoferen kon, en dat wilde ik, eindeloos filosoferen met Annette, wijntje erbij, lichten gedempt, ja dat wilde ik, dus zat ik, inmiddels weer in het ouderlijk huis, want inmiddels was ze mijn buurvrouw niet meer, ik heb maar een paar maanden in die kamer gewoond, en toen moest ik eruit, en ik was miserabel want iemand zag mij niet meer graag of liever gezegd iemand had Mallorca boven mij verkozen, niet Annette maar iemand anders, en dat maakte me miserabeler nog dan miserabel en dus vatte ik het aanbod van mijn ouders om gedurende de zomermaanden op hun huis te passen met beide handen aan, en heeldurdagen zat ik daar maar in mijn dooie eentje, één avond kwam Suzanne langs en ik liet haar So tonight that I might see horen, dat album was toen geloof ik net uit, samen luisterden we naar hoe Hope Sandoval zong fade into you, strange you never knew, fade into you, i think it’s strange you never knew, ik had het liever aan iemand anders laten horen, niet Annette maar iemand die liever in Mallorca was dan in mijn armen waardoor ik miserabel was waardoor ik helemaal alleen in het huis van mijn ouders naar Star Trek zat te kijken want ik moest dat leuk gaan vinden van mijzelf, ik moest daar dingen over kunnen zeggen straks, één of andere hyperintelligente theorie aan gaan verbinden maar god wat vond ik het ongelooflijk superstrontsaai, die gasten in dat stomme ruimteschip van ze. En ik wist dat In Orbit ook gasten in een stom ruimteschip zou zijn, waarom dan toch die hooggespannen verwachtigen?

Ja. Hoe gaat dat. Tijd zit daar voor iets tussen. Tijd doet dat met dingen. Tijd legt een slangetje naar de dingen die komen gaan of misschien nooit komen gaan en pompt en pompt en pompt en voor je het weet zijn de dingen die (n)ooit komen zullen giganties & buiten alle proporsies. In Orbit was een boekentafelboek voor veel boekhandels, en ik had er hier en daar iets juichends over gelezen, en shit, misschien dacht ik wel aan Annette (meer neen das dertig jaar geleden nu), of gewoon, mensen in een ruimteschip ik heb nog nooit een roman gelezen die zich afspeelde in een ruimteschip, misschien dacht ik dat het ritualiserende, de herhalende handelingen iets met taal zou doen, met herhaling, met ritme, dat het boek zichzelf tot zingen zou brengen, wat het ook doet, uiteindelijk, aan het einde, in dat stuk dat ik hoger citeerde, misschien dacht ik er niet eens zo heel erg veel van maar ik wilde lezen en men had dat boek wel maar men ging mij dat niet geven want nee nee nee nee men ging dat lekker zelf lezen, en hoe aanlokkelijk wordt datgene dat buiten je bereik gehouden wordt? Ja dat groeit en dat groeit en dat groeit mensen. In Orbit was me bijbels geworden. De schrijver die de lezer een blik gunt op de aarde als geheel moet wel met enkele straffe eindgeldige analyses over de mensheid afkomen! Ja. Toch?

Nee.

In Orbit heeft nu & dan toch vooral iets zeikerigs. Al die bespiegelingen over aarde & ruimte & wijsheid & onbeduidendheid & grootsheid & mensdom, pagina’s en pagina’s lang, al die gedachten die in geen enkel opzicht verheffender of verbluffender zijn dan jouw gedachten of mijn gedachten of die van je collega’s of de visboer of dat mens dat altijd langskomt met dat hele span honden aan haar zij. Het zijn steeds rake gedachten, dat wel. Maar niets wat je niet zelf had kunnen bedenken. Hoe menselijke begeerte de aarde (mis)vormt (dacht ik zegt iemand zegt wie zegt Tom Engelhardt dat klimaatverandering het effectiefste massavernietigingswapen ooit bedacht is). Hoe de op aarde elkaar naar het leven staande nationaliteiten in het ruimtestation één zijn. Hoe vooruitgang iets is dat zowel mooi als schadelijk kan zijn. Hoe de mens nietig is, en tegelijk ongekend megalomaan. Naja. Zulke dingen. Je moet dat boek niet gelezen hebben om het te kunnen bedenken. En als de zes astro/kosmonauten in hun ruimtestation zien hoe een tyfoon zich ontwikkelt, en raast over de gebieden waar mensen wonen die ze kennen en misschien liefhebben, achja, dan kun je Sting al bijna horen zingen over hoe frah-zjiel we zijn hoe frah-zjiel we zijn.

