Tag archieven: Signatuur

Annette Bjergfeldt – Een gegeven nijlpaard

Annette Bjergfeldt Een gegeven nijlpaard recensie en informatie Deense roman. Op 6 juli 2021 verschijnt bij uitgeverij Signatuur de Nederlandse vertaling van Højsangen Fra Palermovej, de roman van de Deense zangeres en schrijfster Annette Bjergfeldt.

Annette Bjergfeldt Een gegeven nijlpaard recensie en informatie

Als de redactie het boek leest, kun je op de pagina de recensie en waardering vinden van de roman Een gegeven nijlpaard. Het boek is geschreven door Annette Bjergfeldt. Daarnaast zijn hier gegevens van de uitgave en bestelmogelijkheden opgenomen. Bovendien kun je op deze pagina informatie lezen over de inhoud van de roman van de Deense zangeres en schrijfster Annette Bjergfeldt.

Annette Bjergfeldt Een gegeven nijlpaard Recensie

Een gegeven nijlpaard

  • Schrijfster: Annette Bjergfeldt (Denemarken)
  • Soort boek: Deense familieroman
  • Origineel: Højsangen Fra Palermovej (2020)
  • Nederlandse vertaling: Ingrid Hilwerda, Janke Klok
  • Uitgever: Signatuur
  • Verschijnt: 6 juli 2021
  • Omvang; 400 pagina’s
  • Uitgave: paperback / ebook
  • Boek bestellen bij: Boekhandel / Bol

Flaptekst van de roman van Annette Bjergfeldt

Magnifieke en sprankelende familieroman over de jacht op de grote liefde, verlies en tweede kansen. Voor de liefhebbers van Jonas Jonasson en Fredrik Backman.

Als Esthers grootvader Hannibal in 1921 een huis op het Deense eiland Amager koopt, ziet hij een leven vol opera, kunst en grootse liefde voor zich. Maar zijn kersverse Russische vrouw Varinka, die ooit als circusartieste háár eerste geliefde in de muil van een nijlpaard zag verdwijnen, is niet zo romantisch ingesteld als hij gehoopt had. Hannibals zucht naar een artistiek en intellectueel leven springt pas weer over op zijn kleinkinderen: Filippa, die de eerste vrouwelijke kosmonaut wil worden, en de tweeling Esther en Olga die beiden voor de titel ‘artiest van de familie’ strijden. Zal het hun lukken?

Een gegeven nijlpaard is een onvergetelijke familieroman over de jacht op de grote liefde, verlies en tweede kansen.

Bijpassende boeken en informatie

Chris Kraus – De fabriek van klootzakken

Chris Kraus De fabriek van klootzakken recensie en informatie over de inhoud van deze Duitse roman. Op 7 september 2021 verschijnt bij uitgeverij Signatuur de Nederlandse vertaling van de roman Das kalte Blut van de Duitse schrijver Chris Kraus.

Chris Kraus De fabriek van klootzakken recensie en informatie

Als de redactie het boek leest, kun je op deze pagina de recensie en waardering vinden van de roman De fabriek van klootzakken. Het boek is geschreven door Chris Kraus. Daarnaast zijn hier gegevens van de uitgave en bestelmogelijkheden te vinden. Bovendien kun je op deze pagina informatie over de inhoud van de nieuwe roman van de Duitse schrijver Chris Kraus.

Chris Kraus De fabriek van klootzakken Recensie

De fabriek van klootzakken

  • Schrijver: Chris Kraus (Duitsland)
  • Soort boek: Duitse roman
  • Origineel: Das kalte Blut (2017)
  • Nederlandse vertaling: Jan-Bert Kanon
  • Uitgever: Signatuur
  • Verschijnt: 7 september 2021
  • Omvang: 672 pagina’s
  • Uitgave: paperback / ebook
  • Boek bestellen bij: Boekhandel / Bol

Flaptekst van de roman van Chris Kraus

Een indrukwekkende pageturner over twee broers en de zwarte bladzijden in de Duitse geschiedenis. Voor de liefhebbers van Jonathan Littells De Welwillenden.

De broers Hub en Koja Solm groeien op tijdens de Russische Revolutie. Wanneer de nazi’s aan de macht komen, begint hun turbulente carrière bij de SS. Daarna worden ze spion voor de jonge Bondsrepubliek. Door hun ingewikkelde relatie met Ev, die als kind in hun gezin wordt opgenomen en voor wie beide broers gevoelens hebben, komen ze tegenover elkaar te staan.

In dit wervelende en met ironie geschreven verhaal vertelt Kraus over het verval van moraliteit en de fabriek die oorlog heet en die van gewone mensen klootzakken maakt.

Bijpassende boeken en informatie

Carlos Ruiz Zafón – Stad der nevelen

Carlos Ruiz Zafón Stad der nevelen recensie en informatie laatste boek met  verhalen bij het Kerkhof der Vergeten Boeken. Op 15 juni 2021 verschijnt bij de Nederlandse vertaling van La Ciudad de Vapor, het laatste boek van de op 19 juni 2020 overleden Spaanse schrijver Carlos Ruiz Zafón.

Carlos Ruiz Zafón Stad der nevelen recensie en informatie

Als de redactie het boek leest, kun je op deze pagina de recensie en waardering vinden van Stad der nevelen. Het boek is geschreven door Carlos Ruiz Zafón. Daarnaast zijn hier gegevens van de uitgave en bestelmogelijkheden te vinden. Bovendien kun je op deze pagina informatie lezen over de inhoud van het laatste boek van de Spaanse schrijver Carlos Ruiz Zafón.

Carlos Ruiz Zafón Stad der nevelen Recensie

Stad der nevelen

Verhalen bij het Kerkhof der Vergeten Boeken

  • Schrijver: Carlos Ruiz Zafón (Spanje)
  • Soort boek: verhalen
  • Origineel: La Ciudad de Vapor (17 november 2020)
  • Nederlandse vertaling: Nelleke Geel
  • Uitgever: Signatuur
  • Verschijnt: 15 juni 2021
  • Omvang: 208 pagina’s
  • Uitgave: Gebonden Boek / Ebook

Flaptekst van het laatste boek van Carlos Ruiz Zafón

Na de voltooiing van zijn levenswerk, het vierluik ‘Het Kerkhof der Vergeten Boeken’, wilde Carlos Ruiz Zafón die wereld afsluiten met een verhalenbundel. Voor hem was dit werk zijn blijk van waardering voor zijn lezers. Nu wordt het vanwege het postume karakter ook een eerbetoon aan de auteur zelf.

Stad der nevelen is een uitbreiding van de literaire wereld uit ‘Het Kerkhof der Vergeten Boeken’. De personages, de geschiedenis van de mythische bibliotheek en de sfeer worden er verder in uitgediept. Vervloekte schrijvers, visionaire architecten, verborgen identiteiten en spookachtige gebouwen zullen ons opnieuw naar het zafóniaans universum brengen: een fascinerende plek, gehuld in duisternis en nevel.

Bijpassende boeken en informatie

Phan Que Mai Nguyen – De bergen zingen

Phan Que Mai Nguyen De bergen zingen recensie en informatie over de inhoud van de Vietnamese familieroman. Op 25 augustus 2020 verschijnt bij Uitgeverij Signatuur de Nederlandse vertaling van de roman The Mountains Sing van de Vietnamese schrijfster Phan Que Mai Nguyen. 

Phan Que Mai Nguyen De bergen zingen Recensie en Informatie

Een indrukwekkend boek over de Vietnamoorlog, waarin Nguyen Mai werd geboren en opgroeide in de nasleep daarvan. De roman vertelt het verhaal van vier generaties Tran en beslaat een tijdperk van 1900- 2017.

De hoofdpersonen in deze roman zijn Dieu Lan Tran geboren in 1920 en haar kleindochter Huong, geboren  in 1960.  Huong woont bij oma in Ha Noi waar dagelijks de bommen op hun dorp, hun huis kunnen vallen. Overal schuilputten, altijd op je hoede voor het oorlogsgeweld.

Gouden momenten om te koesteren, die de kracht gaven om door te gaan, ja zelfs tegen beter weten in

Vader en moeder vechten mee tegen de Amerikanen, andere zoons van oma zijn ook noodgedwongen vertrokken naar de oorlog. Oma en Huong maken er samen het beste van, en oma  vertelt over haar leven . Over de Franse bezetting en de Japanse overheersing, over haar eigen jeugd. Over het lot van haar ouders. Over wat een oorlog een bezetting doet met een mens, over de wreedheden waarvoor je eigenlijk geen woorden wil hebben, wil zoeken, wil vinden. Over de landhervormingen waardoor ze als kind moest vluchten. De verschrikkelijke hongersnood veroorzaakt door de Japanners en de strooptochten om eten te vinden. Het gekerm onderweg van andere lotgenoten en stervenden op zoek naar eten. Wortels van de rijstplant, gras, bladeren van bomen als die er nog niet afgegeten waren. Maar ook altijd weer kleine wondertjes die gebeurden, waardoor je toch iets te eten kreeg wanneer je het helemaal had opgegeven. Gouden momenten om te koesteren, die de kracht gaven om door te gaan, ja zelfs tegen beter weten in.

Maar gelukkig één van oma haar zes kinderen is teruggekeerd. Ngoc keert terug. Huong zo blij. Daar is haar moeder. Haar dromen over haar moeder, samen met haar in bad, samen haren borstelen, liedjes zingen, alles komt nu goed. Maar niets in minder waar. Ngoc is zwaar getraumatiseerd, een shellshock, teveel consequenties gezien van het oorlogsgeweld als arts. Maar ook zelf een abortus geregeld na een verschrikkelijke verkrachting. Moeder wil niet praten, niet eten, niet uit bed komen, heeft nachtmerries en  besluit bij een broer te gaan wonen. De broer die niets meer met oma te maken wil hebben omdat zij haar geld op de zwarte markt verdient. Dat is zo tegen de regels van de partij en hij is net carrière aan het maken binnen te partij. En dan komt oom Dat terug uit de oorlog. Zwaar gewond, zijn twee onderbenen geamputeerd. Oom Dat heeft Huong’s vader gezien onderweg naar het front. Hij heeft een vogeltje voor haar gesneden uit hout. Er is toch hoop?  En oom Dat vertelt over Agent Orange, het chemisch ontbladeringsprogramma door de Amerikanen ingezet om de guerrilla’s te pakken te krijgen.

Phan Que Mai Nguyen De bergen zingen Recensie

Nguyen vertelt deze Vietnamese familiegeschiedenis vanuit een dubbel perspectief, twee verhaallijnen. Haar manier van schrijven vind ik toegankelijk en uitnodigend en zeker ook met een soort lichtheid. Daardoor ga ik als lezer mee op de hoop op een betere toekomst, terwijl  geconfronteerd met de impact van als maar oorlog op de verschillende generaties, je daar niet voor weg kunt kijken.

Over de schoonheid van Vietnam, de kracht van de natuur en de hoop en zekerheid dat het beter wordt

Zij verhaalt van de schoonheid van haar geboorteland, over de kracht van de natuur. Is dat de basis voor de hoop en de zekerheid van de Vietnamezen dat het ooit beter gaat worden? Dat zij door decennia oorlog weten dat zij krachtig en flexibel zijn? Steun vinden in verhalen uit het verleden, hun sterke opa’s en oma’s en eerdere voorouders en zo leren/weten  dat bij de pakken neerzitten geen optie is? Dat hun prachtige land voor iedereen en hopelijk zonder oorlog, een land zal zijn waar de bergen zullen zingen? De bergen zingen is gewaardeerd met ∗∗∗∗ (uitstekend).

Recensie van Mieke Koster

De bergen zingen

  • Schrijfster: Phan Que Mai Nguyen (Vietnam, Australië)
  • Soort boek: Vietnamese roman, familieroman
  • Origineel: The Mountains Sing
  • Nederlandse vertaling: Mary Bresser
  • Uitgever: Signatuur
  • Verschijnt: 25 augustus 2020
  • Omvang; 448 pagina’s
  • Uitgave: Gebonden Boek / Ebook
  • Waardering redactie: ∗∗∗∗ (uitstekend)

Flaptekst van de roman van Phan Que Mai Nguyen

Het meeslepende verhaal van de familie Tran. Een levendig portret van vier generaties in Vietnam in de twintigste eeuw.

De jonge Huong groeit op tijdens de oorlog in Vietnam. Haar ouders en ooms hebben zich aangemeld bij het leger en vertrekken via de Ho Chi Minh-route om te vechten tegen het Amerikaanse leger. Huong blijft met haar oma achter in Hanoi. Het dagelijks leven is moeilijk, maar haar oma, geboren in 1920, vertelt Huong haar eigen levensverhaal. Over de Franse bezetting van Vietnam, de Japanse invasie, haar leven op de boerderij en hoe ze die met haar zes kinderen gedwongen moest verlaten door de landbouwhervormingen.

Samen vormen de verhalen een ontroerend, persoonlijk portret van het leven in Vietnam tijdens de twintigste eeuw, dat verhaalt over de vier generaties van deze familie, en over hoe ieder lid gevormd is door de geschiedenis van Vietnam.

Bijpassende boeken en informatie

Gerald Murnane – De vlakte

Gerald Murnane De vlakte recensie en informatie over de inhoud van deze Australische roman. Op 11 februari 2020 verschijnt bij Uitgeverij Signatuur de Nederlandse vertaling van de roman The Plains van de Australische schrijver Gerald Murnane.

Gerald Murnane De vlakte Recensie en Informatie

Recensie van: Tim Donker

En dan, lezend (zoals gewoonlijk elke avond). In het boek. Dit boek. Het boek met het blauw en het geel en het groen en het zwart. Dat ik niet zal beweren dat ik er al ver in ben; ik ben, lawwezeggûh, op éénderde ofzo. Voor mij ligt mijn aantekeningenboekje en het is leeg. Of. Naja. Leeg. Het staat mudvol met krabbels, ideeën, invallen, gedachten, overpeinzingen, bevindingen. Maar niet één ervan heeft betrekking op dit boek. Het blaadje waarop ik MURNANE schreef, in kapitalen ja, en met een forse streep eronder. Dat blaadje is nog leeg. Opmerkelijk. Toch enkele tientallen pagina’s gelezen hebben al, en nog niet één mooie zin te hebben genoteerd. Of een stilistische opvallendheid. Iets dat me had doen lachen, huiveren, peinzen. Iets dat me roepen deed “Ja, zo is het!” of “Die slag is jou, Murnane!”. Een term die ik nog eens opzoeken wil. Enkele prikkelende tegenstrijdigheden. Wat losse associaties. Niets. Wit. Leegte. Blanco. Het overkomt me niet vaak dat ik bij het lezen van een boek – of toch: bij een boek dat ik zinnens ben te bespreken – met het halverwege al in zicht – of toch: reeds voorbij halverwege halverwege – klaarblijkelijk nog niet één keer naar mijn pen heb willen grijpen.