Moet je dit boek lezen om de verpletterende inzichten?
Nee.
Moet je dit boek lezen om de eindeloze herhaling en hoe dat wiegen kan, en zingen?
Nee. Ja. Soms.
Waarom moet je dit boek dan lezen?

Tikveel. Misschien ben je geïnteresseerd in ruimtevaart? Ik kan nooit geloven dat er volwassenen bestaan die geïnteresseerd zijn in ruimtevaart. Net zoals ik nooit kan geloven dat er volwassenen bestaan die het stoer vinden om zoon heel lawaaiige auto te hebben, of om op een Harley Davidson te rijden. Dat een peuter onder de indruk is van een Amerikaanse aandoende sportwagen met een streep over de motorkap en het dak en een uitlaat die pwrreuh zegt dat kan ik snappen maar als je als volwassene nog steeds graag zo’n soort auto wil rijden moet je toch een IQ hebben waarmee het godsonmogelijk is om ooit je theorie te halen? Zo ook snap ik de ruimtevaartobsessie beter voor kinderen. Je ziet die maan die ver weg is maar toch goed zichtbaar, de zwarte lucht snachts en daarin die lichtende puntjes die sterren zijn, wat is daar allemaal, wat we zien en toch niet kunnen bereiken of zelfs maar bevatten, wonen daar ook levende wezens?, ja ik snap dat wel. Ik had een buurjongen die helemaal lijp was van ruimtevaartlego. Ik hield als kind ook van lego, altijd vroeg hij me of ik bij hem met zijn lego kwam spelen, maar hij had alleen maar dat stomme saje grijze rotruimtelego, altijd zei ik nee, en dan zei hij maar je vindt lego toch leuk? Maar dan ben je volwassen en dan weet je dat er meer is zo heel erg veel meer zo oneindig godganselijk veel meer dan alleen maar dat lullige aardetje en ja dat zal, hoe onaards de aarde, zo heet het ergens in In Orbit, ik las dat en ik dacht aan het Engelse “weird” dat is afgeleid van het Oudnoorse “Urth” wat “in een lus” zou betekenen maar ik hoor oer en aarde en zie de lussen die een ruimtestation beschrijft rondom een “godverdoms bol” om terug te komen op het punt waar ze eerder waren maar dat gezien vanuit een andere hoek in zijn vertrouwdheid toch vreemd is (dissociatie!), dat zal, maar het is teveel en het is te groot en hoe lang kun je interesse bewaren in het oneindige dat ons omringt, maar ze zijn er, volwassenen met een interesse in ruimtevaart, er zijn zelfs volwassenen die astronaut worden, wel, Samantha Harvey heeft zich voor In Orbit denk ik zeer goed gedocumenteerd, ze is zelfs gaan praten met NASA en ESA dus als je, echt, dingen weten wil over ruimtevaart dan kan In Orbit je vast nog wel iets leren.

Mij trof naast de overdonderend schone passages vooral de stilte. In rust. Wat tot bevriezing is gekomen. Bijvoorbeeld het liefdeloze huwelijk van één van de astronauten. Zaboedjem, ladno? Een samenzijn evenzeer gedeeld als niet gedeeld. De veel te krappe ruimten waarin te vertoeven. Gek genoeg dacht ik meermaals aan De Ontvolker. De intergalactische interpretatie, heeft iemand daaraan al ooit gedacht, Katalijne De Vuyst? Of nog. In Orbit als dystopia. Kan ook. Of een overstijgen van een visie en objectgeoriënteerd. Kan ook. Kan allemaal.

Met de kleine flitsen. Ten diepste woont de mens waar het klein is. De tyfoon raast daar waar iemand woont die gekend wordt door één der astronauten. Die ooit dook. Ergens bij een eiland. Waar een visser woonde. Die een mes verloor. Dat opgedoken werd. Door de astronaut toen duiker tot dankbaarheid van de visser. Die ook ergens woonde, ook een leven had, ook vader was, ook echtgenoot was. Je overstijgt immers altijd alleen maar datgene wat je ook bent.

Als je In Orbit ergens om zou lezen, dan daarom.