Dit is een moeilijk boek. Maar niet omdat het een moeilijk boek is. Het bevat geen wagonladingen personages met verwarbare namen, of ingewikkelde verhaallijnen, duizelingwekkende meerlagigheden, intellectualistische intertekstuele verwijzingen, onvoorziene plotwendingen, ondoorzichtige motieven, onnavolgbare tijdssprongen, onbegrijpelijke dialogen… En een “pil” is De Vlakte ook bepaaldelijk niet. “Dun boekje.” zei de man die het me gaf. Hij woont in een flat, die man. Op het bovenste verdiep dan nog. En van dat allerbovenste verdiep kwam hij afgezakt, met het boek in zijn hand, helemaal naar dat buiten waar ik stond. “Dun boekje.” zei hij op een toon die suggereren wilde dat ik het wel zo gelezen zou hebben. Maar dat had ik niet. Geenszins. Weken. Maanden. Ofzo. Wie houdt dat bij, wie kijkt er op zijn almanack. Hou het op lang. Lang had ik nodig voor dit werkje van Gerald Murnane. Goed, dat ligt niet alleen maar aan De Vlakte zelve. Deels komt het ook door mijn leesgewoontes. Ik lees veel, en vaak. Maar nooit lang achtereen. Vroeger was dat omdat lezen me altijd weer deed willen schrijven. Maar nu ik kinderen heb, zijn zij het meestal die me mijn lezen doen afbreken. Want ze willen dat ik een broodje voor ze smeer. Of ze hebben een tekening gemaakt die ik absoluut NU moet zien. Of ze willen een spelletje met me doen. Of er moet iets uit de schuur gehaald, of van een hoge kast gepakt. Of ik moet bemiddelen in een conflict. Altijd iets dat zich lastig laat combineren met verder lezen. En dan is er nog dat andere ding. Ik lees altijd zo’n honderd boeken door elkaar.

Wat? Eh, ja. Dat is begonnen, ooit, op een dag in de herfst een jaar of dertig geleden (geef of neem een paar jaar). Ik herinner het me graag als een dag in de herfst. Ten eerste omdat dat sfeervoller is. Ten tweede omdat het een donkere dag was, die dag. Maarja. Ik woonde in die dagen in die sombere, grauwe, grijze studentenflat op het onderste verdiep en daar was het altijd donker. Geen licht viel daar naar binnen. Ik las Geschiedenis van de westerse filosofie van Betrand Russel. Het tweede boek. De katholieke filosofie. De kerkvaders. De scholastiek. Goed voor tweehonderd bladzijden. Taai. Droog. Oersaai. Maar ik wilde lezen. Weten. Snappen. Volgen. Hoe het allemaal gelopen kon zijn. Van de zonsverduisteringvoorspellende Thales tot – ja tot wat? Tot nu. Tot lawwezeggûh Foucault of Deleuze of Sloterdijk of Feyerabend of Agamben of Morton ofzo, van daar naar hier. Nee, wacht. Ik wilde de filosofie in haar geheel kunnen begrijpen. Zoals. Misschien. Je af en toe denkt dat je beter begrijpen zult hoe je vader was als je bepaalde gebeurtenissen uit zijn leven weet. Gebeurtenissen waar hij nooit over sprak, en die niet eens per se bijzonder hoeven zijn. En aww, de filosofie, de moeder van het (jouw) denken, wat kon haar geschiedenis je allemaal niet verduidelijken? Maar dan mocht je geen hoekje overslaan. Het moet zijn dat ik toen nog geloofde aan de ongecorrumpeerdheid van historici – dat ik toen nog niet dacht dat alle geschiedschrijven eo ipso een vervalsen inhoudt. Dus het tweede boek eenvoudigweg overslaan was geen optie. Je kon op een lange reis naar het zuiden toch ook niet zomaar ineens driehonderd kilometer verder zijn? (o dus ik dacht me de “geschiedenis” dus ook nog als een ontwikkeling? een rechte lijn? van A naar B? of noord naar zuid?). Maar tussentijds je kamp opslaan: ergens verwijlen, zwemmen, vissen, op je rug naar de sterren kijken en vooral: eventjes niet meer bezig zijn met Thomas van Aquino of Johannes Scotus – dát kon natuurlijk wel. Ik besloot een pauze in te lassen en een tijdje in een ander boek te lezen. Dat werd Wapenbroeders van Louis Paul Boon. Maar. Ja. En tsja.

Ja en tsja. Boontjes intense schrijfstijl kon nauwelijks gelden als een tijdelijke verlichting van de leeslast. Al na enkele bladzijden had ik dringend de behoefte aan een pauzeboek om pauze te kunnen nemen van het pauzeboek. Ik dacht dat dat derde boek TikTak van Suso DeToro was. Maar goed mogelijk dat ik dat mis heb.

Hoe ook. Mensen. Toen is het begonnen. Dan en daar. Die dag, dat kamertje, die flat. Drie boeken werden tien boeken werden vijftig boeken werden honderd boeken. Dat kan hoor. O, wat ik al niet kocht bij alle kringloopwinkels waar ik kwam, alle boekenstalletjes die ik zag, elke De Slegte die er (toen. ooit) maar was in Nederland en België, bij elk tweedehands boekwinkeltje in een tijd dat elk middelgroot dorp er nog wel één had. Natuurlijk lees ik niet in al die boeken even aktief. Het hangt er van af. Van waar ik ben, bijvoorbeeld. Er zijn bovenboeken: een nog altijd groeiende, hoge stapel op mijn nachtkast: daar zal ik eerder naar grijpen als ik in bad ga, zinnens ben de bovenwc te gebruiken of midden op de avond op bed ga liggen niet omdat ik wil slapen maar omdat ik het getetter van rtl4 of sbs6 meer dan zat ben (zoals gewoonlijk elke avond). Wil ik Engels lezen?, beschouwelijk werk?, abstracte poëzie?, absurde kortverhalen?, romans van minimaal achthonderd bladzijden? Heb ik zin in iets herfstachtigs of juist in iets dat me zomers en licht doet voelen (in beide betekenissen van dat woord)? Vervreemding? Surrealisme? Dadaïsme? Beklemming? Naargeestigheid? Woorden die me denkend zetten, woorden die me doen opveren omdat ik ze absoluut in rechtstand tot me wil nemen, woorden als oorden, of woorden die me alleen maar doen lachen? Het is nu eens in de ene hoek, dan weer in de andere gezocht.

(Mijn vrouw moet daar niet zoveel van weten, van al die boeken overal. Stapels. Op de hoek van de eettafel, op het drankencabinet, op de vloer, op het secretaire, op mijn nachtkast, op de schouw. Soms toon ik mijn goede wil en prop ik wat stapels in één of andere la. Dan vergaat de tijd zoals die dat gewoon is te doen, en dan breekt er op een dag weer een dag aan. Een dag waarop ik een boek zoek omdat ik er even iets in wil naslaan, en dan vind ik dat boek niet maar kom ik wel allerlei boeken tegen die ik ooit, weken of maanden geleden in een la had gepropt om mijn goede wil te tonen, boeken waarin ik aan het lezen was, god betere het!, niet heel aktief misschien maar toch, en dan haal ik boek naar boek weer boven tot de volgende keer dat ik me geroepen voel mijn goede wil te tonen)

En dan zwijg ik nog van de boeken waarover ik schrijven wil. De bespreekboeken (zoals deze). Sommige boeken worden bespreekboeken omdat ik me bij hoge uitzondering eens iets heb aangeschaft van nog relatief recente datum; iets waarvan ik al lezende ben gaan denken Hee! Dit zouden meer mensen moeten lezen! Doch negen keer op tien denk ik dan een dertig- of veertigtal pagina’s later alweer Nee, wacht – dit moet niemand lezen. Waarom zit ik hier zelf nog mijn zuurverdiende leestijd aan vuil te maken eigenlijk? Veruit de meeste bespreekboeken worden mij gegeven om ze te bespreken. Die krijg ik dan, bijvoorbeeld van die man die op het bovenste verdiep in ergens een flat woont. Dit boek ook. Hij kwam er mee aan, helemaal naar beneden vanaf zijn verre bovenste verdiep, hij zei Het is maar een dun boekje.

Ja. Het is maar een dun boekje. En toch duurde het lang als ellen vooraleer ik de laatste bladzijde omgeslagen had. Ja, dat met die honderd boeken en die vele vele leesstapels en die danig versnipperde leestijd helpt niet mee om snel door boeken heen te zijn nee. Mijn goesting verandert ook zo vaak. Dan ken ik een schrijfstijl na enkele tientallen pagina’s wel zo’n beetje en dan wil ik weer even een andere toon, een andere thematiek, een andere stem. Maar er zit beslist ook iets in dit boek dat maakt dat je er niet in “wegzinken” kunt. De Vlakte is alles. Maar een soepel boek is het niet.

Allereerst lijkt het niet in Murnane’s bedoeling te hebben gelegen om enige identificatie van de lezer met de hoofdpersoon gemakkelijk te maken. De “ik” blijft tot op de laatste bladzijde een vreemde. “Ik” geeft weinig prijs zodat je aan het einde niet heel veel meer over hem weet dan je wist aan het begin, of alleen al door lezing van het achterplat. Duidelijke gevoelens lijkt hij niet te hebben, we krijgen zo goed als geen informatie over zijn verleden en andere gedachten dan die te maken hebben met het onderwerp (de vlakte), komen niet of nauwelijks aan bod. Navelstaarderij is “ik” vreemd – zelfs zijn naam wordt niet genoemd (overigens krijgt niemand in het boek een naam). Wie niet toevallig een in Australië woonachtige cineast is, heeft weinig gemeen met de hoofdpersoon van DE Vlakte.

Ook het onalledaagse verhaal biedt niet direct een uitgestoken hand. “Ik” is, als gezegd, een filmmaker (een jonge filmmaker, voegt het achterplat daar nog aan toe) die een film wil maken over de vlakte van het Australische binnenland. Dan kun je als filmmaker zomaar van alles doen. Je kunt met een camera op je schouder de vlakte op gaan, en filmen tot je een ons weegt, en het materiaal vervolgens met klein budget monteren tot een min of meer “veelzeggend” of “kunstzinnig”  geheel. Je kunt avond en avond aan je tafel gaan zitten en met bloed en pijn en zweet en tranen schrijven en schrappen en schaven aan een synopsis en een scenario en een draaiboek of hoe heet dat allemaal, en je pas daarna een keer buigen over de vraag “En wat nu?”. Je kunt een stelletje gelijkgestemden om je heen verzamelen en jezelf een groep noemen en die groep een naam geven en drukker bezig gaan met manifesten schrijven dan met films maken. Je kunt tot op hoge leeftijd blijven dromen over een film en op een dag (in, uiteraard, de herfst) schouderophalend zeggen dat je er nu te oud voor bent. Maar de ikfiguur uit De Vlakte gaat naar een hotel.

In dat hotel heeft een aantal grootgrondbezitters een afgelegen lounge afgehuurd. (“if anybody wants you???” “I”LL BE IN THE LOUNGE!”). Ze verlenen audiëntie aan een hele horde kunstenaars, ambachtslieden, wetenschappers, filosofen en geloofsverspreiders (dan wel –stichters) die ondersteuning behoeven bij het ten uitvoer brengen van hun gedroomde project. De sessies duren dagen. De één na de ander verdwijnt in die lounge om zijn idee voor te leggen aan de grootgrondbezitters. De overigen hangen rond in de bar van het hotel. Ze drinken. Ze praten. Ze mijmeren maar wat voor zich uit. Ze staren in het blauwe heenin. Het duurt en het duurt. De ikfiguur wacht, denkt en drinkt. Zegt Teju Cole:  “Murnane, een genie, is een waardige erfgenaam van Beckett”, en het moet zijn dat Signatuur dacht dat Beckettfans dat zou doen brullen van enthousiasme, want ze zetten de uitspraak op het omslag (het deed mij wel brullen van enthousiasme, in zoverre had ulieden gelijk, Signatuur. maar hoeveel Beckett-fans telt Nederland eigenlijk nog?). Maar daar, op éénderde, of naja toch: reeds voorbij halverwege halverwege, leek het me nog niet erg op Beckett te lijken. Zo waren er naar Beckett-maatstaven al veel te veel bijfiguren, en sommige daarvan zeiden dan ook nog wat ook. Maar ineens dacht ik: stel je voor dat de ikfiguur nooit bij de grootgrondbezitters naar binnen geroepen wordt! Dat het hele boek zal gaan over het wachten op een audiëntie die hem uiteindelijk nooit verleend wordt! En hij gans die 158 pagina’s lang (ja het boek zelve is langer maar de rest is gevuld met een niet tot het verhaal behorende briefwisseling tussen Gerald Murnane en de eerder genoemde Teju Cole) alleen maar in de bar van een hotel zal zitten te zitten! Wow! Ja, dat zou behoorlijk beckettiaans zijn ja, en behoorlijk geniaal ook. Geniaal!, ik dacht ja, en schreef het misschien ook nog wel ergens op die angstvallig lege bladzijde in mijn aantekeningenboekje – zodat daar nu één woord stond. Geniaal. En verder niets. Maar dan wordt hij toch tegen zijn verwachting in (of minstens toch tegen de mijne) naar binnen geroepen en kan er zoiets als een “verhaal” in gang komen (en het is altijd oppassen als verhalen in gang komen want niet zelden is het dáár waar het mis gaat).

De scène die dan volgt is even bizar als grappig. Zes landeigenaren ontvangen de ikfiguur, een zevende ligt te slapen op een veldbed in de hoek. De drank heeft rijkelijk gevloeid, zoveel is duidelijk (en zal ook rijkelijk blijven vloeien). In een toneelmatig weergegeven gesprek praten alle zes in eerste instantie volkomen langs elkaar heen. Iedereen houdt het bij zijn eigen obsessies. Later raakt het gesprek meer geïntegreerd; als een dissonant koor dat zich naar een harmonieus refrein toezingt. Niettemin blijft ieder zijn hoogstpersoonlijke accenten leggen. Veel ruimte om zijn idee te presenteren krijgt de ikfiguur niet. Pas als de zevende man opstaat van het bed en zich in het gesprek mengt, kan de ikfiguur gaan praten. En hoewel de zevende landeigenaar veel van wat de ikfiguur zegt schandalig vindt, neemt hij hem toch in dienst: “Ik kon zolang te gast zijn als ik wilde blijven. Maar het zou beter zijn als ik op een mij passend moment een betrekking in zijn huishouden zou aanvaarden. Een naam voor die betrekking kon ik zelf kiezen. Hij stelde ‘directeur filmprojecten’ voor, maar hij verwachtte wel dat ik me daar nog eens voor zou gaan schamen. Mijn salaris zou elk redelijk bedrag inhouden boven de kosten die het uitoefenen van mijn taken eiste. Natuurlijk zou er geen formele lijst van taken zijn om mijn werkterrein te beperken.”

Let op. Het is goed mogelijk dat het mogelijk is & het kan zijn dat het kan zijn. Dat dit misschien mogelijkerwijs allicht (bijwoorden van twijfel) aan de orde van de dag is, daar in dat verre Australië met zijn vlaktes zijn kangoeroes zijn hitte zijn sluitneder zijn razzia’s. Dat grootgrondbezitters alle dagen een volmaakte vreemde voor onbepaalde tijd in hun huis opnemen om tegen een onduidelijk loon niet welomschreven werkzaamheden te verrichten. Maar ik lees dit niet daar in dat verre Australië, ik lees dit in het al te nabije Nederland. Waar de herfst meedogenloos is ingetreden, Rutte, Grapperhaus en De Jonge veel te veel macht gekregen hebben en angst en middelmaat regeren. En de “plot” (zo het er al één is) van De Vlakte komt mij lichtelijk bizar voor, zij het ook weer niet zó bizar dat je van absurdisme, groteske, surrealisme of voor mijn part in gilsiaanse terminologie gevat “paraproza” (“transludiek”, hee) kunt spreken. Te buitengewoon om gewoon te zijn, deze Murnane maar te gewoon om buitengewoon te kunnen zijn. Zoiets. Binnen zijn ongebruikelijkheid blijft De Vlakte steeds realistisch, soms zelfs op het gortdroge af. Wat dan wel weer passend is bij het vlakke Australische binnenland.