Samantha Harvey In Orbit recensie Winnaar Booker Prize 2024

In orbit

  • Auteur: Samantha Harvey (Engeland)
  • Soort boek: roman
  • Origineel: Orbital (2024)
  • Nederlandse vertaling: Kitty Pouwels
  • Uitgever: De Bezige Bij
  • Verschijnt: 6 februari 2025
  • Omvang: 192 pagina’s
  • Uitgave: paperback / ebook
  • Prijs”€ 22,99 / € 12,99
  • Winnaar Booker Prize 2024
  • Boek bestellen bij: Bol / Libris

Flaptekst van de roman In orbit de winnaar van de Booker Prize 2024

Een team astronauten verzamelt in een internationaal ruimtestation meteorologische gegevens en voert er wetenschappelijke experimenten uit. Maar meestal observeren ze. Gezamenlijk kijken ze naar de stille blauwe planeet, ze cirkelen eromheen, draaien langs continenten en door de seizoenen, ze zien gletsjers en woestijnen, de toppen van bergen en de deining van oceanen.

Hoewel ze van de wereld afgescheiden zijn, kunnen ze toch niet ontsnappen aan de constante aantrekkingskracht van de aarde. Ze ontvangen het nieuws dat de moeder van een van hen is overleden en daarmee komen de gedachten op over een terugkeer naar huis. Ze kijken toe hoe een tyfoon zich samenpakt boven de mensen van wie ze houden, en zijn vol ontzag en angst. De kwetsbaarheid van het menselijk leven vult hun gesprekken, hun angsten en hun dromen. Zo ver van de aarde hebben ze zich nog nooit zo’n onderdeel ervan gevoeld.

Samantha Harvey geboren in 1975 in Kent, Engeland, is de auteur van vijf romans en een nonfictieboek. Ze heeft onder meer op de shortlist gestaan van de Orange Prize for Fiction, The Guardian First Book Award en, in 2024, de Booker Prize. Harvey woont in Bath.

Bijpassende boeken en informatie

Femke Brockhus – Beesten die je niet mag schieten

Femke Brockhus Beesten die je niet mag schieten recensie en informatie over de inhoud van de roman. Op 6 februari 2025 verschijnt bij uitgeverij De Bezige Bij de derde roman van de Nederlandse schrijfster Femke Brockhus. Hier lees je informatie over de inhoud van het boek, de auteur en over de uitgave.

Femke Brockhus Beesten die je niet mag schieten recensie en informatie

Als er in de media een boekbespreking of recensie verschijnt van Beesten die je niet mag schieten, de nieuwe roman van Femke Brockhus, dan besteden we er op deze pagina aandacht aan.

Femke Brockhus Beesten die je niet mag schieten

Beesten die je niet mag schieten

  • Auteur: Femke Brockhus (Nederland)
  • Soort boek: Nederlandse roman
  • Uitgever: De Bezige Bij
  • Verschijnt: 6 februari 2025
  • Omvang: 232 pagina’s
  • Uitgave: gebonden boek / ebook
  • Prijs: € 22,99 / € 12,99
  • Boek bestellen bij: Bol / Libris

Flaptekst van de nieuwe roman van Femke Brockhus

Het is 20 april 1999 als er op een middelbare school in een klein Amerikaans dorp een gruwelijke misdaad wordt gepleegd. Het leven
van Molly en Paul verandert abrupt als blijkt dat hun zoon Nicholas erbij betrokken is en om het leven komt. Terwijl de dorpsbewoners,
de media en brievenschrijvers van over de hele wereld hun oordeel vellen, zijn de rouwende ouders aan hun isolement overgeleverd.

In Beesten die je niet mag schieten klinkt het relaas van een moeder die haar zoon probeert los te laten. Op bijzondere wijze vertelt
Brockhus een beklemmend verhaal over verlies, reconstructie en hallucinatie. Dit is een roman in scherven, waarin ouderschap tegen
het licht wordt gehouden en de driftige pogingen zichtbaar worden van een moeder die wil begrijpen wat ze over het hoofd heeft gezien.

Femke Brockhus is geboren in 1989. Ze studeerde Moderne Nederlandse Letterkunde en doceert creatief schrijven aan de Universiteit Leiden. In 2017 verscheen haar veelgeprezen debuutroman Laat het stil zijn. Met haar tweede roman Kleine haperende vluchten stond ze op de longlist van de Boekenbon Literatuurprijs 2023. NRC riep haar uit tot het literaire talent van 2023 en ze ontving de Victoriefonds Cultuurprijs 2024 in de categorie Letteren. In februari 2025 verschijnt de nieuwe roman Beesten die je niet mag schieten.

Bijpassende boeken en informatie