Bizar realisme. Bestaat dat? “Bialisme”. (hee!). Mag ik die term dan munten, mensen? Ze lijkt goed van toepassing te zijn op De Vlakte. Het bizar realisme (of toch maar bialisme?) is één van de redenen waarom ik slecht toegang vind tot dit boek. Eénmaal wonend op het landgoed van zijn broodheer (de ikfiguur verwijst naar hem als “mijn beschermheer”) is er van enig beperkt werkterrein zeer zeker geen sprake; het is me eigenlijk volslagen onduidelijk wat “ik” nu alle dagen zit te doen, daar. In plaats van aktief aan zoiets als een film te werken (hoe men dat dan ook doet, aktief aan een film werken), zit hij meestentijds in één van de vele bibliotheken die het landgoed rijk is. Bibliotheken die tot de nokken toe gevuld zijn met kunst, proza, poëzie van en over de vlakte. Daarover zit hij dan te peinzen. Over de vlakte en over wat anderen zoal gepeinsd hebben over de vlakte.

Zulks is moeilijk inkomen ik zei, en zeg nu opnieuw. Iemand wordt volledig voorzien in zijn levensonderhoud in ruil voor gepeins dat zonder fysieke weerslag blijft. Naar vorderingen van het een of andere project wordt nooit gevraagd. Maar goed, leven in abnormale levensomstandigheden is überliterair en elke toetsing aan de realiteit is voor beperkten. Bovendien is voor iedereen die creërend bezig is, het niet totaal onherkenbaar om veel meer bezig te zijn met het denken over, en dan het denken over denken, en dan het verloren lopen in één of andere zijweg van iets dat maar zijdelings te maken had met iets zijdelings van waar het ooit om begonnen was, dan met het werkelijke “creëren” (wat dat dan ook is). Maar “ik” peinst over de vlakte, over de kunst van de vlakte, de religie van de vlakte, de filosofie van de vlakte, de proza en de poëzie van de vlakte, en over wat grootgrondbezitters (kennelijk de grote voorvechters van de vlaktecultuur?) zoal al of niet gevonden hebben van al dat de vlakte aan materiaal heeft opgeleverd, over bepaalde stromingen en substromingen in het denken over (de cultuur van) de vlakte, over hoe dit denken zich ontwikkeld heeft en de “biarealistische” aard van al deze bespiegelingen maken vele tientallen bladzijden van De Vlakte tot taaie kost. Weeral is het goed mogelijk dat het mogelijk is: dat er dus zo’n grootse cultuur bestaat van en over het Australische binnenland, maar als ik het binnen mijn verstaanshorizon tracht te trekken en er bijvoorbeeld Drenthe van maakt krijgt het weeral absurde (maar niet: absurdistische) trekken.

Omdat “ik” voornamelijk over anderen denkt: over een andere cultuur (“ik” lijkt van origine geen vlaktebewoner te zijn) en over wat anderen over die andere cultuur gedacht en gezegd hebben, krijgt hij zelf ook gedurende het verhaal nauwelijks vorm. Dat maakt het lastig met hem te sympathiseren, of zelfs maar hem te begrijpen. Omdat hij nooit op zichzelf reflecteert, komen ook zijn toch al spaarzame handelingen nogal eens uit de lucht vallen. Zo is er een scéne waarin hij maar weer eens tussen de boeken verscholen zit in de bibliotheek en door een raam de dochter van zijn beschermheer ziet lopen. Ze staat stil en kijkt omhoog. Ineens gaat “ik” meubels verslepen en op elkaar zetten. Na enige regels heeft de lezer dat hij dit doet om een manshoge “pop” van zichzelf te maken, op ware grootte. En als hij dan naar buiten gaat, naar de plek waar de dochter van zijn beschermheer stond toen ze omhoog keek, begrijp je dat hij dit gedaan heeft omdat hij wilde weten of en hoe ze hem gezien heeft toen ze daar stond (doch nog niet waarom hij dat zo gaarne weten wil). Maar omdat “ik” nooit in zinnen denkt als “Ik vroeg me af of ze me gezien kon hebben” of “Ik besloot een replica van mezelf te maken om me vanuit haar standpunt te kunnen zien”, wekken zijn handelingen in eerste instantie alleen maar vervreemding op bij de lezer. En toch krijg ik niet de indruk dat Murnane op vervreemding uit is. Waardoor ik de scéne nogmaals wil lezen, nu zonder vervreemding, nu ik weet wat ik eerst niet wist.

En nu net dat. Net dat, beste mensen beste lezers van dit stukje. Net dat is wat het is: Murnane is me altijd één stap voor. Of één stap. Een hele hoop stappen eigenlijk, en ik snel hem achterna en kijk om omdat ik wil zien waar we gelopen hebben en pas dan zie ik dat het best een mooie weg was en wil ik hem nog een keertje gaan. De Vlakte is een herleesboek maar voor iemand die altijd zo’n honderd boeken tegelijk leest, is herlezen van boeken geen evidentie. Plus daarbij, diene mens die op het bovenste verdiep in die flat woont, heeft me uitdrukkelijk gevraagd het boek terug te geven. Dus moet ik het bij deze ene lezing van De Vlakte houden en Murnane heeft het me uiterst lastig gemaakt om er een of ander duidelijk “iets” van te peinzen. Murnane schrijft niet naar me toe. Ik voel niet mee met de ik in dit verhaal. Voelen is sowieso al van ondergeschikt belang in De Vlakte. De vrouw van de beschermheer zit wel eens bij “ik” in één van de bibliotheken en uit een paar regeltjes blijkt dat “ik” haar best heel sympathiek vindt maar ook die gevoelens zijn tamelijk onnavolgbaar en spelen bovendien enkele bladzijden verderop al geen enkele rol meer. Steeds als ik denk aan te voelen welke kant het op zal gaan (eerst dacht ik dat “ik” nooit bij de grootgrondbezitters zou ontboden worden, toen dacht ik dat de dochter van “iks” beschermheer een rol zou krijgen in het verloop, en daarna de vrouw), gaat het een andere (of juist geen enkele) kant op. Alzo gaan ook veel van Murnanes zinnen. Hij componeert graag lange zinnen waarvan het slecht voorspellen is waar we zijn zullen als de punt wordt gezet. Zinnen die nopen tot herlezen. Ook al. Want wat zegt hij nou eigenlijk? Ontkent hij de ontkenning of bevestigt hij de bevestiging? Wat was ook alweer het begin van deze zin? Ik heb geloof ik even niet opgelet.

Tot slot ook het slot. Ook het slot is niet zoals ik slotten dacht te kennen. En ik vind niet eens dat een slot een slot moet zijn, of wat dan ook. Toch neemt mijn ruimdenkendheid ten aanzien van slotten een klein, licht-knagend gevoel van onbevredigdheid bij dit specifieke slot niet helemaal weg. Noem het wrevel. Of zeg verwarring. Mogelijkerwijs zit mijn onbekendheid met Australische literatuur en/of cultuur hier voor een deel tussen? Het Australische denken? Ik had ooit een Australische vriendin, en nu ik eraan denk: haar begreep ik eigenlijk ook nooit helemaal.

Dit is literatuur die niet reproduceert, maar op zichzelf staat: een “konkreet proza” zo men wil (wie weet Sybren Polet nog?). Een puur fictioneel schrijven: van het hoofd van de schrijver naar het hoofd van de lezer zonder dat het iets van een tussenruimte weerspiegelen wil. Hierom prijs ik Murnane. Hij heeft geen rijdende trein geschapen, waar je maar op te springen hebt maar een boek dat je slechts aanvaarden of verwerpen kunt. In deze volstrekte compromisloosheid herken ik inderdaad de geest van Beckett. Ik zie niet Becketts taalwoede, niet zijn duisternis, niet zijn absurdisme, niet zijn humor. In de hermetiek van de vlaktefilosofieën kan ik nog wel de Beckett van zijn betogende teksten herkennen (maar die Beckett moet ik niet zo eigenlijk, al een geluk dat hij nog zo weinig betogende teksten heeft geschreven anders had ik me als completist nog meer dat mij niet lief is moeten aanschaffen dan mij lief is) (?) (of ja, misschien ook wel de hele vroege Beckett, die nog joyceiaans was tot op het bot, de Beckett van Droom van matig tot mooie vrouwen, misschien dat iets van die Beckett ook nog wel rondwaart in De Vlakte) (maar ook die Beckett is best vervelend eigenlijk) (en de Beckett van de wat overschatte trilogie is ook nog niet helemaal wat hij waard kan zijn) (hmm, eigenlijk heb je met Watt wel de essentiële Beckett in huis) (en Hoe het is) (en wat van die losse, dunne boekjes, hoe heten ze allemaal). Maar waar zat ik? Wel, hoe alles opgeofferd wordt aan een totale eigenzinnigheid dat is voorzekers wel beckettiaans (of is het beckettesk?) ja en het is dan ook vandaar dat ik wel meer zou willen lezen van Murnane.

Gerald Murnane De vlakte Recensie001Boek-Bestellen

Muziekliefhebbers spreken wel over een “instapplaat”. Dat is me wat, mensen, zo’n instapplaat. Het is dé plaat die je heeft doen interesseren in een band of artist om vandaaruit kennis te maken met de rest van het oeuvre. Voorwaarde is dan wel dat er een verder oeuvre te ontdekken valt; bands of artisten die het bij een plaat of drie hebben gelaten, kunnen uiteraard geen instapplaat hebben. Homesickness is één van de allerbeste platen ooit gemaakt en o! dat ware een geweldige instapplaat geweest, maarja: You Fantastic! maakte alleen maar die ene vollelengte cd en dan nog twee ep’tjes (waarvan één fantastisch en één ronduit zwak is). De vonk moet ook niet uitdoven vooraleer je het geld of de tijd gehad hebt om je in dat verdere oeuvre te verliezen, zoals mij gebeurde toen ik Golden Sings That Have Been Sung van Ryley Walker hoorde wat ik toen echt een bloedmooie plaat vond. Maar ik hoorde andere liedjes van andere platen en geen enkel liedje leek me aantrekkelijk genoeg om de plaat waar het op stond in aanschaf te doen en toen ik laatst Golden Sings… weer eens draaide, vond ik er eigenlijk niet zoveel meer aan. Een instapplaat kan de debuutplaat zijn maar dat hoeft niet. Al is het meestal wel zo dat het hoogtepunt te vinden is bij het vroege werk. Weinig bands of artisten beginnen pas bij hun tiende plaat interessant te worden. Ten beste weten ze een redelijk geluid te consolideren, en ook daar begint het niet zelden ten lange laatste oninteressant te worden. Zo kan ik me niet meer heugen wanneer het me nog enthousiasmeerde als de nieuwe Swans er was.

Enfin. Ik vraag me af of De Vlakte een handig gekozen instapboek voor het oeuvre van Murnane is. De man schreef al zo’n vijftien boeken, en niet eerder werd er een boek van hem in het Nederlands vertaald. Waarom gekozen voor een boek uit het hele begin van zijn oeuvre, zijn derde boek, een boek dat hij zelf rekent tot een fase die hij inmiddels achter zich gelaten heeft? In de briefwisseling tussen Teju Cole en Gerald Murnane die nota bene achter in dit boek is opgenomen, stelt Murnane dat zijn schrijfstijl zich heeft moeten ontwikkelen in de eerste tien jaar van zijn schrijversbestaan. Daarbij noemt hij De Vlakte zelfs met name: “Hoewel ik trots ben op Tamarisk Row, A Lifetime on Clouds en De Vlakte, kan ik die boeken nooit opnieuw doornemen zonder dat ik er iets in wil verbeteren. Ik denk dat ik, toen ik die boeken schreef, er nog te zeer op gebrand was om de precieze, de meest passende woorden of zinssneden te vinden, alsof bepaalde woorden of woordcombinaties rijker en krachtiger waren dan andere.” (wat misschien het zo cognitieve aspect van dit boek verklaart).

Ook voordat ik Murnanes woorden over De Vlakte had gelezen, proefde dit boek al als niet nog geheel gerijpt. In veel gevallen kan dit tot voordeel strekken. Als ik hierboven zei: bij musici gaat het nogal eens mis als ze volgens critici “hun sound hebben gevonden” want dan begint negen keer op tien het middelmatige, het inwisselbare, het bloedeloze. Ook bij schrijvers kan dit fenomeen op de loer liggen. Jong, onbekend, nog zonder publiek leggen ze een durf en experimenteerdrang aan de dag die in hun latere werk langzaamaan verdwijnt. Maar bij Murnane zou dit –schat ik zo in- nog wel eens andersom kunnen zijn. Misschien is hij wel die schrijver die toen hij jong was nog dacht dat hij / het schrijven aan van alles diende te voldoen, een ballast die hij bij het klimmen der jaren pas overboord wist te gooien? Ik weet het niet want hoewel ik ook zeer veel Engelstalig lees, is dit voor mij ook pas de eerste kennismaking met de Australiër. Ik raad maar zo’n beetje naar de ontwikkeling in Murnanes schriftuur; een raden dat ik doe op grond van het gegeven dat De Vlakte me intrigeerde zonder me helemaal te overtuigen. Ik kan me best voorstellen dat Gerald Murnane in de loop van komende jaren gaat uitgroeien tot één van mijn lievelingsschrijvers. Ik kan me ook voorstellen dat dat voornamelijk zal zijn vanwege elementen die in De Vlakte nog niet of nauwelijks aanwezig zijn. Dat het me over een jaar of vijftien nog zal verbijsteren dat De Vlakte mijn instapboek was.

De vlakte

    • Schrijver: Gerald Murnane (Australië)
    • Soort boek: Australische roman
    • Origineel: The Plains (1982)
    • Nederlandse vertaling: Sander Grasman, Thijs van Nimwegen
    • Uitgever: Signatuur
    • Verschijnt: 11 februari 2020
    • Omvang: 160 pagina’s
    • Uitgave: Paperback / Ebook
    • Recensie van: Tim Donker

Flaptekst van de roman van Gerald Murnane

Speels en dromerig meesterwerk, waarin een man op de Australische vlakte arriveert in de hoop een film te maken over de vreemde cultuur van de bewoners.

Gerald Murnane is tachtig, schreef zo’n vijftien boeken, The New York Times noemde hem “de grootste auteur in het Engelse taalgebied’ en hij lijkt een gedoodverfde Nobelprijswinnaar. Toch hebben veel mensen nog nooit van de Australiër gehoord. Misschien komt dat doordat Murnane in het gehucht Goroke woont, omringd door stapels archieven van zijn eigen schrijfsels. Hij heeft nog nooit in een vliegtuig gezeten, heeft geen tv en geen computer: hij schrijft met één vinger op zijn typemachine. Als hij niet schrijft, staat hij achter de bar van de lokale golfclub.

Zijn roman De vlakte, die in 1982 verscheen, geldt in kleine kring al als een meesterwerk. Nu wordt het hoog tijd dat zijn werk het grote publiek bereikt. Met De vlakte debuteert Murnane op spectaculaire wijze in het Nederlands taalgebied.

In deze roman arriveert een jongeman op de Australische vlakte in de hoop een film te kunnen maken over de vreemde, maar rijke cultuur van haar bewoners. Het resultaat is een minutieuze verkenning van het vlakke Australische binnenland en zijn landeigenaren.

Bijpassende Boeken en Informatie

Stephan Abarbanell – Het licht van die dagen

Stephan Abarbanell Het licht van die dagen recensie en informatie over de inhoud van de nieuwe Duitse roman. Op 16 juni 2020 verschijnt bij Uitgeverij Signatuur de Nederlandse vertaling van de roman Das Licht jener Tage van de Duitse schrijver Stephan Abarbanell. 

Stephan Abarbanell Het licht van die dagen Recensie en Informatie

Dat Libanon een bewogen geschiedenis heeft van politieke onrust en oorlogen is misschien wel meer dan ooit duidelijk geworden na de verwoestende ontploffing van opgeslagen ammoniumnitraat op 4 augustus 2020. Grote delen van de stad en haven zijn met de grond gelijk gemaakt en vele tienduizenden mensen hebben huis en haard verloren.

De Duitse schrijver met Libanese wortels, Stephan Abarbabell richt zich in zijn roman Het licht van die dagen op een andere bewogen periode in Libanon ten tijde van de oorlog aan het begin van de tachtiger jaren.

Stephan Abarbanell Het licht van die dagen Recensie

De Amerikaanse medisch onderzoeker Robert Landauer is in grote problemen geraakt nadat een van de medicijnen gevaarlijk blijkt te zijn. Landauer laat Amerika achter zicht en probeert een nieuwe carrière op te bouwen in Berlijn.

In de stad helpt hij een flauwgevallen jonge vrouw. Dit brengt hem in contact met haar vader Fouad Tamimi, een succesvolle Libanese ondernemer. Hij zegt Landauers leven te hebben gered tijdens de oorlog in 1982. In dezelfde periode is Tamimi zijn grote liefde Sahira in de periode van het bloedbad in de Palestijnse vluchtelingenkampen kwijtgeraakt. Tamimi heeft een vermoeden dat Sahira nog in leven is en vraagt Landauer naar haar op zoek te gaan.

Geslaagde roman over een heftige periode in de Libanese geschiedenis

Landauer besluit op zoek te gaan in Libanon. De zoektocht blijkt levensgevaarlijk. Bovendien confronteert de reis hem met zijn eigen bewogen verleden in Libanon. Stephan Abarbanell schets in zijn nieuwe roman een geslaagd beeld van een heftige periode in de Libanese geschiedenis en van de stad Beiroet en het land voor de allesverwoestende klap in augustus 2020. Hij heeft bovendien in de roman zijn persoonlijke ervaringen verwerkt zonder dat het perse een autobiografisch boek is. De roman is gewaardeerd met ∗∗∗ (zeer goed).

Het licht van die dagen

  • Schrijver: Stephan Abarbanell (Duitsland)
  • Soort boek: Duitse roman, psychologische roman
  • Origineel: Das Licht jener Tage (2019)
  • Nederlandse vertaling: Marcel Misset
  • Uitgever: Signatuur
  • Verschijnt: 16 juni 2020
  • Omvang: 352 pagina’s
  • Uitgave: Paperback / Ebook
  • Waardering redactie: ∗∗∗ (zeer goed)

Flaptekst nieuwe roman van Stephan Abarbanell

Een oude schuld, een verloren liefde, een verscheurd land. Een spannende, intrigerende roman over hoe het verleden ons tekent.

Een kibboets nabij de Israëlisch-Libanese grens, 1982. Bij een raketaanval redt een vreemdeling het leven van de jonge Duitse arts Robert Landauer. Dat moment bepaalt onverwachts hun beider toekomst. Meer dan dertig jaar later ontmoeten de mannen elkaar opnieuw in Berlijn en zijn redder van toen vraagt Landauer om een gunst: hij moet hem helpen een vrouw te vinden wier sporen in Beiroet verloren zijn gegaan tijdens de oorlog in Libanon. Landauer vertrekt en zijn reis naar het Midden-Oosten wordt een reis naar zijn eigen verleden.

Een oude schuld, een verloren liefde en een verscheurd land. Het licht van die dagen is een spannende, intrigerende roman over hoe het verleden ons tekent.

Bijpassende boeken en informatie

Lola Randl – De grote tuin

Lola Randl De grote tuin recensie en informatie over de inhoud van de nieuwe Duitse roman. Op 8 september 2020 verschijnt bij Uitgeverij Signatuur de Nederlandse vertaling van de autobiografische roman Der große Garten, geschreven door de Duitse schrijfster Lola Randl.

Lola Randl De grote tuin Recensie en Informatie

Als de redactie het boek gelezen heeft, kun je op de pagina de recensie en waardering vinden van de autobiografische roman De grote tuin. Het boek is geschreven door Lola Randl. Daarnaast zijn hier gegevens van de uitgave en bestelmogelijkheden opgenomen. Bovendien kun je op deze pagina informatie lezen over de inhoud van de nieuwe roman van de Duitse schrijfster Lola Randl.

Lola Randl De grote tuin Recensie

De grote tuin

  • Schrijfster: Lola Randl (Duitsland)
  • Soort boek: autobiografische roman, Duitse roman
  • Origineel: Der große Garten (2019)
  • Nederlandse vertaling: Goverdien Hauth-Grubben
  • Uitgever: Signatuur
  • Verschijnt: 8 september 2020
  • Omvang: 416 pagina’s
  • Uitgave: Paperback / Ebook / Luisterboek

Flaptekst van de roman van Lola Randl

Grappige roman over een vrouw die van de stad naar het platteland verhuist en zich verwondert over haar medemens in de natuur.

Op een dag besluit filmmaker Lola Randl het drukke leven in Berlijn de rug toe te keren en een tuin aan te leggen in de regio Brandenburg, de dunst bevolkte regio van West-Europa. Daar houdt ze zich bezig met zaaitijden, bodemkwaliteit, ongedierte, onkruid, snoeien en het schrijven van een tuinencyclopedie.

Maar een eenvoudiger leven in de natuur is zo makkelijk nog niet. Haar moeder kijkt haar constant op haar niet zo groene vingers en haar minnaar aan de overkant behoeft ook aandacht. Terwijl Randl de stad naar het dorp brengt en langzaam begrijpt dat je niet voor jezelf weg kunt lopen, begint haar tuin net zo kleurrijk te worden als het leven in het dorp.

Bijpassende boeken en informatie

Gerald Murnane – Grensgebieden

Gerald Murnane Grensgebieden recensie en informatie over de inhoud van deze Australische roman. Op 9 februari 2021 verschijnt bij Uitgeverij Signatuur de Nederlandse vertaling van de roman Border Districts van de Australische schrijver Gerald Murnane.

Gerald Murnane Grensgebieden Recensie en Informatie

Als de redactie het boek gelezen heeft, kun je op de pagina de recensie en waardering vinden van de roman Grensgebieden. Het boek is geschreven door Gerald Murnane. Daarnaast zijn hier gegevens van de uitgave en bestelmogelijkheden opgenomen. Bovendien kun je op deze pagina informatie lezen over de inhoud van deze roman uit 2017 van de Australische schrijver Gerald Murnane.

Gerald Murnane Grensgebieden Recensie

Grensgebieden

Flaptekst van de roman van Gerald Murnane

Een man verhuist van de grote stad naar een afgelegen plaats, nabij een niet nader omschreven grens in een niet nader genoemd land. Daar is hij van plan de laatste jaren van zijn leven door te brengen. Het is tijd om terug te blikken op zijn leven, om de verzameling van een leven lang observeren te overzien.

Welke beelden, zinsfragmenten, personages en mensen zijn in zijn geest blijven hangen? Wat bevindt zich in de marge van zijn blikveld, van zijn geheugen? In Grensgebieden neemt Murnane je in een wonderlijke vertelling mee langs deze beelden.

Bijpassende boeken en informatie

Gerald Murnane De vlakte RecensieGerald Murnane (Australië) – De vlakte
Australische roman
Uitgever: Signatuur
Verschijnt: 11 februari 2020

Jonas Jonasson – Zoete zoete wraak BV

Jonas Jonasson Zoete zoete wraak BV recensie en informatie over de inhoud van de nieuwe Zweedse roman. Op 15 september 2020 verschijnt bij Uitgeverij Signatuur de Nederlandse vertaling van de roman Hämnden är ljuv kk, geschreven door de Zweedse schrijver Jonas Jonasson.

Jonas Jonasson Zoete zoete wraak BV Recensie en Informatie

Als de redactie het boek gelezen heeft, kun je op de pagina de recensie en waardering vinden van de roman Zoete zoete wraak BV. Het boek is geschreven door Jonas Jonasson Daarnaast zijn hier gegevens van de uitgave en bestelmogelijkheden opgenomen. Bovendien kun je op deze pagina informatie lezen over de inhoud van de nieuwe roman van de Zweedse schrijver Jonas Jonasson.

Jonas Jonasson Zoete zoete wraak BV Recensie

Zoete zoete wraak BV

  • Schrijver: Jonas Jonasson (Zweden)
  • Soort boek: Zweedse roman
  • Origineel: Hämnden är ljuv kk (2020)
  • Nederlandse vertaling: Corry van Bree
  • Uitgever: Signatuur
  • Verschijnt: 15 september 2020
  • Omvang: 320 pagina’s
  • Uitgave: Paperback / Ebook / Luisterboek

Flaptekst van de nieuwe roman van Jonas Jonasson

Het zorgvuldig opgebouwde leven van Victor Alderheim, een uitgekookte en succesvolle kunsthandelaar uit Stockholm, wordt op een dag volledig overhoop gegooid als hij te horen krijgt dat hij de vader van de zestienjarige Kevin is en voor hem moet zorgen. Victor was juist van plan om Jenny, de dochter van een galeriehouder, te trouwen – en weer te scheiden – om haar erfenis binnen te halen. In dat plaatje past geen buitenechtelijk kind en dus bedenkt hij een plan om van Kevin af te komen in de rimboe van Afrika als de jongen achttien wordt. Maar dat plan mislukt faliekant. Kevin wordt liefdevol door een medicijnman in zijn Masai-stam opgenomen.

Vijf jaar later keert Kevin terug naar Zweden. Daar ontmoet hij Jenny, inmiddels Victors ex-vrouw. Allebei afgedankt bundelen ze hun krachten samen met het bedrijf Zoete Zoete Wraak bv om zich te wreken op de man die hun leven verwoest heeft.

Bijpassende boeken en informatie

Bianca Pitzorno – De stof in haar handen

Bianca Pitzorno De stof in haar handen recensie en informatie over de inhoud van de nieuwe Italiaanse roman. Op 7 juli 2020 verschijnt bij Uitgeverij Signatuur de Nederlandse vertaling van de roman Il sogno della machina da cucire, geschreven door de Italiaanse schrijfster Bianca Pitzorno.

Bianca Pitzorno De stof in haar handen Recensie en Informatie

Als de redactie het boek gelezen heeft, kun je op de pagina de recensie en waardering vinden van de roman De stof in haar handen. Het boek is geschreven door Bianca Pitzorno. Daarnaast zijn hier gegevens van de uitgave en bestelmogelijkheden opgenomen. Bovendien kun je op deze pagina informatie lezen over de inhoud van de nieuwe roman van de Italiaanse schrijfster Bianca Pitzorno.

De stof in haar handen is de in 2020 uitgekomen Nederlandse vertaling van een roman van de bekende Italiaanse schrijfster Bianca Pitzorino. De schrijfster schreef meer dan 50 boeken, voornamelijk voor kinderen.

Pitzorino schreef met De stof in haar handen een meevoerend historisch verhaal wat zich afspeelt op Sardinië aan het begin van de 20ste eeuw. Een verhaal over vrouwenemancipatie – niet de grote, schreeuwerige variant, maar de kleine dagelijks-leven variant.

Het verhaal gaat over een jong meisje dat al vroeg wees is geworden, door de cholera-epidemie. Ze wordt opgevoed door haar oma, die analfabeet is. Oma is een goede naaister, al is ze zeer bescheiden. Ze leert haar kleindochter alle kneepjes van het vak, om daarmee haar kansen op een zelfstandig leven als vrouw te vergroten.

Het jonge meisje vindt wegen om te leren lezen en schrijven en na de dood van oma neemt ze diens werk om kleding te verstellen bij de rijken over. Op die manier leert ze markiezin Esther kiezen en de Amerikaanse Lily Rose, beiden zeer geëmancipeerde vrouwen die hun eigen plan volgen. Door hen ziet de jonge vrouw met eigen ogen, dat er wel degelijk mogelijkheden zijn voor vrouwen om een zelfstandig leven te leiden en hun dromen waar te maken.

Bianca Pitzorno De stof in haar handen Recensie

We leven helemaal mee met de jonge vrouw, doordat de hele roma in de ik-vorm wordt verteld. We beleven haar verliefdheid op een jongeman uit een andere klasse en maken van dichtbij mee, hoezeer het standenverschil voor problemen zorgt in haar leven.

Prachtige, invoelende en subtiel feministische Italiaanse roman

Ik heb genoten van dit boek – het is prachtig en invoelend geschreven en heb het achter elkaar uitgelezen. Emancipatie in het dagelijks leven is als thema prachtig verweven door het verhaal van de ik-persoon en van de andere vrouwen die een rol in het boek spelen. Het is ook bijzonder dat dit verhaal over emancipatie door een naaister wordt verteld. En het is beslist knap hoe de schrijfster behoorlijk wat verschillende verhaallijnen tot een vloeiend geheel weet te verweven.

De roman is een aanrader, een fijn wegleesboek met een diepere laag, dus zeker voor wie van her-story houdt! Gewaardeerd met ∗∗∗∗ (uitstekend).

Recensie van Monique van der Hoeven

De stof in haar handen

  • Schrijfster: Bianca Pitzorno (Italië)
  • Soort boek: Italiaanse roman
  • Origineel: Il sogno della machina da cucire (2018)
  • Nederlandse vertaling: Saskia Peterzon-Kotte
  • Uitgever: Signatuur
  • Verschijnt: 7 juli 2020
  • Omvang: 288 pagina’s
  • Uitgave: Paperback / Ebook
  • Waardering redactie: ∗∗∗∗ (uitstekend)

Flaptekst van de roman van Bianca Pitzorno

Sardinië, begin twintigste eeuw. Een jonge naaister strijdt voor haar dromen in een wereld die gedomineerd wordt door mannen.

Sardinië, begin twintigste eeuw, de tijd dat alle kledingstukken nog op maat gemaakt worden. Een meisje leert alle kneepjes van het vak van haar grootmoeder: van zomen tot het aanbrengen van veters en knoopsgaten. Daarna begint ze als naaister aan huis te werken om zo haar eigen geld te verdienen. Haar naaimachine is haar weg naar vrijheid.

In elk huis, tijdens het opmeten, het knippen, het naaien, luistert ze naar de verhalen van eigengereide vrouwen om haar heen: de eigenzinnige Esther, die paardrijdt als een man en natuurkunde studeert, de vrijgevochten Amerikaanse Lily Rose die een pistool in haar korset verstopt en de hebzuchtige zussen Provera. In De stof in haar handen strijdt een jonge vrouw voor haar onafhankelijkheid en voor haar dromen, in een wereld die gedomineerd wordt door mannen.

Bijpassende boeken en informatie